+ All Categories
Home > Documents > Kaller_12_2011

Kaller_12_2011

Date post: 19-Feb-2016
Category:
Upload: ka-lier
View: 214 times
Download: 1 times
Share this document with a friend
Description:
http://test.kalier.be/images/Schoolleven/los/Kaller_12_2011.pdf
Popular Tags:
32
Transcript
Page 1: Kaller_12_2011
Page 2: Kaller_12_2011

KallerKaller

2 Editoriaal 4 Pro & contra 5 It’s cool to be an eco-school 7 Visiting Amsterdam 10 De Latijnse trotseert de vloek van

Toetanchamon 13 Multiculturele wandeling 15 5 Humane wetenschappen ontmoet ‘the voice van het radiojournaal’ 17 K.A. Lier bezoekt fusieshow 19 Opiniemaker 21 Spotlight 23 Christmas story 26 Filmtips 27 Ontspanning 29 Colofon

Eco-beleid > p. 5

Radiojournaliste Els Ayels bezoekt onze school > p. 15

Visiting Amsterdam > p. 7

December

editie

De Latijnse trotseert de vloek van

Toetanchamon > p. 10

Page 3: Kaller_12_2011

Ik herneem hier een deel van een editoriaal dat ik in

december 2008 schreef en waarvan de inhoud nog

steeds bijzonder actueel is. De cursief gedrukte

tekstdelen zijn citaten uit het tijdschrift Klasse.

Om te beginnen denk ik dat onze school aan

belangrijke voorwaarden voldoet om een pestarm

klimaat te scheppen: de algemene sfeer is

gemoedelijk, de meeste dingen zijn bespreekbaar,

repressief optreden doen we enkel als het niet anders

kan, de regels zijn duidelijk en redelijk. Desondanks

wordt er af en toe gepest: jongeren zijn nu eenmaal

soms hard voor elkaar.

"3 tot 8 procent van de Vlaamse jongeren wordt

ernstig gepest. 2 op 5 zegt geen hulp te krijgen." De

basisvisie van het KA Lier is dat pesten absoluut niet

kan, en dat we alles doen wat in onze mogelijkheden

ligt om het fenomeen een halt toe te roepen.

Preventief en via overleg als het kan, repressief als het

moet.

Plagen of pesten?

"Plagen gebeurt spontaan, het duurt niet lang, is

onregelmatig. Humor en aandacht vragen halen vaak

de bovenhand. Bij dit "spel" zijn de jongeren gelijk aan

elkaar: niemand moet blijvend het onderspit delven.

Plagen is niet altijd leuk, maar nooit bedreigend. Er is

geen blijvende fysieke of psychische schade. Wat fout

loopt, wordt sneller rechtgezet.

Bij pesten is de dader sterker dan het slachtoffer. Het

is dezelfde leerling die wint en dezelfde die meermaals

verliest. Die laatste voelt zich eenzaam, verdrietig,

onzeker en onveilig. Directe pesters vernederen,

schelden, dreigen, maken hun slachtoffer belachelijk,

schoppen, slaan, duwen, vernielen spullen… Indirecte

pesters sluiten het slachtoffer uit met roddels,

leugens…”

Wanneer we op school praten met pestkoppen,

wuiven die het probleem vaak weg met de woorden:

"Ik bedoel dat zo niet. Het is maar een beetje plagen."

Met de definities hierboven is het onderscheid vrij

duidelijk, maar de grens tussen de twee flinterdun…

Zodra wij weet hebben van een situatie waarbij een

leerling zich slecht in het vel voelt, treden wij op.

Gevolgen

Het onderschatten en minimaliseren van de gevolgen

van pesterijen is een veel gemaakte fout. Uit

gemakzucht, uit onmacht of uit onwetendheid wordt

de gepeste vaak verteld dat hij of zij maar wat harder

en assertiever moet worden. Ook al zit daar soms een

grond van waarheid in, toch ontslaat het de pestkop

niet van zijn verantwoordelijkheid.

Ook het statement dat pestkoppen heel dikwijls

jongeren zijn die vroeger zelf werden gepest, is

gedeeltelijk waar. Uit vrees voor een herhaling en om

"erbij te horen" doen sommigen juist datgene met

anderen, dat hen vroeger zelf zo ongelukkig maakte.

En, alweer: toch ontslaat het de pestkop niet van zijn

verantwoordelijkheid.

Want de gevolgen van langdurig gepest worden zijn

bijzonder ingrijpend en kunnen iemand tekenen voor

de rest van zijn leven. Gie Deboutte, voorzitter van

het Vlaams Netwerk Kies Kleur Tegen Pesten: "De

trauma's die gepeste kinderen oplopen hebben een

Pesten: Pesten:

levenslange schadelevenslange schade Editoriaal

2 | Kaller 2011-2012 | Editoriaal

Page 4: Kaller_12_2011

naar voren te treden in een groep. Wat we wel

vragen, is dat je ons op de hoogte brengt van de

dingen die je ziet en weet.

Je bent in dat geval geen klikspaan! Integendeel: je

neemt je verantwoordelijkheid en doet wat je moet

doen. Iemand verklikken betekent dat je die persoon

bewust een straf wil aansmeren. Melden,

daarentegen, betekent dat je het pesten wil doen

ophouden.

Visie van de school

Onze school wil zo pestvrij mogelijk zijn. Daarvoor

hebben we de medewerking van iedereen nodig:

leerlingen, ouders, leerkrachten, opvoeders… Al wie

weet heeft van een pestprobleem, kan (moet…) dit

melden.

Hoe? Heel eenvoudig: je praat met één van je

leerkrachten, die de vertrouwensleerkracht

verwittigt. Of je wendt je rechtstreeks tot onze

vertrouwensleerkracht, mevrouw Van Rompuy (in

lokaal 45, tegenover de uitgang naar de

fietsenstalling).

Wij proberen altijd eerst via gesprekken tot een

oplossing te komen, en dat lukt meestal. Desondanks

is onze visie glashelder: als het probleem blijft

bestaan, willen we dat de pestkop van de school

verdwijnt, en NIET dat het slachtoffer van ellende een

andere school kiest!

Dirk Van Haver

Directeur

impact op hun persoonlijkheid en vervormen hun

denkproces. Dat poststressyndroom loopt gelijk met

kinderen in oorlogsgebied. Of slachtoffers van incest.

Later leven die mensen vaak van depressie naar

depressie."

Herken je de rollen?

"Passief slachtoffer: onzeker, gevoelig, stil, eenzaam.

Provocerend slachtoffer: reageert zenuwachtig en

agressief. Veroorzaakt irritaties en spanningen. Durft

ook zelf te pesten. Dader: vindt zichzelf stoer en pest

om aandacht of status te krijgen. Meelopers pesten

mee uit angst om zelf slachtoffer te worden of om zich

populair te maken. Buitenstaanders pesten niet, maar

doen uit angst ook niets om het pesten te stoppen.

Verdedigers durven op te komen voor het slachtoffer.

Zij dwingen respect af en hebben daardoor invloed in

de groep."

Melden of klikken?

Wanneer een leerling gepest wordt, staat hij of zij

alleen tegenover een andere jongere of tegenover

een groep. De pestkop draagt de

hoofdverantwoordelijkheid, maar de anderen

(klasgenoten, vriendenkring) die op de hoogte zijn

van hetgeen er gebeurt, zijn mee verantwoordelijk.

De buitenstaanders uit de vorige paragraaf kunnen

voor een ommekeer zorgen, door de verdedigers te

steunen.

We vragen niet dat je als een koene ridder de vuist

heft ter verdediging van het slachtoffer. We begrijpen

ook dat het niet voor iedereen makkelijk is verbaal

3 | Kaller 2011-2012 | Editoriaal

Page 5: Kaller_12_2011

De gangen werden de laatste weken gevuld met geruchten. Vreselijke

geruchten die het leven van jongeren zal veranderen! Er gaan

geruchten de ronde dat het muurtje niet langer onze naschoolse

opvang zal zijn, maar gewoon een plaats waar leerlingen en

leerkrachten elkaar passeren in volledige harmonie. We kennen nu het

verdict, maar hoe denken de leerlingen en leraren hierover?

Pro: “Ik denk dat het aangenamer zou zijn wanneer de

leerlingen achter het muurtje zouden verblijven

tijdens de middagspeeltijd en na school, we

zouden banken kunnen plaatsen waar de

leerlingen kunnen zitten en gezellig napraten. Een

andere ‘oplossing‘ zou het verschuiven zijn van

de hangplek. Wanneer de jongeren bijvoorbeeld

twintig meter zouden opschuiven van de

schoolpoort kunnen de leerkrachten en

toekomende leerlingen rustig de school

betreden. We eisen natuurlijk wel een

tegenprestatie, afval hoort thuis in de vuilbak en

niet op de grond.”

-Mevr. Vermaelen-

“ Ik ben voor als er een alternatief wordt

gevonden voor de mensen die op hun bus

moeten wachten en dergelijke.”

-Bilal Ben Ahmed, 5ET-

“Ik wéét, door een gesprek met de directeur dat

het muurtje verboden is, hoe dan ook, maar ik

ben er wel voor dat er een alternatief moet

komen.”

-Valerie Lever, 6LWI-

Contra: “Ik vind de afschaffing van het muurtje niet

terecht. In de winter kunnen we terecht in het

PO-lokaal, maar waar moeten we naartoe in de

zomer? Bovendien zullen de leerlingen gewoon

een ander muurtje in beslag nemen, en wat is

dan het nut geweest van heel deze maatregel?”

-Charlene Van Limberghen, 6HW-

“Ik geef toe dat het een beetje lastig kan zijn om

de school te betreden en te verlaten vanwege de

vele leerlingen bij de schoolpoort. Maar dat hoort

nu eenmaal bij een school. Ik sta wel net als mijn

collega erop (mevr. Vermaelen) dat het afval

wordt meegenomen naar de vuilbakken zodat de

ruimte netjes kan achtergelaten worden.”

