Date post: | 29-May-2015 |
Category: |
Marketing |
Upload: | sake-jan-velthuis |
View: | 127 times |
Download: | 0 times |
NeuromarketingSake Jan Velthuis
Neuromarketing
• The application of neuro imaging in market research. (Lee et al., 2006)
• Looking at consumer behavior from a brain perspective. (Morin, 2011)
• elke vorm van marketing of marketingonderzoek die gebruik maakt van methoden en technieken uit de hersenwetenschap. (Genco et al., 2013)
Marketing
Marketing onderzoek
Hersen wetenschap
Neuromarketing• Gedragseconomie - hoe neemt de consument beslissingen
• Sociale Psychologie - hoe handelt de mens in een groep
• Hersenwetenschap - hoe werkt het zenuwstelsel
• Cognitieve psychologie - hoe denkt de mens
!
disclaimer: wet van de grote getallen, wetenschap geldt nooit voor het individu.
Rationeel vs. intuïtief
• zoeken, opslaan en terughalen van herinneringen
• herinneringen zijn compleet en accuraat
• kosten-baten analyse • voorkeuren zijn bewust gekozen • voorkeuren veranderen door
overweging van nieuwe feiten • communicatie is gericht op logische
rationele argumenten. • bewuste herinnering van argumenten
leidt tot voorkeuren en aankopen
Rationeel• geen bewust denken • gevoelens bij merken en producten
Feitelijke informatie wordt zijdelings meegenomen
• voorkeuren zijn impliciet en gebaseerd op gewoonte
• beslissingen worden spontaan genomen op het verkooppunt
• voorkeuren veranderen door verandering van de situatie
• communicatie is gericht op het onderbewuste
• herhaaldelijke associatie met positieve thema’s leidt tot aankopen
Intuïtief
Rationeel vs. intuïtief
• zoeken, opslaan en terughalen van herinneringen
• herinneringen zijn compleet en accuraat
• kosten-baten analyse • voorkeuren zijn bewust gekozen • voorkeuren veranderen door
overweging van nieuwe feiten • communicatie is gericht op logische
rationele argumenten. • bewuste herinnering van argumenten
leidt tot voorkeuren en aankopen
Rationeel
Rationeel vs. intuïtief
• geen bewust denken • gevoelens bij merken en producten
Feitelijke informatie wordt zijdelings meegenomen
• voorkeuren zijn impliciet en gebaseerd op gewoonte
• beslissingen worden spontaan genomen op het verkooppunt
• voorkeuren veranderen door verandering van de situatie
• communicatie is gericht op het onderbewuste
• herhaaldelijke associatie met positieve thema’s leidt tot aankopen
Intuïtief
Rationeel vs. intuïtief
• zoeken, opslaan en terughalen van herinneringen
• herinneringen zijn compleet en accuraat
• kosten-baten analyse • voorkeuren zijn bewust gekozen • voorkeuren veranderen door
overweging van nieuwe feiten • communicatie is gericht op logische
rationele argumenten. • bewuste herinnering van argumenten
leidt tot voorkeuren en aankopen
Rationeel
Prijzen 237.500 /239.500 Oppervlakten en inhoud Gebruiksoppervlakten Plattegrond Wonen (= woonoppervlakte) 122 m² /125 m2 Overige inpandige ruimte 10 m² / 22m2 Perceeloppervlakte 361 m² / 316 m2 Inhoud 400 m³/ 420 m3 Indeling Aantal kamers 4 kamers (3 slaapkamers)/ 6 (4) Aantal badkamers 1 badkamer en 1 apart toilet/ idem Badkamervoorzieningen Douche en toilet ligbad en toilet Aantal woonlagen 2 woonlagen en een vliering/ idem Voorzieningen Dakraam, schuifpui en TV kabel/ mechanische ventilatie Tuin Achter en voor/ achter, voor en zij Noorden/ westen Zelfde straat
Rationeel vs. intuïtief
• geen bewust denken • gevoelens bij merken en producten
Feitelijke informatie wordt zijdelings meegenomen
• voorkeuren zijn impliciet en gebaseerd op gewoonte
• beslissingen worden spontaan genomen op het verkooppunt
• voorkeuren veranderen door verandering van de situatie
• communicatie is gericht op het onderbewuste
• herhaaldelijke associatie met positieve thema’s leidt tot aankopen
Intuïtief
Breinen
3 soorten • reptiel: autonome systeem • zoogdier: onderbewuste
beslissingen • mens: bewust plannen en
leren. Onderbreekt onderbewuste.
