+ All Categories
Home > Documents > 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en...

15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en...

Date post: 15-Jul-2020
Category:
Upload: others
View: 0 times
Download: 0 times
Share this document with a friend
20
15 & 16 september 2012 Davidsfonds Moorsele RUHRGEBIED - ESSEN
Transcript
Page 1: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

15 & 16 september 2012

Davidsfonds Moorsele

RUH

RGEBIED - ESSEN

Page 2: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

Reisformaliteit: identiteitskaart

Verzekering: er is geen annulatieverzekering voorziengewone verzekering met de bus

GSM nummers begeleiders:

Ansfried: 0032 475 57 11 56Annie: 0032 496 40 70 56Dirk: 0032 474 93 27 04Lieve: 0032 496 26 42 03Damien: 0032 475 59 36 77

Page 3: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

ESSEN EN HET RUHRGEBIED 15-16 september 2012

Zaterdag 15 september

06.00 : vertrek aan de kerk van Moorsele10.00 : bezoek Gasometer Oberhausen11.00 : vertrek naar Zeche Zollverein in Essen12.00 : middagmaal in de Kokerei Zollverein13.30 : bezoek aan de Kokerei o.l.v. een gids15.30 : wandeling door de site naar het bezoekerscentrum16.15 : bezoek aan het Ruhr Museum18.00 : naar het hotel18.30 : inchecken in het hotel19.30 : aperitief en avondmaal in het hotel Welcome Hotel Essen Schützenbahn 58 D-45127 Essen Tel. 0049 (0)201/1779-0 www.welcome-hotels.com

Zondag 16 september

07.45 : ontbijt09.00 : vertrek naar Grugapark09.30 : bezoek Grugapark10.30 : busrit naar de tuinwijk Margarethenhöhe11.00 : wandeling in Margarethenhöhe 12.00 : vertrek naar Museum Folkwang 12.30 : middagmaal in het restaurant van het museum14.00 : bezoek aan het museum15.30 : naar Villa Hügel16.00 : bezoek Villa Hügel o.l.v. een gids, gevolgd door vrij bezoek aan de tuin17.30 : vertrek naar huis23.00 : vermoedelijke thuiskomst na een etensstop langs de auto- strade

1

Page 4: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

ESSEN EN HET RUHRGEBIED

Het Ruhrgebied ligt in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen. Het is vernoemd naar de Ruhr die bij Duisburg in de Rijn stroomt. Essen wordt als hoofdstad van het gebied gezien.Het Ruhrgebied als industriële zone dateert uit het eind van de 19de eeuw. Sinds de middeleeuwen werd er steenkool gedolven en de ontwikkeling van de stoommachine maakte het mogelijk op groot-schalige wijze de aanwezige steenkool te delven. De combinatie met ijzererts uit de nabije regio zorgde voor een aantrekkelijke ves-tiging voor de staalindustrie. Dit trok dan weer tal van andere in-dustrietakken aan die de eindproducten verder verwerkten, zoals chemische bedrijven, machinefabrieken en de eerste autofabrieken. Het bekendst zijn de staal- en machinefabrieken van Alfred Krupp, die zich naast de vervaardiging van stalen spoorwegmaterialen als rails en locomotieven, ook specialiseerden in zware wapens als ka-nonnen en andere artillerie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het gebied het hart van de Duitse industriële oorlogsproductie en werd het dan ook heel vaak gebombardeerd, zodat de industrie in 1945 volkomen in puin lag. Na de oorlog werden ten tijde van het “Wirtschaftswunder” de zwa-re industrieën snel weer opgebouwd en werd er hypermodern ge-produceerd.In 1957-’58 werd het Ruhrgebied getroffen door de eerste kolencri-sis door de invoer van goedkopere Amerikaanse kolen en aardolie. In 1974 volgde dan de staalcrisis door de daling van de wereldwijde vraag naar staal als gevolg van de oliecrisis. De jaren ’90 beteken-den het einde van de zware industrie. Door hun grote cultuurhistorische waarde werden veel van de voor-malige industriecomplexen industrieel erfgoed. Oude mijn- en fa-brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn prachtige parken aangelegd. Heden ten dage is het Ruhrgebied geëvolueerd van een grauw in-dustriegebied naar een moderne en hippe cultuurmetropool.