-Mevr. Bogemans-

“Ik vind dit belachelijk. Sommige leerlingen

moeten lang op hun bus wachten en doen dit

liever niet alleen. Sommigen vinden ook dat

blijven hangen een foute boodschap uitzendt aan

voorbijgangers, hier ben ik het niet mee eens.

Moest ik voorbij een school komen waar

leerlingen na school graag wat napraten zou ik

niet denken 'wat voor een school is dat?' Wat

moeten we anders doen? Allemaal onmiddellijk

naar huis gaan en op facebook tegen elkaar

praten? Proberen ze ons dat nu niet juist af te

leren?”

-Naomi Laats, 6HW-

Het ‘muurtje’Het ‘muurtje’ Pro

&

contra

4| Kaller 2011-2012 | Pro&contra

Page 6: Kaller_12_2011

It’s cool to be an EcoIt’s cool to be an Eco--

school!school!

Top

Story

“Ik zag het licht branden in de gang op een zonovergoten dag en dit

heeft mij het licht doen zien”. Dit was de aanzet om te ijveren voor een

propere, gezonde school zonder verspilling! De Kaller ging op zoek naar

“de groene jongens” van de school en sprak met de bezielers van het

eco-project.

Eco-beleid: waar kwam het idee van?

Dhr. Van Gorp: Op een zonnige lentedag in 2011, liep

ik door de gang en ik vroeg me af waarom de lichten

hier brandden? Dit is pure verspilling. Ik begon er

meer op te letten en zag allerlei zaken die pure

verspilling waren. Soms zag ik zelfs

in klassen de computers nog

aanstaan als er geen les was.

Papiertjes of blikjes op de

speelplaats. Leerlingen beseffen dit

te weinig maar dit kost ons

handenvol geld. Om hieraan iets te doen, ben ik op

zoek gegaan naar een ‘partner in crime’. Al snel kwam

ik bij mijn collega Dhr. De Cleen, onze leraar

informatica, die mij vertelde dat leerlingen veel te

veel printen op school en zo enorm veel papier en inkt

verspillen. Ook Dhr. Van Kerckhoven, mevr. Van

Breedam en mevr. Grielen vonden dat er iets gedaan

moest worden om de leerlingen te sensibiliseren.

Samen hebben we eens nagedacht over hoe we al

deze vormen van verspilling konden aanpakken. We

hebben een eco-beleid uitgedokterd om hieraan iets

te doen.

Wat houdt het eco-beleid juist in?

Dhr. De Cleen: We gaan trachten te voorkomen dat

we onnodig elektriciteit verbruiken. Dit kan door te

zorgen dat de lichten in gangen en klassen niet aan

blijven als het niet

nodig is. We gaan er ook op

toezien dat er geen computers

onnodig blijven aanstaan. We

willen ook iets doen aan de

vervuiling op school m.n. aan de

rondslingerende papiertjes en

blikjes die je overal wel vindt, zelfs op de meest

onwaarschijnlijke plaatsen.

Verder is het belangrijk dat klaslokalen goed verlucht

worden zodat de verwarming beter gaat

functioneren. Dit is ook nodig omwille van

gezondheidsredenen.

Is de luchtkwaliteit in de klaslokalen zo slecht?

Dhr. Van Gorp: Ik heb samen met meneer De Cleen in

alle klaslokalen de luchtkwaliteit gemeten. Sommige

klassen worden beter verlucht dan andere, maar het

gemiddelde CO2-gehalte is te hoog. Meneer De Cleen

heeft dit in een mooie grafiek gezet die je aan de

valven kunt vinden.

“Leerlingen krijgen dus geen

hoofdpijn van teveel huiswerk,

maar van ongezonde lucht.”

5| Kaller 2011-2012 | Topstory

Page 7: Kaller_12_2011

banken en stoelen en dit wordt allemaal betaald door

de staat. Je moet toch een zekere zin voor respect

hebben.

Zou het nuttig zijn om meerdere

dikke-truiendagen per jaar te

houden?

Dhr. Van Gorp: We zouden dit 1

keer per maand in de winter kunnen organiseren, niet

in december omdat er examens zijn, maar wel in

november en van januari tot maart. Dit zou toch wel

een effect kunnen hebben.

Hebt u zelf nog ideeën voor het ecologisch beleid?

Dhr. Van Gorp: Wel, we zouden ook iets willen doen

aan het printerbeleid en de papierverspilling. Er wordt

hier op school zeer veel geprint terwijl dat eigenlijk

niet nodig is. Dus daar zouden we iets aan willen

doen. Het belangrijkste is nu ons afvalbeleid. Hierbij

moeten we niet alleen sensibiliseren, maar ook in

actie treden, ik zeg nu maar iets, door bijvoorbeeld

elke week een klas te laten opruimen gedurende 10 à

15 min. Dit moeten we nog verder uitdokteren.

Dhr. De Cleen: Blijkbaar heeft de basisschool al een

dergelijk project. Kleuters

ruimen hun eigen papiertjes op!

Wat dus nog op de speelplaats

na een speeltijd blijft liggen aan

vervuiling, is van onze leerlingen.

Laten we dit voorbeeld volgen. Ik vind onze leerlingen

vuil. Als we de mentaliteit kunnen wijzigen en laten

inzien dat iedereen zijn eigen vuil opruimt dan zou er

na verloop van tijd niemand nog eco-meester moeten

zijn!

Zou een composthoop een goede oplossing zijn?

Dhr. de cleen: Er is blijkbaar al een composthoop. Het

zou handig zijn als er aparte vuilbakken komen voor

het gft-afval. Of kippen, die eten alles! En dan hebben

we ‘s middags nog verse eieren ook! Maar wellicht zal

dit niet eenvoudig zijn omwille van

gezondheidsredenen.

Met dank aan Lennert, Jill, Laura en Britt

Wat zijn de gevolgen hiervan?

Dhr. De Cleen: Het gebrek aan verse lucht heeft heel

wat gevolgen voor de gezondheid. De meest

voorkomende klachten zijn meer ziekte en

luchtwegeninfecties, allergische reacties, verergering

van astmaklachten en hoofdpijn. Uit onderzoek is ook

gebleken dat te veel CO2 invloed heeft op de

leerprestatie. Zich niet goed kunnen concentreren bij

een toets, kan hiervan een gevolg zijn. Ook de

overheid heeft dit ingezien en heeft een heel

sensibiliseringsproject gelanceerd: air@school, zodat

scholen de nodige aandacht zouden besteden aan

verse lucht in de klaslokalen.

Wat kunnen de school en de leerlingen hieraan

doen?

Dhr. Van Gorp: Participeren aan

ons eco-beleid. Als je eco-meester

bent voor een week kan je tijdens

het wisselen van de lessen de

ramen en de deur open zetten, om een luchtstroom

te creëren. Dan kan de lucht vervangen worden door

verse lucht, en dit moet altijd in het begin en op het

einde van de les gebeuren. Ook wordt er verwacht

dat ze na de les erop toezien dat de lichten en de

computers worden uitgeschakeld. En ten slotte

kunnen eco-meesters rondslingerend vuil snel in de

juiste vuilbak deponeren.

Dhr. De Cleen: De leerlingen hoeven bijna niets te

doen om toch veel resultaat te boeken!

Denkt u dat de leerlingen bereid zullen zijn om

hieraan mee te werken?

Dhr. Van Gorp: Wij hopen dat ten zeerste. Ons eco-

meesterprogramma vereist eigenlijk niet veel moeite

van de leerlingen. Sommigen moeten 3 keer per jaar

voor een week ecomeester zijn.

Ik hoop het dat leerlingen dit

willen doen, want het is iets wat

je zelf moet leren; als je later

alleen woont en je krijgt je

energierekening, dan zal je wel beseffen van 'oei, ik

heb veel verspild'. Als je door de gangen wandelt

bijvoorbeeld, de zon schijnt en het licht brandt, dan

heb ik zo iets van: waarom brandt dat licht nu, dat is

pure verspilling, ook al moet ik de rekening niet

betalen. Ik doe dat thuis ook, eigenlijk overal waar ik

kom en dat is iets wat de leerlingen eigenlijk moeten

leren. In het derde jaar zal het misschien wat

moeilijker zijn, maar de 6dejaars moeten dat zeker

kunnen, zij moeten er toch voor kunnen openstaan,

voor een mentaliteitswijziging! Je moet ook denken,

je komt naar school, de school is niet van jou, dat is

ook eigenlijk een vorm van respect. We zitten hier op

“Ik vind onze leerlingen

vuil!”

“Kippen op school dat is pas een

goed idee!”

6| Kaller 2011-2012 | Topstory

Page 8: Kaller_12_2011

VisitingVisiting City

trips

7| Kaller 2011-2012 | Citytrips

Op 30 september 2011 gingen we met het voltallige vijfde jaar naar Amsterdam.

De dag begon zeer vroeg: om 6 uur ’s morgens stond iedereen met slaapoogjes te

wachten op de bus. Zodra iedereen een plaatsje had gevonden, waren we klaar

voor het vertrek.

Hoewel sommigen direct terug in slaap vielen om het

aantal gemiste uren slaap te compenseren, zat de

sfeer er dadelijk goed in. De meesten waren

uitgelaten, enthousiast en vol verwachting. Er werd

een film vertoond en voor we het wisten, zaten we in

Amsterdam.