Heden
Verleden Toekomst
Lichaamsmassa 1,5 kilo = 2% energieverbuik = 20%
Beslissingen nemen 1
Stimuli Mentale respons Evaluatie Intentie Gedrag
OmgevingCognitief
Affectief
AttitudeVoorkeur
intentie tot aankopen aankoop
AMA: consumentengedrag is de dynamische interactie van affect en cognitie, gedrag en de omgeving waarbinnen het
menselijk handelen plaatsvindt
Beslissingen nemen 2Theorie van gepland gedrag. (Ajzen & Fishbein, 1988)
Mening van anderen en
meegaandheid
Overtuiging gevolgen
van het gedrag
Waargenomen invloed
op het gedragOvertuiging
gedragsinvloed
Subjectieve Normen
Attitude t.o.v. gedrag
Intenties Gedrag
Beslissingen nemen 3Input Interne processen Output
Opdoen indrukken
Vaststellen zin en waarde
Overdenken en analyseren
Spreken en doen
Beoordelingsheuristieken verlies vermijden, ankers,
frames, standaard, etcImpliciete beslissing
Expliciete beslissing
Onderbewust Bewust
Genco, Pohlman & Steidl, 2003
Beoordelingsheuristieken
• Verlies vermijden: waardering van verlies is anders dan winst
• Ankeren: relatieve waardering/ schatting van waarde
• Framing: perspectief van de boodschap
• Standaardfout: doen wat normaal is
• Affectieheuristiek: wat leuk is, is meer waard
• Schenkingseffect: wat we bezitten is meer waard dan wat we niet bezitten
Heuristiek: Leer van het methodisch zoeken, gebruikmakend van een bepaald aantal vuistregels in een acceptabele rekentijd. (encyclo.nl)
Framing: War on terrorists
Effect op onderzoek• Huidig/oud onderzoek: mening, strategie, rationale
vragen naar het bewuste en onderbewuste
interview, focus groep, enquête.
• Nieuw onderzoek: signalen van lichaam en brein
meten van onbewuste
fMRI, EEG, facial coding, etc.
Neuromarketing onderzoekLichaam Brein
Gezichts- uitdrukkingen
Elektro-dermale activiteit
Gezichtsspier samentrekkingen Hartslag
Bloeddruk
Ademhaling
Oog beweging en fixatie
Knipperen en schrikreflex
Reactietijd Pupilontsluiting
Bloedstroom Elektriciteit
Zuurstofgehalte fMRI
Elektrische velden EEG
Positrone emissie PET
Magnetische velden MEG
Neuromarketing & adverterenOvertuigende communicatie
motivatie
Vaardigheid
Cognitieve proces
Cognitieve verandering
+ - 0
negatieve attitude
verandering
tijdelijke verandering
positieve attitude
verandering
persuasion cue
behouden of terugkrijgen
initiële attitude
(Elaboration Likelihood Model Petty & Cacioppo, 1981)
motivatie: persoonlijke relevantie, need for cognition, tegengesteld aan eigen mening vaardigheid: afleiding, herhaling, medium, complexiteit, voorkennis cognitieve proces: kwaliteit van de argumenten, positieve consequenties, somatische invloeden persuasion cues: bron: beroemdheden, geleerden, aantal argumenten
Extra leesvoer