2

Page 5: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

GASOMETER OBERHAUSEN

De Gasometer werd in 1929 in gebruik genomen om het hoogoven-gas van de omliggende hoogovens op te slaan. Met zijn hoogte van 117,5 m en een diameter van 67,6 m had hij een inhoud van 347 000 m³. Het gas werd onderaan in de binnenruimte geblazen en op een andere plaats weer vrijgelaten. Op het gas dreef een gasdrukschijf met een gewicht van 1207 ton. Na elke bijvulling of afname van gas gleed zij langs de met olie besmeerde wanden op en af. De ondoor-laatbaarheid aan de rand van de schijf werd bereikt door een meng-sel van olie en teer dat voortdurend langs de wanden liep. Op de bodem werd het opgevangen, van vuil en condenswater gezuiverd en langs de buitenzijde weer naar boven gepompt. De gedroogde resten bekleden nog altijd de binnenwand van de Gasometer als een beschermende laag. Europa’s grootste schijfgasreservoir is een indrukwekkende herin-nering aan de zware industrie die langer dan een eeuw een stempel op het Ruhrgebied drukte. Binnen krijg je een indruk van de ingeni-euze kunst en de technische prestaties van de industrialisatie. Ge-lijktijdig groeit de fascinatie voor het onvergelijkbare ruimtegevoel van deze gigantische “kathedraal van de industrie”.Vandaag de dag biedt de Gasometer een uniek kader voor culturele belevenissen van allerlei kunsttakken, zoals tentoonstellingen, the-ater en muziek. Als evenementenlocatie heeft hij kunstenaars van internationale allure geïnspireerd. Sinds 2006 behoort hij tot de “Europese Route van de Industriecul-tuur”. Deze verbindt toeristisch bijzonder interessante mijlpalen uit de industriële geschiedenis in Groot-Brittannië, Nederland, Frank-rijk, Luxemburg en Duitsland.

Huidige tentoonstellingIn samenwerking met de Duitse Unesco-commissie en Tui Duits-land wordt momenteel in de Gasometer de tentoonstelling “Magi-sche Orte - Natur- und Kulturmonumente der Welt” getoond. Was er in de oudheid nog sprake van 7 wereldwonderen, tegenwoordig staan meer dan 900 wonderen der natuur en cultuur op de wereld- erfgoedlijst van de Unesco.

5

Page 6: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

De tentoonstelling toont ca 180 grootformaatfoto’s van internati-onaal gerenommeerde natuur- en architectuurfotografen. Niet al-leen de spectaculaire foto’s, maar ook interessante archeologische vondsten en fascinerende kunstwerken begeleiden de toeschouwer op zijn reis door woestijnen en bergen, door oerwouden en betove-rende tuinen, tempels en paleizen. Deze magische plaatsen zeggen iets over de ontwikkeling van de natuur en de mensheid. Buitenis-sige gesteenten, lichtende kristallen, afgekoelde lava, een schijf van een eeuwenoude boomstam: het scheppende vermogen van de na-tuur kent geen grenzen. Maar ook de mens heeft met zijn enorme verbeeldingskracht zijn sporen achtergelaten. Tempelcomplexen zoals Machu Pichu of Angkor Wat, de piramiden, de Hagia Sophia en het Colosseum spreken nog altijd tot de verbeelding.Het visuele hoogtepunt is de “regenwoudboom”, een 43 m hoge sculptuur die de enorme binnenruimte van de Gasometer verandert in een “kathedraal der natuur”. Deze levensboom werd geschapen door de kunstenaar en fotograaf Wolfgang Volz in samenwerking met de lichtkunstenaar Herbert Cybulska en de componist Sebas-tian Studnitzky. Hij is een symbool voor zowel de schoonheid en de vruchtbaarheid van de natuur als voor haar kwetsbaarheid. Vanaf het dak, bereikbaar via een glazen panoramalift, heb je een schitterend uitzicht over het westelijk Ruhrgebied en de “Neue Mit-te” met het CentrO, het grootste winkel- en vrijetijdscentrum van Europa.