Aangekomen op het Leidse Plein, waar op dit vroege

uur nog niet veel te doen en te zien was, kregen we

drie kwartier vrije tijd. Een tweede ontbijtje uit de

Starbucks kon er wel in en de mogelijkheid om al

een beetje aan “window shopping” te doen, werd

niet afgeslagen. Daarna was het tijd om naar het

Rijksmuseum te gaan, maar eerst stopten we even

aan de grote “I Amsterdam” letters voor een leuke

groepsfoto. In het Rijksmuseum kreeg ieder een

koptelefoon, waardoor je op je eigen tempo het

museum kon verkennen en zelf kon kiezen over

welke werken je wat

Page 9: Kaller_12_2011

AmsterdamAmsterdam

8 |Kaller 2011-2012 | Citytrips

meer wilde weten. Het grootste schilderij “De

Nachtwacht” van Rembrandt, was het laatste

schilderij voor de museumshop. We kregen anderhalf

uur tijd om de kunstwerken te bekijken, voor

sommigen was dit veel te lang en voor anderen veel

te kort. In ieder geval had iedereen honger, dus

gingen we op weg naar de boot waarop we een

lunchpakket zouden krijgen.

Eens op de boot, kregen we 2

sandwiches, een flesje melk en een

stuk fruit. De boottocht was

aangenaam dankzij het mooie weer

en de mogelijkheid om even uit te

rusten. We hebben zo ook een mooi overzicht

gekregen over de stad. Daarna volgde een wandeling

langs de bloemenmarkt en de Blauwbrug tot in de

Kalverstraat. Hier kregen we dan de tijd om wat te

winkelen of iets te drinken, zolang we maar in

groepjes bleven.

Nadat iedereen was aangekomen op de afgesproken

verzamelplaats, vertrokken we richting het Anna

Frank Huis. We kregen een rondleiding door het

Achterhuis en kregen in elke kamer informatie over

de families die er hadden gewoond. Na dit bezoek

was er weer tijd om iets te gaan eten. Gedreven door

de honger kozen we voor het gemakkelijkste en het

snelste: McDonald’s. Toen iedereen voldaan was,

werd het stilaan tijd om terug te

vertrekken. De bus stond al op ons

te wachten en we haastten ons om

terug een plaatsje te veroveren, blij

dat onze voeten konden rusten.

Op de terugreis werd weer een film vertoond en de

sfeer was net zo goed als op de heenreis: niet meer

vol verwachting, maar tevreden. Het was wel een

vermoeiende uitstap, maar zeker de moeite waard en

voor herhaling vatbaar!

“Amsterdam: zeker de moeite

waard en voor herhaling

vatbaar.”

Page 10: Kaller_12_2011

9 | Kaller 2011-2012 | Citytrips

Page 11: Kaller_12_2011

De Latijnse trotseert de De Latijnse trotseert de

vloek van Toetanchamonvloek van Toetanchamon

School

Trip

10 | Kaller 2011—2012 | Schooltrip

Page 12: Kaller_12_2011

Wat een kans! De graftombe van

To e ta n c h a m o n t e ku n n e n

bewonderen en dit... in Brussel! Dat

moet je gezien hebben… ondanks de

vloek die op het graf rust. Met de

onverschrokkenheid van grafrovers

trok de Latijnse haar stoute schoenen

aan om met z’n allen in de tombe te

duiken van een farao die maar zo oud

is geworden als… enkelen van ons.

De eerste kamer was een soort van inleiding. We

kregen een beperkt aantal minuten om deze kamer te

bezichtigen en werden dan de volgende kamer

ingeleid. Hier kregen we een filmpje te zien over

Toetanchamon en zijn vader. Daarna werd in de

volgende kamer een filmpje over Howard Carter

getoond. Hierna was de tentoonstelling eigenlijk zo

opgebouwd dat we het graf uit de ogen van Howard

Carter bekeken, we kregen dus in dezelfde volgorde

het graf te zien.

Na deze documentaire, werden we begeleid naar de

volgende ruimte, hier zagen we de voorkamer van het

graf, exact zoals Howard Carter die in de tijd

gevonden heeft. Alle voorwerpen stonden op juist

dezelfde plaats en alle voorwerpen waren zorgvuldig

nagemaakt, zeer mooi.

Daarna gingen we naar de volgende ruimte, hier

hebben ze dan de echte grafkamer gereconstrueerd.

Eerst kregen we een paar beelden te zien, vooraleer

we echt mochten zien hoe die grafkamer er juist

uitzag. Dit vond ik zeer fascinerend, alle schatten zijn

zo mooi nagemaakt, die kleuren en die materialen

vind ik echt prachtig. Ik vind het ook heel knap dat ze

dat in die tijd allemaal zo mooi hebben kunnen

maken.

Vervolgens werden we geleid naar de schatkamer,

wat ook zeer boeiend was, hier zag je alle

voorwerpen, alle schatten die samen met

Toetanchamon begraven waren.

Na dit interessant deel van de tentoonstelling,

werden we naar een zaal geleid waar we vrij, op ons

eigen tempo en met behulp van onze audiogids,

mochten rondlopen. Overal waren er panelen tegen

de muur bevestigd met allerlei informatie.

Eerst kwamen we bij de schrijnen, voor mij direct het

hoogtepunt van deze uitstap. Ik had nooit gedacht dat

ze zo groot en zo mooi zouden zijn, echt fascinerend.

Bij elk voorwerp van Toetanchamon stond er een

nummertje. Als we dat nummertje indrukten in onze

audiogids, kregen we informatie bij dat bepaalde

voorwerp. Ik vond dit een zeer goed systeem, zo kon

iedereen op zijn eigen tempo de tentoonstelling

rondgaan.

11| Kaller 2011-2012 | Schooltrip

Page 13: Kaller_12_2011

12 | Kaller 2011-2012 | Schooltrip

Na de schrijnen te hebben gezien, kwamen we aan bij

de sarcofagen die bij Toetanchamon in zijn graf

werden gevonden. Ze waren alle vier zeer boeiend en

zeer mooi. Vervolgens kwamen we dan bij het

beroemde masker van Toetanchamon waar ik, eerlijk

gezegd, een beetje in teleurgesteld was, aangezien ik

het veel groter had verwacht. Maar het was wel zeer

mooi gemaakt, de kleuren, de materialen. Toen

kwamen we bij een deel wat me ook altijd heeft

geïnteresseerd, en dat zijn de sieraden en de

amuletten van Toetanchamon. Ik vind het zeer knap

dat er in die tijd al zo’n mooie sieraden werden

gemaakt, en de amuletten, met onder andere het

oedjat oog, vond ik ook heel mooi.

Stefanie Janssens, 6LT:

Ik vond de tentoonstelling zeer interessant en zeker

de moeite waard om eens bezocht te hebben. De

replica’s vond ik ook heel mooi, ik vind het zeer knap

dat ze die allemaal zo goed hebben kunnen namaken,

je zou nauwelijks merken dat het niet het origineel is.

We hebben vorig jaar in de lessen esthetica redelijk

veel besproken over Toetanchamon en zijn

grafvondsten, dus het was heel leuk om nu de zaken

die we vorig jaar behandeld hebben, (nu weglaten)

eens in het ‘echt’ te zien.

Ik had ook al een zekere basis van Toetanchamon, ik

wist er al redelijk veel van en dus vond ik het zeer

boeiend om meer te weten te komen.

Ik vond eigenlijk alles heel mooi en fascinerend, maar

hetgeen wat er voor mij bovenuit stak, waren de

schrijnen. Die vind ik echt prachtig en ik had echt niet

gedacht dat die zo mooi en groot zouden zijn. Mijn

verwachtingen zijn zeker en vast ingelost, ik had er

veel van verwacht, maar het is zelfs nog beter

uitgedraaid dan dat ik had durven denken. Ik vind de

tentoonstelling zeer knap gemaakt! Er was niet echt

iets wat tegenviel, enkel had ik het masker van

Toetanchamon veel groter verwacht, en veel

specialer, dus daar was ik wel een beetje

teleurgesteld in, niet dat het niet mooi was natuurlijk.

Het is zeker en vast een aanrader voor iedereen die

zich ook maar een beetje interesseert voor het Oude

Egypte!

Bieke Van de Perre, 5LWI:

De voorwerpen waren fantastisch nagemaakt en

gaven een perfect beeld van hoe de echte

voorwerpen eruit zien, maar natuurlijk kun je nooit

zo’n overweldigend gevoel hebben bij replica’s als bij

echte historische voorwerpen. Dat is juist wat ik het

leukste vind aan musea, tentoonstellingen en oude

gebouwen: dat je in de aanwezigheid bent van iets

dat mensen zoveel jaren geleden ook hebben

aangeraakt of bekeken of gebruikt. Dat spreekt echt

tot de verbeelding en geeft altijd iets extra.

Valerie Lever, 6LWI:

De replica’s waren bijzonder goed gemaakt, het

stoorde niet dat het replica’s waren. De geschiedenis

kwam mooi naar boven, ze fascineerde mij enorm.

Maar toen ik buitenkwam, had ik het gevoel dat er

iets ontbrak. Ergens voelde het toch niet helemaal

volmaakt.

Stefanie, Bieke en Valerie

Page 14: Kaller_12_2011

13 | Kaller 2011– 2012 | Uur cultuur

Multiculturele wandelingMulticulturele wandeling Uur

Cultuur

“Volgende week cultuurwandeling”, zei meneer De Cleen met

verschillende reacties tot gevolg had van “uh”?, “ Saaaiiii” tot “Jeeej”!

“Geen les”!

Om 13u05 moesten we verzamelen aan de

hoofdingang en o wee wie te laat kwam, werd ons op

het hart gedrukt. Er werd niet gewacht op

achterblijvers! Dus verzamelden we allemaal braaf op

tijd…. Behalve meneer De Cleen en meneer

Gellens zelf, zij kwamen een minuutje te

laat! Op naar het afspraakpunt met onze

gids aan de bibliotheek van Lier. Een man

met evenveel haar als meneer De Cleen,

maar twee keer zo oud.

Eenmaal aangekomen aan de moskee was ik een

beetje verbaasd. Voor mij was het de eerste keer dat

ik naar een moskee ging. Ik had me verwacht aan een

prachtig paleis met een koepel waar overal

kunstwerken hingen en er constant een gebed

weerklonk. Maar wat bleek… de moskee was in een

klein gebouw ergens tussen de rijhuizen verstopt.

Omdat het gebed nog bezig was, gingen we eerst naar

de ontmoetingsruimte van de moskee… Het was

echter schrikken want het was net een klaslokaal.

Tot mijn verbazing bevestigde de gids dit ook.

Moslimkinderen gaan op zaterdag en zondag naar

school om de koran te leren! In de ontmoetingsruimte

kregen deze pechvogels les. De gids vertelde ons dat

we in een Marokkaanse moskee waren en

dat deze helemaal verschilde van een

Turkse. Ondanks het feit dat Marokkanen

en Turken moslim zijn, verschillen ze dag

en nacht van elkaar. Ze wonen op andere

plaatsen, denken anders, leven anders, eten anders …

wel met de mond zoals wij.

De uitleg van de gids werd verstoord door het

binnenvallen van een man met een dienblad in

typische Marokkaanse klederdracht. We mochten

kennis maken met het klaarmaken van hun muntthee

en mochten er zelfs van proeven … met Marokkaanse

koekjes erbij! Want zeg nu zelf, wat is nu thee zonder

koekjes?!

“Want wat is nu thee

zonder koekjes?”

Page 15: Kaller_12_2011

14 | Kaller 2011— 2012 | Uur cultuur

Toen het gebedsmoment achter de rug was, mochten

we eindelijk een kijkje nemen in de bidruimte zelf.

Hiervoor had iedereen gevreesd… de geur van

heerlijke stinkvoeten want de schoenen moesten uit!

Niet omwille van hun geloof, maar omwille van

hygiënische redenen. Het tapijt moet proper blijven!

Na wat aarzeling deed iedereen dan toch zijn

schoenen uit… om binnen te treden in een ruimte die

echter geen paleis was ondanks een zeer mooi, maar

duur tapijt van € 5000. Eigenlijk was het gewoon een

groot lokaal… met een scorebord! Of zo leek het wel.

Het waren wel geen voetbaluitslagen die erop

stonden, maar de tijdstippen waarop de moslims

moesten bidden. Het stond in verbinding met een

satelliet zodat de uren overeenkwamen met de uren

van de grote moskee van Antwerpen. Het tapijt was

wel zeer zacht en dit is ook nodig want moslims

knielen en maken buigingen tijdens het gebed.

Omwille van zijn oude knoken kon de gids het niet

meer voor doen… dus was Amber het slachtoffer. Een

grappig gezicht, vooral omdat zij zelf haar lach niet

kon bedwingen. We waren toch blij dat we terug onze

schoenen konden aan trekken en onze wandeling

verder zetten…. naar de andere moslims die dag en

nacht van elkaar verschilden. Op naar een Turkse ba-

zaar! De Mondial! Een winkel met maar liefst 3700

verschillende producten… en spotgoedkoop! Wat

opviel, was dat er een zeer groot aanbod was aan

verschillende soorten thee met soms zeer vreemde

smaken. Ook olijven behoren tot de lievelingsproduc-

ten die ze met pit en al opaten! Omwille van hun ge-

neeskrachtige werking, zo beweerde onze gids. Ook

hier konden we proeven van typische Turkse produc-

ten als worstjes, fetakaas en olijven… gelukkig zonder

pit! Maar het was een leuke en interessante uitstap.

Met dank aan 4HW voor hun bijdrage.

Page 16: Kaller_12_2011

De leerlingen van 5 HW keken er al enkele weken naar uit: Els Aeyels kwam

naar de klas! Ze is een dame met een naam die bij vele mensen een

belletje doet rinkelen. Maar meestal weet men niet meer ‘van waar men

haar ook alweer kent’. De kans is nochtans groot dat u geregeld met haar -

of met haar stem alleszins- wakker wordt als u afstemt op een radiozender

van de openbare omroep. Els Aeyels is radiojournaliste bij de VRT, draait

reportages, schrijft opiniestukken, leest met een stem als geen ander het

nieuws en was zo vriendelijk om naar onze school te komen vertellen over

haar werk als journaliste.

5 Humane wetenschappen ontmoet5 Humane wetenschappen ontmoet

‘the voice van het radiojournaal!’‘the voice van het radiojournaal!’

School

lecture

Hoe we haar konden overtuigen om daar tussen

haar drukke bezigheden tijd voor vrij te maken? In

haar studentenjaren heeft ze nog samen op de

banken in de aula gezeten met onze leerkracht

geschiedenis/cultuur. Veel hebben ze elkaar toen

niet gezien. Dat het kwam omdat één van beiden

haar roes aan het uitslapen

was, laten we in deze

schoolkrant best in het

midden. Maar beide dames

delen dezelfde geweldige

vriendinnen –M. De Cleen, kan u een exemplaar van

deze Kaller bezorgen aan Greetje M.?- en vooral de

liefde voor hun jeugdidolen. Fans van Ian Thomas,

je had op je vijftiende de Tröckener Kecks eens

moeten leren kennen! Dat waren nog eens tijden!

Genoeg uitgeweid. Het hoofdstuk ‘media’ uit de

lessen cultuurwetenschappen was het ideale excuus

voor onze “humane” om alles wat je wilde weten

over Els Aeyels maar nooit durfde te vragen, op een

rijtje te zetten. Mevr. Catteeuw zou de vragen

bundelen, sorteren maar niet censureren. Het werd

een indrukwekkend lange lijst

van vragen. Leerlingen wilden

weten welke haar saaiste,

boeiendste, gevaarlijkste

werkdagen ooit waren, welke

haar meest legendarische blunders en/of

versprekingen. We kwamen meer te weten over

discussies op de redactie, deontologische kwesties,

vragen over wat kan en niet kan, het checken en

dubbelchecken van feiten.

“Bush wil ik wel eens interviewen om

te weten of hij nu eigenlijk

slim of dom is’”.

15| Kaller 2011-2012 | School lecture

Page 17: Kaller_12_2011

We kunnen u verzekeren dat er ontzettend veel komt

kijken bij het maken van 16 000 nieuwsbulletins per jaar

waar gemiddeld 3 miljoen Vlamingen naar luisteren,

allemaal in elkaar gebokst door een redactie van meer

dan 300 mensen. En –jawel- we kwamen er ook achter –

via facebook, hoe anders in deze nieuwe media tijden?-

dat er een oud-leerlinge van onze school op diezelfde

redactie zit. Misschien wil oud-humane-leerlinge Els

Cannaerts volgend jaar ook wat VRT geheimen komen

ontsluieren voor de klas! M. De Cleen, kan u ook haar een

exemplaar van deze Kaller bezorgen?

Iedereen heeft wel iets

onthouden van de voordracht

van Els… Niels wilde weten

w e l k e E l s ’ g r o o t s t e

versprekingen waren, Sema

wilde weten wie Els dolgraag

zou willen interviewen. ‘Bush’ was het antwoord, ‘om te

weten te komen of hij nu slim of dom is’. Rani vroeg hoe

het eraan toe ging op de redactie op 11 september 2001:

“ Onwezenlijk, bijna surrealistisch” kregen we te horen.

Het was vooral hallucinant te horen dat een

nietsvermoedende Els zo’n half uur voor de eerste crash

op de Twin Towers op een verder nieuwssaaie dag zei ‘als

er nu binnen de 10 minuten niets gaat gebeuren dan val

ik hier ter plekke in slaap’. Lennert weet helaas nog

steeds niet of ze nu voor FC Barcelona of Real Madrid is.

Karim kwam te weten hoeveel Els verdient en dat mag

volgens hem best meer zijn. Het is alvast genoteerd en Els

AeyLES –zoals sommigen haar graag noemen- legt het

zeker voor aan haar baas bij het volgende

evaluatiegesprek! M. De Cleen, kan u ook hem een

exemplaar van deze Kaller bezorgen?

Tijd om de leerlingen zelf aan het woord te laten!

Melissa: Eindelijk was het zover, Els Aeyels kwam naar

onze klas om een uiteenzetting te geven over de VRT, de

redactie, hoe het nieuws werkt op de radio, op de tv en

nog veel meer. Ik wist niet goed waaraan ik me moest

verwachten, zou het boeiend zijn of maar wat lezen wat

er op een papier stond? Wel het was ongetwijfeld het

eerste. Een zeer boeiende uiteenzetting en allesbehalve

saai.

Ze begon met een film die enkele jaren geleden gemaakt is

bij hun op de redactie, dit gaf direct al een duidelijk beeld

over hoe ze te werk gaan, de materialen,…

Vervolgens lichtte ze de film wat bij, want de cijfers waren

ondertussen een beetje verouderd en er waren al nieuwe

wagens om mee op verplaatsing te gaan aangekocht.

Na de interessante inleiding heeft ze zowat elk medium

waar ze mee werken verder uitgelegd. Van de krant en

teletekst tot de radio, tv en website. Wat me hierbij vooral

verwonderde was dat nog zeer veel mensen dagelijks

teletekst checken. Ik had dit helemaal niet verwacht,

waarschijnlijk omdat het iets is wat de jeugd van nu niet

direct zou doen. Bij ons is het

internet veel meer voor de hand

liggend.

Toen de vragenronde kwam waren

we eerst wat verlegen, maar daar

kwam naderhand verandering in en

toen vond ik het een heel leuk en grappig vraaggesprek.

De dingen die me zeker zullen bijblijven:

- Hoe haar werkdag eruit zag op 11/9/2001

- Om welk uur ze vaak begint te werken (want op dat

moment draai ik mij nog eens om in

mijn bed hoor…)

- Haar grootste blunder

- Natuurlijk ook haar grootste verspreking (ze doet er

misschien niet veel. Maar als ze iets

doet, dan doet ze het goed!)

- En ook gewoon de manier waarop ze alles zeer leuk wist te

v e r t e l l e n , d e p a s s i e v o o r h e t

vak.

Ik vond het een zeer leuke namiddag en heb er echt wel

dingen uit geleerd!