6

Page 7: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

WERELDERFGOED ZOLLVEREIN: de voormalige mijnsite

De voormalige mijnsite Zollverein ontstond in 1847 als de eerste Schacht 1/2/8 werd aangelegd. Steenkolen waren nodig voor de ijzer- en staalindustrie in het Ruhrgebied en dank zij een goede spoorverbinding kwam de mijnindustrie tot grote bloei. In de loop van de 19de eeuw werden nog meer schachten gegraven en werd dit de grootste kolenmijn van Europa.In 1920 kreeg de mijn een nieuw bestuur en de productiviteit werd drastisch vergroot door de aanleg van Schacht XII, de mooiste en modernste steenkoolmijn ter wereld. De bouw duurde van 1928 tot 1932. De architecten Fritz Schupp en Martin Kremmer lieten zich bij hun ontwerp beïnvloeden door het Bauhaus en de gedachte dat de vorm in dienst staat van de functie. Ze schiepen een modernistisch bouwwerk. Indrukwekkend is vooral de rood geverfde A-vormige schachttoren die het symbool van het Ruhrgebied werd. In 1962 werd de nieuwe Kokerei, de grootste cokesfabriek van Europa, in gebruik genomen.In de jaren ’80 liep de steenkoolwinning terug en in 1986 werd de mijn gesloten. Het gebied werd overgenomen door Monumenten-zorg en erkend als uitdragende getuige van de architectuur- en techniekgeschiedenis. Niet lang daarna werd het verbouwd tot een locatie voor kunst, cultuurgeschiedenis en creatieve economie en in 2001 werden de Schachten 1/2/8 en XII en de Kokerei op de wereld- erfgoedlijst van de Unesco geplaatst.Het architectenbureau OMA heeft in 2003 een masterplan gemaakt voor de herinrichting van de voormalige kolenmijnen en van de cokesoven. Buiten de grens rond de beschermde gebouwen heeft men nieuwe ontwikkelingen op gebied van design en dienstverle-ning gestimuleerd. Enkele van de interessantste bouwwerken zijn:

Het Red Dot Design Museum in het oude ketelhuis, omgebouwd tot designmuseum door Norman Foster. Hier worden ongeveer 1500 producten uit de hele wereld tentoongesteld die in ons dagelijks le-ven een plaats (kunnen) innemen. Elk product is onderscheiden met de “Red Dot Design Award”, uitgereikt door het “Design Zentrum

7

Page 8: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

Nordrhein Westfalen” in Essen, dat instaat voor één van de grootste en belangrijkste internationale designcompetities. Ze worden min-stens één jaar getoond in het museum.

De Designschool aan de rand van de site en ontworpen door het Japanse architectenbureau SANAA. Het is een kubusvormige, be-tonnen nieuwbouw met een veelvoud van schijnbaar willekeurig geplaatste ramen. Het is een prachtig gebouw, maar moeilijk als school te gebruiken zodat het meer leeg staat dan het in gebruik is. De Kokerei waar de steenkolen tot cokes werden verbrand. Het is bewaard in zijn originele toestand en we bezoeken dit met een gids. We geven u alvast wat voorbereidende uitleg.

a) Geschiedenis en werking.