Zoiets is zeker voor herhaling vatbaar.

Sema: Ze had een zeer aangename stem waardoor de hele

klas muisstil was en iedereen aandachtig meeluisterde. Ik

was erg verrast door het filmpje dat ze toonde. Ik had er

geen idee van wat er achter het scherm op televisie

schuilde! Nu weet ik dat er veel stress, orde en stiptheid aan

te pas komt!

Ze was ook erg bescheiden, dit sprak me zeker aan om nog

beter naar haar te luisteren! Ik hoop haar ooit terug te

spreken.

Lennert: ‘Ik vond het een geweldig initiatief om haar te

verwelkomen in de klas.’

Niels: ‘Ik heb ondervonden dat ze een vrolijke spontane

vrouw is’.

Karim: ‘Ze vertelde wat ze verdiende en ik moet eerlijk zijn.

Voor iemand die zoveel tijd steekt in zijn job zou ze toch

meer moeten verdienen!’

Johannes: ‘De hoofdvraag was voor mij persoonlijk de vraag

van haar grootste blunder of verspreking. Haar grootste

blunder was dat ze was vergeten dat ze het nieuws moest

lezen. Ze zat rustig op haar bureau toen ze opeens de tune

hoorde van het nieuws en toen is ze meteen naar de micro

gelopen om te beginnen lezen. Haar grootste verspreking

was bij de invoering van de euro. Er werden toen franken

ingeruild voor pakketjes euro’s. De pakketjes werden ‘euro

mini kit’ genoemd. Zij verving de ‘i’ van ‘kit’ met de ‘u’

omdat de volgende zin begon met ‘U’.

Later kwam meneer De Cleen een foto nemen voor de

Kaller, onze schoolkrant. En na één uur en een kwartier was

het spijtig genoeg gedaan omdat mevrouw Aeyels nog weg

moest. Maar het was wel een heel interessant gesprek!

Met dank aan E. Catteeuw en 5HW

“Als er na 10 minuten niets gaat

gebeuren dan val ik hier ter plekke in

slaap!”

16| Kaller 2011-2012 | School lecture

Page 18: Kaller_12_2011

KA Lier bezoektKA Lier bezoekt School

trip

Donderdag 17 november bezochten de leerlingen van de richtingen

wetenschappen van het 5de en 6de jaar de fusieshow aan de Universiteit van

Antwerpen.

De spreker begon zijn voordracht met inlichtingen

over ons dagelijkse olieverbruik. Hij heeft deze

vergeleken met de energieomzet van Taris Charlier op

een hometrainer.

We kregen uitleg over de kernfusiereactor met behulp

van proefjes. Zo hebben we de vorming van plasma

gezien, de werking van magnetische velden en de

torusvorm van de fusiereactor. De proefjes konden op

veel belangstelling rekenen.

Thans wordt in Cadarache in Frankrijk volop gebouwd

aan een nieuwe reactor, ITER, die rendabel zou

moeten werken.

Deze fusieshow was een unieke en leerrijke ervaring!

Opgesteld door 6WEWI en 6LAWI.

17| Kaller 2011-2012 | Schooltrip

Page 19: Kaller_12_2011

fusieshowfusieshow

18| Kaller 2011-2012 | Schooltrip

Page 20: Kaller_12_2011

Volgens bepaalde mensen is het strafbeleid op school te streng. Soms

treden leerkrachten te streng op bij minieme fouten. Wat vindt u?

Straffen?Straffen? Opinie

maker

19| Kaller 2011-2012 | Opiniemaker

Dit hangt van leerkracht tot leerkracht af. Sommige

leerkrachten zijn te streng, andere straffen zelden tot

niet. Voor mij is het dus goed. Je kan er eigenlijk toch

niets aan veranderen.

-Elke Schwickert, 6HW-

Hangt af van leerling tot leerling. Bij iemand die vaak

niet in orde is, zijn ze veel strenger.

-Alec Caroen, 6WW-

Hangt af van leerling tot leerling en van leerkracht tot

leerkracht. Sommige leerkrachten straffen streng en

efficiënt, terwijl andere niet genoeg straffen. Soms

hangt het ook af van het verleden van de leerling.

Heeft de leerling al wat meer mispeuterd op de

school, dan zal er ook zwaarder gestraft worden.

-Joren Polfliet, 6HW-

Het is waar dat de talloze strafstudies niets uithalen,

maar verder is het beleid op school zeker niet te

streng.

-Lieven Paulissen, 6LWI-

Ik vind dat deze school niet echt streng is. Ik kom

namelijk van het KVRI in Vorselaar en daar was het

heel wat anders dan hier. Niet dat het hier strenger

moet worden, maar er moeten natuurlijk wel regels

zijn die moeten nageleefd worden.

-Gianni Vets, 6ET-

Onze school is wat je noemt een vrije en open school.

Dit houdt in dat de directie en leerkrachten de

jongeren die bij ons op school zitten, willen steunen

in het zelfstandig nemen van beslissingen en hen zelf

willen laten bepalen wat goed en minder goed is. We

gaan er tegelijkertijd ook vanuit dat die vrijheid die

onze school zo kenmerkt niet misbruikt wordt en

geen excuus is voor het overtreden van de afspraken

en regels. Gebeurt dat toch, dan kan je niet anders

dan straffen. Het zijn immers precies die zo kostbare

regels en afspraken die onze steeds ingewikkelder

wordende samenleving bij elkaar houden. En de

school is een afspiegeling van de samenleving.

Indirect betekent dit dan ook dat het strafbeleid op

onze school eigenlijk automatisch bepaald wordt

door het gedrag van de leerlingen zelf: alleen als je

iets -opzettelijk- fout doet, volgt er een straf. Elke

leerling heeft dus steeds zijn eigen lot in handen. En

welke straffen nu precies te streng zijn of niet, dat is

een eindeloze (en nutteloze) discussie. Mijn idee van

een degelijk strafbeleid is: “Streng, maar

rechtvaardig”, evenwel zonder te vervallen in het

verstard nakijken of elk detail wel klopt. En voor het

overige gebruik ik bij het geven van een straf gewoon

mijn gezond verstand. Dat moesten trouwens meer

mensen doen. Vooral zij die beslissen over het lot van

anderen, zoals in de politiek en rechtbanken. En tot

slot: “Goede afspraken maken goede vrienden.” Een

heel belangrijke levenswijsheid.

-Dhr. S. Crauwels-

Matthias, Maxime, Joren

Page 21: Kaller_12_2011

Ik vind dat de studiezaal vroeger open moet, maar als

de studiezaal echt niet vroeger open kan, dan moet

dat maar. Als men de studiezaal echt niet vroeger

open kan doen dan vind ik dat dit pech is voor de

leerlingen die moeten wachten tot de zaal open gaat.

- Niels Vanoppen, 6HW -

Ik vind dat de zaal vroeger open moet omdat er

leerlingen zijn die thuis geen computer hebben of die

er iets niet mee kunnen doen. Deze leerlingen kunnen

dan enkel ‘s middags op de computer om hun

huiswerk toch nog af te kunnen maken. Dus ja, ik vind

dat de studiezaal vroeger open moet.

- Sam Neefs, 5HW -

De studiezaal moet vroeger open omdat er dan nog

leerlingen hun huiswerk kunnen (af)maken. Maar ook

zal het wel helpen tegen de verveling van vele

leerlingen tijdens de middag.

- Luc Van Leeuwen, 5WW-

Ik vind dat het makkelijker voor de leerlingen zal zijn

als men de studiezaal wat vroeger opent, vooral voor

de leerlingen die dan nog iets moeten afdrukken. ZO

staat niet iedereen tegelijk voor de printer waarna

deze bijna crasht vanwege het overmatige gebruik op

een korte tijd. Ook zou het beter zijn in de winter

omdat het dan buiten te koud is en de leerlingen dan

warm en vooral rustig kunnen gaan zitten.

- Taris Charlier, 6WW -

De zaal moet vroeger open omdat de leerlingen soms

wel lang moeten wachten voor een leerkracht of het

secretariaat de studiezaal komt openen. Ook is het

niet echt eerlijk dat de zesdejaars een eigen lokaal

hebben dat heel de middag open is terwijl de andere

jaars dan moeten wachten tot de studiezaal open is.

- Valerie Lever, 6LWI -

Wij proberen om de studiezaal zo vlug mogelijk te komen openen, maar het is niet altijd mogelijk dat wij direct aan de deur staan om deze te openen. Wij helpen eerst de leerlingen die aan het secretariaat zelf staan te wachten om ons wat te vragen of wij moeten dringende zaken doen zoals leerkrachten helpen, de telefoon beantwoorden, enzovoort. Dit is niet altijd even gemakkelijk als er zich maar één of twee personen op het secretariaat bevinden. Daarna helpen wij de leerlingen die in de studiezaal willen.

- Secretariaat -

Helena

StudieregelingStudieregeling

Iedereen kent het wel, ’s middags ben je klaar met eten en ben je van plan om

naar de studiezaal te gaan om aan je huiswerk te gaan werken en de studiezaal is

nog gesloten. Zo moet je meestal ook een goede tien minuten tot een kwartier

wachten tot de zaal open gaat. Vind je dat de studiezaal vroeger open moet of

niet?

20| Kaller 2011-2012 | Opiniemaker

Page 22: Kaller_12_2011

De jeugd van tegenwoordig: De jeugd van tegenwoordig:

leerlingen en hun hobbyleerlingen en hun hobby

Spot

light

Skaten mag dan wel zo oud als de straat zijn, ‘out’ is het zeker niet! In

onze eigen school hebben we het levende bewijs zitten dat skaten een

echte sport is die vaardigheden eist. Wij hebben een interview kunnen

regelen met de beste skaters van ons Atheneum.

Wanneer en waarom zijn jullie beginnen skaten?

Linus: ik ben twee jaar geleden beginnen skaten

doordat een goede vriend van mij dit al langer deed

en het mij leuk leek.