De cokesfabriek werd gebouwd in de jaren 1957 tot 1961 en stond in verbinding met de centrale Schacht XII. Ze had 192 cokesovens met een dagelijkse capaciteit van 5000 ton cokes. In 1973 werd het aantal ovens uitgebreid van 192 tot 304 zodat het vermogen steeg tot 8000 ton cokes per dag. Ondertussen waren niet minder dan 1100 mensen in dienst. Om 8000 ton cokes te produceren heeft men 10 500 ton cokeskolen (vetkolen) nodig. Het verschil zit in de vluchtige bestanddelen van gas, teer, ammoniak, waterstofsulfide en benzeen. De cokes zelf werden gebruikt voor het smelten van ij-zer en het verwerken tot staal. Tot vier miljoen kubieke meter cokes-ovengas werden dagelijks gezuiverd van teer, ammoniak, waterstof-sulfide en ruwe benzeen. Een deel van het gas (45 %) werd verbrand voor het verwarmen van de oven. De temperatuur werd opgedreven tot 1350 ° C om een temperatuur van 1000 tot 1100 ° C in de oven te be-houden. De rest van het gas (55 %) werd samengedrukt tot 8 bar en in het Ruhrgas netwerk geperst. De ruwe teer en het benzeen werden verkocht aan de chemische industrie. Ammoniak werd omgezet in zout voor de landbouw en de waterstofsulfide werd omgezet in zwavelzuur.Door de staalcrisis in de jaren negentig en de daarmee gepaard gaan-de dalende vraag naar cokes werd de cokesoven stilgelegd op 30 juni 1993.

8

Page 9: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

b) Huidige staat

Het doel van het landschapsontwerp was om de bestaande struc-tuur te behouden en het Kokerei complex is dan ook landschappelijk geïntegreerd in de totale site. Een serie paden zijn toegevoegd om het terrein te ontsluiten. De voormalige spoorrails naar de cokesfa-briek zijn bewaard gebleven en worden gebruikt als centrale assen in de middenzone. Ze zijn aangepast om ze als voet- en fietspaden te gebruiken. In het gebouw is er tussen de betonnen silo’s een museumruimte voor tijdelijke, moderne kunsttentoonstellingen vrijgemaakt. Er is ook een restaurant waar we het middagmaal nemen.In de zomer maakt een openluchtzwembad de site voor de jeugd aantrekkelijk en ’s winters wordt een enorme openluchtijspiste aan-gelegd. Een reuzenrad vervolledigt de attractiviteit van dit gebied. Het geheel is ’s avonds prachtig verlicht.

Het Ruhr Museum bij de Zeche Zollverein (= mijnschacht XII) be-vindt zich in de vroegere kolenwasserij. Het is een ontwerp van Rem Koolhaas en Heinrich Böll. Hier is er vrij bezoek.

Via een 58 m lange roltrap die een spectaculair uitzicht biedt over Essen en ons het gevoel heeft op hete kolen te staan, komen we in het centrale Ruhr bezoekerscentrum. Hier worden we voorzien van terreinnavigatie en onze excursie kan beginnen. Naar buiten kijkend bemerken we het Red Dot Design Museum en de Designschool.De vroegere kolenwasserij, waarin het Ruhrmuseum zich bevindt, is indrukwekkend, alleen al door zijn afmetingen en architectuur. Het wassen, de opslag en de verdeling van de kolen hebben geheel ver-schillende ruimtes nagelaten: reusachtige hallen met cycloopach-tige machines, massieve betonbunkers zonder ramen en lange rijen aaneengesloten ruimtes met een lengte van bijna honderd meter.Het is geen industriemuseum, maar een nieuw soort regionaal museum. Het is een herinnering aan vroeger en het toont ons te-vens het Ruhrgebied, het grootste en dichtstbevolkte industrie-gebied van Europa. Er zijn drie tentoonstellingsniveaus die inge-deeld zijn in de categorieën heden, herinnering en geschiedenis.

9

Page 10: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

Het natuurkundige -, het archeologische - en het historische aspect worden niet afzonderlijk gepresenteerd. In een integratief concept dat de verschillende aspecten verbindt, wordt een beeld gegeven van de gehele geschiedenis van het Ruhrgebied. Er komen onder-werpen aan bod zoals de geschiedenis van de aarde, de eeuwen vóór de industrialisering, het industrialiseringstijdperk, het nieuwe Ruhrgebied en de evolutie van Essen van industriestad naar cultu-rele metropool.

10

Page 11: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

HET GRUGAPARK

Het Grugapark met een oppervlakte van 700 000 m² is één van de aantrekkelijkste parken van Europa. Het bezit een botanische tuin met zeldzame en mooie planten, een attractief dierenpark, een speel- en sportparadijs, een medisch centrum, een welnesszone, een plek om af te spreken in je vrije tijd met grote weiden en speel- en barbecueplaatsen, een gastronomisch trefpunt met stijlvolle res-taurants, een openluchtmuseum en een concertarena.Drie grote thema’s keren telkens terug en vormen de rode draad in het park.

1) PLANTKUNDE – de “Hortus botanicus assindiensis”

De Botanische Tuin werd geplant in 1927 als een onderwijs- en proeftuin voor wetenschappelijke doeleinden. Het doel was en is systematisch planten, struiken en bomen te classificeren op basis van hun kenmerken. De botanische attracties zijn o.a. de Alpinum met planten uit het hooggebergte en een waterval, de Westfaalse boerentuin, de rozentuin, de naaldbomencollectie, de Azië-afdeling met o.a. de magnolia en de Japanse olm, de heidesectie, de idyl-lische kruidentuin en de planten uit het Middellandse Zeegebied, onder een verschuifbare dakbedekking enig in zijn soort. Het milde klimaat in Essen is ideaal voor het verzamelen van planten uit de hele wereld, zodat ook de Amerikaanse kustsequoia’s, de immer groene eiken en echte amandelbomen tijdens de winter in de openlucht kunnen gedijen.

11

Page 12: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

2) KUNST – het grootste openluchtmuseum in het Ruhrgebied

Tuinarchitectuur en beeldhouwkunst werken graag samen om een harmonieus geheel te vormen. Er is dan ook een belangrijke col-lectie beeldhouwwerken verspreid over het park, o.a. van Henry Moore en Auguste Rodin. Als bijzonder kunstwerk noteren we ook het Hundertwasserhaus van de Weense architect Hundertwasser. Het is een sprookjesachtig, vrolijk gekleurd gebouw, gekroond met een gouden uientorentje. Het huis herbergt ouders van zwaar zieke kinderen, die behandeld worden in de nabije universiteitskliniek.

3) DIEREN

Er leven ongeveer 500 dieren in het Grugapark. De meest uiteenlo-pende vogelsoorten, van adelaars tot papegaaien en oehoes, leven in de vogelbehuizing en de flamingo’s, ibissen en nog veel meer in één van de grootste volières van Duitsland. Maar ook damherten, pony’s, geiten, de vertrouwde viervoetige kleindieren en exotische dieren hebben hun thuis in het park.

We maken een kleine wandeling in het voor ons interessantste ge-deelte. We passeren de zoutbaden, de beeldhouwwerken, het Hun-dertwasserhaus en vooral de prachtige tuinen.

MARGARETHENHÖHE – TUINSTAD

De tuinwoonwijk Margarethenhöhe in Essen, gebouwd tussen 1909 en 1938, is genoemd naar haar stichteres Margarethe Krupp, de vrouw van Alfred Krupp. De familie bezat enorme domeinen grond ten zuiden van Essen en ter gelegenheid van het huwelijk van haar dochter Bertha stelde Margarethe 80 ha ter beschikking voor het oprichten van een modeltuinwijk in een groene omgeving. Het con-cept maakte deel uit van de sociale- en welzijnsinstellingen van het bedrijf Krupp dat een eigen spaarkas, hulpkas voor soldaten, Krupp-winkel, bibliotheek, kraamkliniek, scholen en kerken voor