Charles: ik ben begonnen door de motivatie van

andere vrienden die dit ook deden.

Hebben jullie voorbeelden/idolen?

Linus : ik heb er verschillende maar de meest gekende

is Torey Pudwill.

Charles: nog een andere bekende is Chris Cole

Siebe D. & Siebe S. : ons grootste idool is eigenlijk

Linus zelf want hij kan het beste skaten van ons

gevieren en ook zijn trucs zijn ‘graaf’.

Waar halen jullie jullie nieuwe trucjes vandaan?

Linus : Meestal bespreken wij dat met vrienden

onderling en vragen we dat ook wel eens aan andere

mensen of we zoeken ze gewoon op op het internet.

Charles : Ik kijk liever eerst naar filmpjes omdat het

dat gemakkelijker maakt om ze achteraf zelf te leren

want door de filmpjes goed te bekijken, leer je de

juiste technieken en daarna proberen we het samen

met vrienden gewoon zelf.

Siebe D. : Of per ongeluk op iets landen. Soms gebeurt

het weleens dat we op een ‘trucje’ komen als we

gewoon aan het skaten zijn.

Is het skateparkje in Lier genoeg voor jullie of willen

jullie meer?

Siebe D. : als je daar kunt skaten, dan kun je het

overal!

Siebe S. : Ja, het is niet echt het grootste park dat je

kunt vinden maar op zich wel genoeg om te oefenen.

Linus : Het parkje op zich is wel leuk maar vergeleken

met andere parken is het park van Lier wel veel te

klein.

Spreken jullie dan soms af om samen naar een ander

skatepark te gaan?

Siebe S. : ja, toch vrij vaak.

Charles : vooral in de zomer wanneer het goed weer is

gaan wij vaak naar Antwerpen omdat de parken daar

veel groter zijn. Soms zelfs naar Nederland.

21| Kaller 2011-2012 | Spotlight

Page 23: Kaller_12_2011

Wie van jullie vier is de beste skater?

Siebe S. & Siebe D. & Charles : LINUS!!

Dat was duidelijk! Waarom moeten mensen voor

een hobby als skaten kiezen ?

Siebe D. : het is gewoon een grave sport, heel

ontspannend met een leuk muziekje erbij. Je hebt

geen verplichtingen, je kan skaten waar en wanneer

je zelf wilt.

Charles : je hebt ook geen vaste uren die eraan

verbonden zijn zoals bij voetbal, die trainingen zijn op

een bepaald uur. Hier is dat niet, hier kunnen we

skaten wanneer we maar willen.

Siebe S. : Het leuke hieraan is dat je veel tijd kunt

doorbrengen met je vrienden.

Charles & Linus : Hierdoor zijn wij ook veel hechtere

vrienden geworden van elkaar. Eigenlijk zijn wij zelfs

een soort van familie.

Charlene, Naomi

22| Kaller 2011-2012 | Spotlight

Hebben jullie al ooit iets gebroken door het skaten?

Linus : ik heb ooit eens een keer mijn neus moeten

laten lijmen. Tijdens het skaten, is mijn skateboard

tegen mijn neus gevlogen waardoor die openlag.

Siebe D. : Ik onlangs nog zelfs. Ruggenwervels zitten

vast met een soort haakjes, maar door een val zijn die

losgekomen waardoor ik een spierverkramping kreeg

en niet meer kon ademen. Best wel lastig.

Siebe S. : Ik heb ooit mijn pols zwaar gekneusd.

Charles : en ik heb mijn teen al eens een keer

gebroken.

Kost skaten veel geld?

Linus : als dit echt je hobby is en je het vrij vaak doet

dan kost dit veel geld, ja. Om de 2 maand moet ik

toch geregeld een nieuw skateboard kopen dat toch

algauw 50 euro kost per skateboard. Aangezien ik het

zelf moet betalen, is dit toch een dure zaak.

Charles : bij mij zijn het vooral mijn schoenen die snel

stuk zijn. Elke maand zijn een nieuw paar schoenen

welkom. Maar er is ook speciale schoenlijm waarmee

je je schoenen (me weglaten) kan maken.

Siebe S. & Siebe D. : Voor ons geen probleem want bij

ons betaalt de mama!

Page 24: Kaller_12_2011

Christmas

story

Als ik als leerkracht zo eens een

uurtje studie heb met een bepaalde

klas, komt bijna altijd de

onvermijdelijke vraag naar boven:

“mijnheer, naar het schijnt hebt u

zo’n leuk verhaal over uw hond. Wil u

dat een keer vertellen?” De meeste

leerlingen waaraan ik les geef, kennen

dat verhaal natuurlijk wel, maar

omdat er zovelen zijn die het niet

kennen, kan je het hieronder lezen.

Het is allemaal echt gebeurd…

Kerstvakantie 2005. Omdat een mens af en toe rust wil

(wacht maar tot jullie wat ouder zijn) en de feestdagen die

rust onvermijdelijk verhinderen (mijn grootmoeder: “en

manneke, wanneer gaat ge nu eindelijk die kinderen kopen

waar ik mijn fortuin aan kan nalaten?”), kan je ook een reis

boeken en maken dat je uit het land van regen en duisternis

wegkomt.

Teveel is teveel, dus dat deed ik dan ook. Ik stapte het

eerste het beste reisbureau binnen en vroeg naar het verst

mogelijke hotel dat onder de zon beschikbaar was. Dat

bleek op het vlindervormige eiland Guadeloupe te liggen in

de Caraïben, tussen Noord- en Zuid-Amerika. Kostprijs: 3000

euro voor een weekje (“het zijn de feestdagen, hé,

mijnheer.”). Aangezien ik geen krent ben, hapte ik vrijwel

meteen toe.

Twee dagen later nam ik de TGV in Brussel, reed tot in

Parijs, nam in Orly het vliegtuig en landde 8 uur later op

Guadeloupe. Veertig graden in de schaduw.

Mijn hotel bleek het beste van het beste, het eten het

lekkerste van het lekkerste en het plaatselijke personeel

vertoonde een aan die landen eigen hartelijke en warme

inborst.

Maar buiten het hotel heerste er grote armoede. Deels door

de hoge werkloosheid, deels door de torenhoge schuld die

het eiland aan het moederland Frankrijk (Guadeloupe is een

Franse provincie en vroegere kolonie) verschuldigd was.

Omwille van een mogelijke overval werd mij dan ook

afgeraden het domein van het hotel te verlaten en gebruik

te maken van alle faciliteiten (winkeltjes, restaurants, bars,

zwembaden, …) die aldaar aanwezig waren.

Toen ik de eerste dag ’s ochtends vroeg via een klein

weggetje naar strand en zee liep, dook er vanuit de bosjes

een graatmager hondje op met oogjes die smeekten om

aandacht. Het was duidelijk een onverzorgde straathond en

leek op een kruising tussen een windhond en een labrador,

maar dan kleiner.

Ik stond even perplex, me afvragend wat die hond wel van

me wilde. Nu moet je weten dat ik het nooit echt met

dieren heb opgehad. Mijn vader was dierenarts en de

meeste dieren die zich in ons huis vertoonden waren ofwel

serieus ziek ofwel ten dode opgeschreven. Als je daar als

kind regelmatig mee geconfronteerd wordt, ontwikkel je de

automatische reflex om jezelf zoveel mogelijk immuun te

maken tegen de mogelijke miserie dat dat met zich

meebrengt.

Maar goed: om de één of de andere reden spraken de

oogjes van die hond mij aan en ik nam haar mee naar het

strand. Ik hoefde het zelfs niet te vragen. Ze kwam gewoon

mee.

Al snel bleek dat in de sterren geschreven stond dat er van

rust en stilte niets in huis zou komen want de hond

ontpopte zich tot een volleerde medezwemmer en

medejogger en vond ook nog ergens een balletje dat steeds

opnieuw uitnodigend op mijn ligstoel achtergelaten werd.

Toen ik tien uur later weer bij het hotel aankwam, was ik

doodop van alle aandacht die het beestje mij gekost had.

De hond mocht uiteraard het hotel niet binnen en ik liet

haar - een beetje met tegenzin - achter op straat.

23| Kaller 2011-2012 | Christmas story

Page 25: Kaller_12_2011

Einde verhaal, denk je? Nee hoor, de volgende ochtend zat

de viervoeter trouw te wachten voor de deur van het hotel.

Ze herkende me meteen en de hele dag was als het ware

een herhaling van de vorige. En zo ging dat zeven dagen

lang door.

De allerlaatste avond van mijn vakantie besliste ik om -

tegen beter weten in - toch maar eens het domein van het

hotel te verlaten en begaf ik mij naar een casino dat zich

tweehonderd meter verder in de straat situeerde. De hond

volgde mij, maar mocht natuurlijk ook in het casino niet

binnen. Toen ik twee uur later buitenkwam, was mijn

trouwe viervoeter verdwenen. Het einde van een zeven

dagen durende vriendschap die ik nooit zou vergeten. Een

beetje teleurgesteld slenterde ik terug naar het hotel tot ik

plots onder de mangroven tegengehouden werd door twee

heren die minstens twee koppen groter waren dan ik. Ook

leken ze gedronken te hebben of onder de invloed van iets

dat in ons land waarschijnlijk als verboden zou gelden.

Eén van hen mompelde in bijna onverstaanbaar Frans iets

over geld. Ik probeerde uit te leggen dat ik geen geld had.

Toen plots het blinkend lemmet van een mes te voorschijn

kwam, toonde ik mijn VISA-kaart om uit te leggen dat ik

geen cash geld op zak had - wat ook de waarheid was. Die

uitleg maakte weinig indruk en het mes kwam een halve

meter dichter. Ik zag mijn leven in een flits voorbijtrekken:

de films die ik gezien had, Lier, mijn familie en vrienden… Ik

dacht: “dit is het. Hasta la vista.”