12

Page 13: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

beide religies had. In 1873 had Essen een oppervlakte van 9,2 km² en Krupp bezat er 3 km² van. Het telde toen 43 500 inwoners, waar-van er 7200 in dienst waren van Krupp. Met een gemiddelde van 5 personen per gezin was 80% van de bevolking dan ook afhankelijk van Krupp. In 1890 werkten er 16 000 werknemers op een bevol-king van 78 700, dit betekende 52% van de werkende bevolking. Margarethenhöhe werd trouwens niet alleen voor de Krupp werkne-mers gebouwd, maar ook voor het stadspersoneel. Er werden 935 gebouwen met 3092 wooneenheden gecreëerd en zo ontstond een stadsuitbreiding voor 12 000 inwoners. De architect Georg Metzendorf verbond zijn idee van sociale huis-vesting met een romantische stijl. In zijn concept realiseerde hij een “klein huis” met een eigen tuin. Hij creëerde betaalbare woningen met het meest moderne comfort, zoals een keuken, centrale ver-warming, toilet en bad. Hij ontwierp een vierkant plan voor de wo-ning, de meest economische vorm. Hij beperkte de hoogte tot 2,5 m i.p.v. 3 m en zo spaarde hij 1 m verdiepingshoogte per woning van 2 bouwlagen. Hij was ook de eerste die seriebestellingen en modulesystemen invoerde. Hij gebruikte bijvoorbeeld maar 4 raam-types en 1 binnendeurtype. Hij experimenteerde ook met een be-ginnende prefab zodat hij in 4 dagen een woning kon bouwen. Dit alles zorgde ervoor dat hij heel kostenbesparend kon werken.De centrale ruimte was de woonkeuken en annex een wasplaats naar de tuin gericht. Centraal in de woonkeuken stond de spek-steenkachel voor het koken en verwarmen. Drie elementen hebben het slagen van deze revolutionaire tuinwijk bevorderd. Ten eerste was het sociaal engagement van Margarethe Krupp zeer groot. Daarbij durfde men het aan om de jonge, veelzijdige architect Metzendorf te kiezen, pas 33, maar de meest geschikte architect op dat moment. Tenslotte was architect Metzendorf aan geen enkele stedenbouwkundige reglementering gebonden. Hij kreeg alle vrij-heid en kon een experiment starten zonder reglementen van ver-keer, brandweer, bouwkunde of stedenbouw.Na de tweede wereldoorlog werden de verwoeste huizen weer in de originele staat opgebouwd, weliswaar ruimer en met een nieuwe indeling. In 1987 werd de wijk geklasseerd als historisch monument

13

Page 14: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

en hij is nog steeds in het bezit van de Margarethe Kruppstichting voor Huisvesting.Ook nu nog oefenen de huizen een grote aantrekkelijkheid uit. Gewelfde gevels en pergola’s, erkertjes, houten luiken en natuur-stenen plinten zijn kenmerkende details. De natuurlijke uitstraling wordt versterkt door de begroeiing. Heel veel woningen gaan schuil achter wingerds.Het hart van “Gartenstadt Margarethenhöhe” is het pittoreske markt-plein met zijn gasthuis, nu Hotel-Restaurant Margarethenhöhe, een fontein en de vroegere Krupp-winkel, nu een supermarkt.

14

Page 15: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

MUSEUM FOLKWANG ESSEN

Het kunstmuseum werd gesticht in de stad Hagen door Karl Ernst Osthaus als eerste museum wereldwijd voor moderne kunst, zelfs vóór het MoMA in New York. Het werd gebouwd van 1899 tot 1902 in neorenaissancestijl door de Berlijner Paul Gérard en het interi-eur werd ingericht door de Belgische architect-kunstenaar Henry Van de Velde in weelderige jugendstil. Het museum werd in 1909 als Museum Folkwang geopend. Naast werken van Minne, Rodin, Renoir, Courbet, Van Gogh, Cézanne en Gauguin, waren het voor-al de kunstenaars van de schilderschool in het Folkwang die het museum een goede naam bezorgden. Na de dood van de stich-ter werd in 1922 de verzameling verenigd met de collectie van het Kunstmuseum van de stad Essen in een nieuw Folkwang Mu-seum op de huidige locatie. Het Hitlerbewind (1933-1945) gaf de kunstwerken de stempel van “ontaard”. Liefst 1400 stukken wer-den vernietigd of verkocht om aan buitenlandse deviezen te ko-men. In de Tweede Wereldoorlog werd het museum vernield en pas in 1960 weer heropend. De architecten Werner Kreutzberger, Erich Hösterey en Horst Loy concipieerden één van de meest suc-cesvolle museumgebouwen van de naoorlogse periode. Een deel van de vroegere kunstwerken kon worden teruggekocht van an-dere musea en er werden nieuwe collectiestukken aangekocht. In 2006 werd besloten tot nieuwbouw van het Museum Folkwang via een architectuurwedstrijd waaraan twaalf bureaus deelnamen. De opdracht werd in 2007 gegeven aan de Britse architect David Chipperfield, één van de meest toonaangevende hedendaagse ar-chitecten. Hij verbouwde recent het Neues Museum in Berlijn en is dit jaar curator voor de Kunst- en architectuurbiënnale van Ve-netië. Het uit 1960 daterende gebouw bleef gehandhaafd, maar de uitbreidingen van 1983 werden gesloopt. Het nieuwe gedeelte voegt zich naadloos in het bestaande ensemble, onder meer door het materiaalgebruik en de sobere kleurstelling. De nieuwbouw be-staat uit een sokkel met daarbovenop een doorschijnende gevel met langwerpige, gerecycleerde glaspanelen. De kleur van de gevel verandert onder invloed van de grillen van het daglicht. Het ontwerp bestaat uit zes kubussen, gelijkvloers verbonden door vier glazen

15

Page 16: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

binnenplaatsen. Het zijn etherisch ogende ruimten, licht en sober, met grijze vloeren, zodat weinig de aandacht voor de kunst afleidt. Het vernieuwde Folkwang werd in januari 2010 heropend, toen Es-sen/Ruhrgebied culturele hoofdstad van Europa was. Het museum behoort werkelijk tot de belangrijkste musea voor kunst van de 19de en 20ste eeuw. De schilderijencollectie toont de ontwikkeling van de Duitse en Franse schilderkunst met wer-ken van het impressionisme, expressionisme, kubisme, Bauhaus en modernisme tot heden. Er zijn meesterwerken te zien van Picasso, Van Gogh, Renoir, Monet, Cézanne, Gauguin en Braque. Tot de re-centere kunstenaars behoren o.a. Pollock, Dali en Baselitz. Zwaar-tepunt bij de grafische verzameling ligt bij de 19de eeuw, met werk van Ludwig Richter en bij de 20ste eeuw, met de collectie Duitse expressionisten. De belangrijke fotografische collectie toont aan de hand van ruim 50 000 tentoonstellingsstukken de geschiedenis van de fotografie sinds de jaren 1920. Naast 250 beeldhouwwerken is er ook een collectie oude en niet-Europese kunst en een bijzondere verzameling van plakkaten.