En toen, plots, vanuit het hoge riet dat naar het schijnt aan

Guadeloupe zo eigen is (je houdt niet voor mogelijk wat

voor details je in al die reisboeken kan lezen), sprong mijn

jonge vriend te voorschijn en plantte haar tanden diep in de

hand die het mes vasthield. Het mes viel en de man stortte

schreeuwend van de pijn neer. De ander zette het op een

lopen. Na enkele seconden - die voor de man wel uren

moeten geleken hebben - liet de hond los. De man kon zich

losrukken en probeerde zich uit de voeten te maken. Hij

maakte daarbij de fout over een zware steen in het hoge

gras te struikelen waarop de hond bovenop zijn hoofd

sprong en zijn oor als favoriet speelgoed behandelde. Ik

weet niet hoe, maar uiteindelijk kon hij zich toch losrukken

en verdween hij bloedend en luid schreeuwend in de nacht.

De hond kwam rustig naast mij zitten. Ik zag gelukkig geen

oor. Hoogstens wat bloed.

Na deze ongelofelijke dienst die het diertje mij bewezen

had, kon ik haar moeilijk op straat achterlaten. Ik smokkelde

haar het hotel binnen via een open raam, verwende haar

met uit de hotelkeuken gestolen brood en charcuterie en

legde haar naast me op bed.

De volgende ochtend - het was acht uur en ik moest om één

uur ‘s middags het hotel verlaten - werd ik aangestaard

door twee ogen die blijkbaar niet geslapen hadden. Als een

openbaring werd het me duidelijk: ik kon niet alleen terug

naar huis. Het zou twee harten gebroken hebben.

Ik belde onmiddellijk naar de luchthaven en legde in

gebrekkig Frans uit dat ik zou terugreizen in het gezelschap

van een hond. Op alle mogelijke manieren probeerde de

dame aan de andere kant van de lijn mij duidelijk te maken

dat dit onmogelijk was. Toen ik uiteindelijk met een

rechtszaak dreigde, gaf ze toe. Op voorwaarde tenminste

dat ik de juiste papieren en een bench had om het dier bij

de bagage op te slaan.

Via een telefoonboek vond ik het adres van een dierenarts

die niet te ver uit de buurt woonde. Een koppel dat ik in het

hotel had leren kennen en over een wagen beschikte, was

zo vriendelijk om mij er rond half elf heen te brengen. De

tijd begon te dringen…

De dierenarts was vriendelijk en zei dat hij papieren kon

maken waaruit zou blijken dat de hond al enige tijd de mijne

was. “Maar zelfs met die papieren krijg je problemen in

Parijs. Hier in Guadeloupe niet. Hier krijg je met een paar

euro alles gedaan. Wat me op mijn honorarium brengt…”

Hij vroeg tweehonderdvijftig euro voor een paar inentingen

en valse papieren. Diefstal. Ik heb nochtans geen seconde

getwijfeld.

Een kwartier later reden we naar de hoofdstad van

Guadeloupe voor een bench. Aankomst in de winkel kort

voor twaalf uur. Nog een dik uur… Een bench gevonden.

Honderd euro. Terug naar het hotel. Vijftig minuten rijden.

Tien voor één. Tien minuten om bagage bij elkaar te graaien

en klaar te staan voor de taxi. Probleem: hond mag niet

mee binnen. Smeken bij portier en personeel. Antwoord:

vijf keer nee. De directie van het hotel? Hij komt. “Zet hem

maar even in mijn bureau.” “Dank U wel.” Rennen naar de

kamer op de derde verdieping. Alles in zeven haasten naar

beneden sleuren. Hond ophalen. Directeur van het hotel

bedanken. “Dat is dan twintig euro voor de moeite.”

Betalen. Taxi staat klaar met vijf andere passagiers. Hond

mag niet mee. Taxi te proper. Voor vijftig euro wel. Betalen.

Half uur rijden. Naast mij zit een topmodel uit Beiroet met

de mooiste groene ogen die ik ooit gezien heb. Ze zegt dat

ze jaloers is op de manier waarop de hond naar mij kijkt.

“Echte liefde, geloof me vrij. Naar mij kijken ze alleen om

mijn uiterlijk”. Kan ik begrijpen…

Luchthaven. De luchthaven van Guadeloupe is geen echte

luchthaven. Het is een veredelde hangar waar meer

winkeltjes zijn dan er per dag toeristen neerstrijken. Alles is

er te koop. Met een charmante hostess die in een ander

leven best mijn vrouw zou mogen zijn, check ik mijn bagage

in. De bench hou ik bij me want de hond moet door een

exclusieve gate voor dieren. Ik koop snel een ticket voor de

hond - honderd euro - en begeef me naar de dierengate.

Een zwaarlijvige man zit - duidelijk zeer tegen zijn zin - bij

het begin van de gate te wachten. “Die hond mag niet

mee.” Mijn hart krimpt. “Excuseer?” “Er hangt geen

identificatieteken aan de bench. Zo belandt hij misschien in

New York in plaats van Parijs.” Bij het inchecken ben ik

natuurlijk vergeten ook voor de bench een

identificatieteken te vragen. Wie denkt daar nu aan? “Hebt

u er één voor mij?” “Nee, de rol is op. Bij de check-in voor

de bagage.” “Maar da’s helemaal aan de andere kant? Mijn

vliegtuig gaat vertrekken.” “Tja...”.

Ik loop als een gek naar de check-in voor de bagage en stoot

daarbij zeker vijf mensen om. Ik steek vijftig mensen voor

en bedel om een identificatieteken voor Parijs. Als de

hostess de paniek van mijn gezicht afleest, verandert haar

gezicht van geïrriteerd naar begrijpend en sluit een

identificatieteken rond het hondenhok. “Bonne chance.”

“Merci, merci.” Terug naar die douanebeambte. Hij lacht als

hij mij zwetend ziet komen aanhollen. “Tu te fatigues.” “Toi

pas, eh?” zeg ik boos terug.

24| Kaller 2011-2012 | Christmas story

Page 26: Kaller_12_2011

Hij kijkt alsof hij mij niet begrepen heeft. Jezelf inhouden,

Steven, of je komt vandaag dit eiland niet meer af. En de

volgende week misschien ook niet. Volgende probleem: de

bench is in orde, maar de hond wil er niet in. Ik duw, trek,

sleur, roep, smeek, … Niets helpt. Niet moeilijk: het beestje

heeft nooit opgesloten gezeten. De beambte weigert te

helpen onder het mom dat hij bang is van mijn hond. Maar

hij geeft me de raad naar de apotheek beneden te gaan en

kalmeerpillen te kopen voor de hond. Ondanks het feit dat

ik nog maar een paar minuten tijd heb, besluit ik zijn raad

op te volgen. Na nog een keer de hele luchthaven

doorlopen te hebben, koop ik met de laatste vier euro die ik

in mijn zak heb zitten een hondentranquilizer. De hond

weigert. Even flitst het door mijn hoofd dat ze misschien

homeopathisch ingesteld is, maar dan besef ik dat het moet

gedaan zijn. Teveel is teveel: ik kan niet meer. Ik trek haar

bek open en stop er twee pillen in die meteen in haar keel

verdwijnen. Terug boven gekomen is de hond al heel wat

kalmer en kost het me weinig moeite om haar in de bench

te krijgen. Ze verdwijnt langzaam in de gate. Als laatste

passagier stap ik aan boord. De kapitein staat tussen de

stewardessen te wachten, kijkt me boos aan en legt me uit

dat vlucht 734 tien minuten later vertrekt enkel en alleen

door de schuld van de enige Belgische passagier die te laat

aanwezig is. Nadat ik me heb uitgeput in

verontschuldigingen, neem ik mijn plaats in. De

tweehonderd ogen die me daarbij aankijken maken me

duidelijk dat ik op dit vliegtuig geen vrienden ga maken…

Acht uur later. Orly, Parijs. Ik haast me naar de bagageband.

Minuten nadat het laatste stuk bagage door gehaaste

reizigers weggenomen werd, is er van mijn hond nog altijd

geen spoor. Net op het moment dat ik het wachten wil

opgeven en met een bang hart inlichtingen wil gaan

inwinnen, komt ze in haar kleine bench doorheen de smalle

opening aan het einde van de band. Een blij weerzien. Ik

laat haar meteen uit haar bench en haast me met haar aan

de ketting naar de douane. Maar liefst vijf douaniers staan

me van ver op te wachten. Ik zie het zo voor me gebeuren:

een maand in quarantaine. Net op het moment dat het

onze beurt is, stuiven de vijf douaniers weg naar iets of

iemand achter mij. Het checkpoint blijft verlaten achter. Dit

is onze kans. Maken dat we wegkomen.

Buiten is het min vier graden. Een sneeuwstorm

blaast het landschap wit.

Guada - ik heb haar zo genoemd naar het eiland - is

bang en rilt van de koude. Ik draai een dekentje dat ik

in het vliegtuig heb gekregen om haar heen en maak

het vast met een speld.

Bus, taxi, bus, TGV en een trein die eindigt in Lier zijn

de vervoermiddelen die de komende uren bepalen.

Van Guadeloupe tot in Parijs heb ik van alle mogelijke

nationaliteiten en geslachten hulp gekregen. Wanneer

ik bij aankomst in Lier aan een heer vraag om de

bench van de hond even mee van de trein te helpen -

nauwelijks anderhalve kilo zwaar - zegt hij dat hij

“ruglijder” is. Van je eigen volk moet je het hebben…

Met mijn koffer, de bench, een rugzak en de hond

loop ik over een ondergesneeuwde vest naar huis.

Het wordt nu alles of niets. Mijn moeder zegt me al

jaren dat er in ons huis alleen een hond binnenkomt

over haar lijk. Ik zie mijzelf vannacht dus met Guada

op de straatstenen slapen…

Wanneer ik binnenkom, ligt ze doodziek in de zetel.