16

Page 17: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

VILLA HÜGEL

Villa Hügel, tussen 1870 en 1873 in opdracht van Alfred Krupp ge-bouwd, moest woonhuis en toevluchtsoord zijn voor de bouwheer en zijn gezin, ver weg van het lawaai en de hitte van het gietstaal-bedrijf Fried. Krupp. Met zijn 269 vertrekken en 8100 m² voor de woon- en andere ruimten en zijn prachtige ligging in een 28 ha groot park boven de Baldeneysee, moest het ook het passende en re-presentatieve kader bieden voor ontvangsten en feestelijkheden. Keizers en koningen waren hier te gast, ondernemers uit de hele wereld, politici en regeringsleiders uit vele landen.Op basis van eigen schetsen en ontwerpen van de bouwheer ont-stond een gebouw dat primair aan functionele eisen beantwoordde. De uiterlijke vorm was secundair. Het nieuwe woonhuis werd dan ook door tijdgenoten als eenvoudig en sober beschreven. Krupp had echter wel persoonlijk en met grote zorgvuldigheid de techni-sche voorzieningen, zoals de verwarmings- en beluchtingsinstalla-tie, in het huis gepland en ontwikkeld. De volgende generatie maakte het interieur van de villa na 1888 prachtiger en comfortabeler. Friedrich Alfred en Margarethe Krupp legden de basis voor een kunstcollectie en voor een uitmuntende verzameling van Vlaamse gobelins. Er ontstonden tennisbanen, maneges en stallen, lees- en speelkamers, een kegelbaan en een bibliotheek.Het drukker wordende maatschappelijke leven op de villa deed het aantal personeelsleden flink toenemen. Had de bouwheer in 1876 genoeg aan 66 personeelsleden, zijn zoon had er in 1902 al 570 nodig en zijn kleindochter Bertha had aan het begin van de Eerste Wereldoorlog zelfs 648 mensen op de loonlijst staan.Bertha werd in 1902 op jonge leeftijd erfgename van een wereld-concern en nam na haar huwelijk met Gustav von Bohlen und Hal-bach de leiding op Villa Hügel over. Het bedrijf was in die tijd erg winstgevend, zodat het echtpaar de opdracht gaf voor de tot dan toe meest omvangrijke verbouwing. De hofarchitecten van Keizer Willem II, beroemde kunsthistorici en alleen de beste vaklui werden bij de opzet, planning en uitvoering betrokken. Zo ontstonden tegen 1915 o.a. het “Kleine Haus”, de kostbare inrichting van de onderste

19

Page 18: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

en bovenste hal, alsook een schilderijengalerie.Na de Eerste Wereldoorlog verslechterde de economische positie van het bedrijf en in 1931 nam het gezin voor korte tijd zijn intrek in het “Kleine Haus”, omdat de kosten voor het onderhoud nog nau-welijks op te brengen waren. Alfried, zoon van Bertha, erfde in 1943 het bedrijf en zou het laatste lid van de familie zijn dat de villa be-woonde. In april 1945 namen de binnentrekkende Amerikanen huis en park in beslag en pas in juli 1952 werd het aan de familie terug-gegeven.Alfried Krupp von Bohlen und Halbach en zijn moeder Bertha be-seften dat Villa Hügel, na de gebeurtenissen in de oorlog, niet meer de woning voor de familie kon zijn. Zij stelden de villa ter beschik-king van het algemeen nut, vooral ter bevordering van de kunsten, wetenschap en cultuur. In zijn testament bepaalde Alfried dat zijn gehele vermogen na zijn dood zou overgaan naar “De Alfried Krupp von Bohlen und Halbach-Stiftung”. Doordat zijn enige zoon afstand deed van zijn erfenis is deze stichting ten behoeve van het alge-meen nut kunnen opgericht worden. Zij heeft nu ook de villa en het hele areaal in handen.

HET PARK

Alfred Krupp wilde nog tijdens zijn leven kunnen genieten van “een bos van bomen” in het uitgestrekte park. Hij liet dan ook volwassen inheemse bomen komen, sommige zelfs 100 jaar oud, en in hun ge-heel planten. In 1883 was de villa door een weids park en een dicht bos omgeven.Friedrich Alfred en Margarethe vergrootten na 1888 het park, lie-ten kassen en serres bouwen en exotische planten neerzetten. De bovenste terrastuinen kregen een zeer ornamentele vorm en rond 1900 verschenen de beide sfinxen voor de villa.In 1961, bij het 150-jarig jubileum van de firma, kreeg het park zijn huidige vorm, naar het voorbeeld van de Engelse tuin.

20

Page 19: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

De voorzitter : Dirk Lust

Inrichters: Ansfried Vande Kerckhove Annie Declerck Lieve Vanoverberghe

Page 20: 15 & 16 september 2012 - Davidsfonds · 2012-08-28 · brieksinstallaties zijn opgeknapt en ingericht als musea, restau-rants of ateliers voor jonge kunstenaars en op de sites zijn

Recommended