Griep. Net nu. Tot drie keer toe vraagt ze me wat

“dat” is. Als ik repliceer dat het een hond is en dat die

hond blijft, draait ze wit weg alsof haar zoon haar

komt vertellen dat hij bij het vreemdelingenlegioen

gaat. De komende drie dagen krijg ik alleen maar

beeld zonder klank. Toch is het vreemd dat, als ik

even boven ben, tegen mijn hond hoor praten en haar

even later weer terugvind op de grond vlak naast mijn

moeder. Als ik dan vraag wat er zonet gebeurd is,

komt er niets uit. Wanneer ik de vierde dag moet

vechten om met mijn hond te mogen gaan wandelen,

wordt alles me duidelijk: ze hebben achter mijn rug

om een geheime vriendschap gesloten die ze

natuurlijk geen van beiden willen toegeven… En zo zie

je maar dat alles vaak toch goed komt.

Ken jij ook zo’n verhaal? Schrijf het op. Het is

misschien iets voor de volgende Kaller!

S. Crauwels

25| Kaller 2011-2012 | Christmas story

Page 27: Kaller_12_2011

Film

tips

DRIVE ANGRY 3D

Deze actiefilm die zijn roots vindt in de B-films van weleer, laat Nicolas Cage terugkeren

uit de hel om op aarde zijn dochter uit de klauwen van een secteleider (Billy Burke uit

“Twilight”) te redden. Hij wordt daarbij geholpen door de bloedmooie Amber Heard

(“All the Boys Love Mandy Lane”) die zich onweerstaanbaar aangetrokken voelt tot de

brutale, ongeschoren zwerver. Wie van kinetisch gefilmd actiewerk en white trash

naakt houdt, krijgt meer dan waar voor zijn geld. Een actiefilm zoals ze twintig jaar

geleden gemaakt werden en dus boordevol nostalgie. Zowel in 2D als 3D verkrijgbaar.

Vergeet je brilletje niet.

THE TOWN

Na “Gone Baby Gone” opnieuw een meesterwerk van Ben Affleck (geef toe: de man

regisseert veel beter dan hij acteert) dat zich afspeelt in Charlestown, een deel van

groot Boston waar statistisch de meeste bankovervallen ter wereld plaatsvinden.

Affleck schetst zijn Boston als een metropool van dealers, gangsters en kruimeldieven

die door hun afkomst en geboorteplaats onlosmakelijk met misdaad verbonden zijn.

Wie de juiste DVD koopt, kan beschikken over de langere, 2,5 uur durende versie en

wordt genadeloos meegezogen in de even shockerende als intrigerende wereld van een

superprofessionele crimineel die zijn misdaadcarrière vaarwel wil zeggen maar door

zijn omgeving verplicht wordt om nog één laatste slag te slaan. Mis deze film niet!

LET ME IN

De grote hit van Scandinavië over een jongetje dat bevriend raakt met een

vampiermeisje (“Let the Right One In”) werd - tot ongenoegen van de fans van het

origineel - door Matt Reeves (“Cloverfield”) getransponeerd naar de Verenigde Staten.

Binnen dit verhaal over een jongetje dat op school gepest wordt en in de vriendschap

met het vampiermeisje een afleiding zoekt, blijft Reeves opmerkelijk trouw aan de

soberheid van het origineel en ligt de nadruk - ondanks de bloederige finale - op de

relatie tussen de twee jongeren (opnieuw Chloe Grace Moretz met ditmaal Kodi Smitt

McPhee). Horror met een grote H.

26| Kaller 2011-2012 | Ontspanning

Page 28: Kaller_12_2011

Film

tips

LONDON BOULEVARD

Wanneer een superster (Keira Knightley) zich in haar Londens huis opsluit omdat

paparazzi haar het leven zuur maken, neemt ze een zopas uit de gevangenis ontslagen

crimineel (Colin Farrell in topvorm) in dienst om haar te beschermen. De mooie maar

sober gefilmde romance die daaruit ontstaat, steekt echter de ogen uit van diverse

onderwereldfiguren, niet in het minst die van een psychopathische maffiabaas (Ray

Winstone in overdrive), waardoor een bloederige climax onvermijdelijk wordt. William

Monahan (schrijver van “The Departed”) regisseert hier weliswaar een briljante

gangsterfilm, maar is - gelukkig - eerder geïnteresseerd in de sociale achtergrond en het

noodlot van zijn personages, wat van “London Boulevard” een buitenbeentje in het

misdaadgenre maakt.

LIMITLESS

Hollywood golden boy Bradley Cooper speelt de hoofdrol in deze niet te catalogeren

film over een uitgebluste schrijver die dankzij een nieuwe drug zijn hersenen plots

honderd procent kan gebruiken i.p.v. de normale twintig procent. Hij schrijft binnen

een tijdsspanne van drie dagen een bestseller, wordt schatrijk op de beurs en wint op

die manier ook zijn liefje terug. Maar het extreem verslavend middeltje heeft jammer

genoeg ook nadelen: zijn gezondheid gaat zienderogen achteruit en een paar

schimmige onderwereldfiguren hebben hun zinnen op de wonderdrug gezet. Wat

begint als een sober drama, evolueert naar een visuele supertrip - let op de

schitterende, blauwgrijze fotografie - en eindigt als een ijskoude thriller, inclusief een

onverwacht brutale finale.

FAIR GAME

Wanneer een CIA-agente (Naomi Watts) na 9/11 tot groot ongenoegen van het Witte

Huis blijft volhouden dat er in Irak geen massavernietigingswapens aanwezig zijn, wordt

haar dekmantel in de pers door manipulatieve politici te grabbel gegooid en wordt zij

“fair game” (“loslopend wild”). Bevangen door angst - niet in het minst voor het leven

van haar kinderen - durft ze zich niet publiekelijk uit te spreken tegen de CIA en het

Witte Huis. Haar echtgenoot - een door een onwrikbaar rechtvaardigheidsgevoel

gedreven Sean Penn - neemt het in de media voor haar op, wat deze sobere thriller

doet evolueren naar een intens huwelijksdrama. Geregisseerd door Doug Liman (“The

Bourne Identity”) en gebaseerd op waargebeurde feiten.

Veel kijkplezier!

S. Crauwels

27| Kaller 2011-2012 | Ontspanning

Page 29: Kaller_12_2011

Zoek de leerkrachten hun achternaam, maar pas op, je krijgt alleen maar hints.

Veel zoekplezier!

· De achternaam is een sluw dier

· Sportiefste vrouw

· Gebruikt veel gebaren in de klas

· Je krijgt pas zuurstof als je luistert

· Wie zegt: wie deelt door nul is een snul

· Telefoon = trakteren

· Hij/zij heeft gevoel voor ritme

· I am/ich bin

· De achternaam is een trouw dier

· Wie had er een fristi accident?

· Hij/zij zit in een kerkkoor

· Do Re Mi Fa Sol

· Ik ben het eens met dat standpunt omdat...

· Heeft engelengeduld

· 1942,1938,1925,…

· Heeft een creatief brein

· Hij/zij past tussen de x en de y

· 2de

meest voorkomende achternaam in België

· Speedy Gonsalez in de les

· Is de draad kwijt als ze storen

· P=W/∆t

· Wie zegt: fysica is een topsport

· Economisch advies vind je bij hem/haar

· laatste letter achternaam = laatste letter van alfabet

· Mannelijke leerkracht met een ander geloof

· Vrouwelijke leerkracht met een ander geloof

· sum quam solum sine te

· Weet alles van de bloemetjes en de bijtjes

· Achternaam is een kleur

· Hij/zij kan drummen

· Moviesnackx

28| Kaller 2011-2012 | Ontspanning

Ontspanning

Page 30: Kaller_12_2011

Los de sudoku’s op, succes!

Even om onze lachspieren te trainen: wat moppen en raadsels!

Waarom lachen kabouters als ze aan het voetballen zijn?

Antwoord: Het gras kietelt onder hun armen!

Waarom loopt een dom blondje op haar tippen voorbij het apothekerskastje?

Antwoord: Ze wil de slaappillen niet wakker maken!

“Waarom gaan de ooievaars in de herfst naar het zuiden?”, vraagt de juf aan de klas.

Annie antwoordt: "Omdat de Afrikanen ook kinderen willen hebben."

Er lopen twee paraplu's over straat. Een van hen ziet twee wandelstokken lopen en gilt:

"Ieeeeewww, twee naaktlopers!"

Een man en een vrouw komen samen uit de bioscoop. Het regent pijpenstelen en de vrouw voelt er niets voor om

door de regen naar huis te gaan. Zegt de man: "Blijf jij maar hier wachten, dan ga ik met de taxi naar huis om een

paraplu te halen."

Weetjes die jullie misschien nog niet wisten !

Wist je dat…

Een vrouw gemiddeld twee jaar van haar leven in een badkamer doorbrengt?

Er eind 12de eeuw iemand was met drie benen die hij alle drie ook kon gebruiken?

Muizen kunnen zingen?

Een slang van kleur kan veranderen?

De optimale omgevingstemperatuur voor denkwerk op school 21 graden Celsius is?

29| Kaller 2011-2012 | Ontspanning

Page 31: Kaller_12_2011

Redactie

2011-2012

30 | Kaller 2011-2012 | Colofon

Olgun Aktepe: vormgeving achterkant

Helena Bitton

Jill Ceulemans

Jasmine Cools

Maxime Duflou

Matthias Jerusalem

Naomie Laats

Desni Lobregt

Michael Mamistvalov: vormgeving voorkant

Joren Polfliet

Door Schuermans

Elke Schwickert

Laura Truyts

Shanice Van Camp

Jens Van den Broeck

Britt Van Landeghem

Charlene Van Limbergen

Lennert Van Spaendonk

Nikki Wuyts

Met bijzondere dank aan Liesbet De Hondt

Lay-out en eindredactie: P. De Cleen

Page 32: Kaller_12_2011