Date post: | 12-Apr-2017 |
Category: |
Documents |
Upload: | jeroen-de-bruin |
View: | 374 times |
Download: | 0 times |
Weg uitde City?Banken in Londen onderzoekenwaar ze naartoe kunnen als ze deCity zouden verlaten. Pagina E8-9
FOTO
�BLO
OMBERG
City of London
1
2
3
1
2
3
4
1
12
12
3
4
5
6
1
1
2
3
4
5
6
7
8
7 8
Weg uitde CityMa a rwaarnaar toe?
Banken & Brexit
De Londense City verlaten is voorinternationale banken een serieuzeoptie als de Brexit definitiefdoorgaat. Maar kunnen ze wel om deCity als financieel centrum heen? Enwelke Europese stad is het bestealternatief voor Londen?
Door�Ariëtte�Dekker�en�Chris�Hensen
Wie in de weken voorhet Britse referen-dum aan advocatenvan banken vroeg ofhun cliënten vertrek-s c e n a r i o’s hadden
klaarliggen, kreeg geen of een ontwij-kend antwoord. Nu blijkt dat banken alsinds de aankondiging van het referen-dum plannen aan het maken waren voorhet geval de Britten zichzelf uit de Euro-pese Unie zouden stemmen. Juridischadviseurs draaien inmiddels overurenom hun klanten te informeren over deverschillende manieren waarop het Vere-nigd Koninkrijk de EU kan verlaten. Enover wat de gevolgen zijn van een verhui-zing naar een andere vestigingsplaats.
Dat de ‘B rex it ’ schade zal toebrengenaan de City als financieel hart van de we-reld, daarover bestaat weinig twijfelmeer. Dublin lijkt voorlopig de bestekaarten te hebben om zaken over te ne-men. Amsterdam zet extra personeel in,maar de relatief strenge Nederlandse bo-nuswetgeving blijkt een handicap.
Advocaat Jurgen van der Meer heeft hetover contingency plans, worst case scenari-os en red flags. Het besluit van een bankom het hoofdkantoor te verplaatsen naareen andere EU-land heet bij hem een rel o -ca t i o n . Van der Meer is partner bij de Am-sterdamse vestiging van Clifford Chance,een van oorsprong Brits advocatenkan-toor. Het kantoor heeft veel cliënten in definanciële sector. Van der Meer maakt deeluit van het internationale team dat ban-ken in Londen adviseert over de gevolgenvan de Brexit. Hij zegt: „Het is niet gezegddat ze uiteindelijk allemaal uit Londenzullen vertrekken. Maar de komende tweejaar worden uiterst onzeker en bankenzullen daar niet op willen wachten.”
Het verplaatsen van het hoofdkantoorvan een bank kost volgens hem ongeveertwee jaar. „Op het moment dat duidelijkwordt welk vertrekscenario de Brittenkiezen, zul je als bank je toekomstplanten uitvoer moeten brengen.”
‘P a s s p o r t i ng ’ is volgens Van der Meernu de belangrijkste kwestie voor bankenin de City. Het is een gevolg van de vrij-
heid van dienstenverkeer. Als een bank inhet ene EU-land een vergunning heeft omdiensten aan te bieden, dan vertrouwthet andere EU-land erop dat de lokaletoezichthouder zijn huiswerk gedaanheeft. Er hoeft daar dan niet opnieuw eenvergunning aangevraagd te worden. Eenpaspoort dus om in alle landen van deEuropese Unie als bank zaken te doen.
„Dat geldt voor het gehele pallet aanbancaire diensten”, zegt Van der Meer.„Spaargeld, hypotheken, leningen aangrote bedrijven, advies bij fusies en over-names, aandelenemissies, derivaten, be-talingsverkeer, vermogensbeheer. En hetis ook van toepassing op banken van bui-ten de EU. Als een Amerikaanse, Chineseof Zwitserse bank in het Verenigd Konink-rijk een vergunning heeft, kan die in dehele Unie diensten aanbieden. En dat pas-poort wordt bij een Brexit dus ongeldig.”
De vraag die bedrijven – ook buiten definanciële sector – bezighoudt is hoe deBritten de EU zullen verlaten en welkeruimte de andere EU-landen het VerenigdKoninkrijk daarbij gunnen. Vier vertrek-modellen circuleren op dit moment. Voorde financiële sector zou volgens Van derMeer het Noorse model het meest gunstigzijn. Daarmee blijft het Verenigd Konink-rijk lid van de zogeheten Europese Eco-nomische Ruimte. „Maar dat betekent datde Britten ook vrij personenverkeer moe-ten toestaan en immigratie uit Oost-Euro-pese landen was bij de Brexit nu net eenvan de heikele politieke punten.”
Wanneer Engeland verder van de EU afkomt te staan, kunnen banken in Londenook nog altijd kiezen voor het zogehetenThird Country Regime, dat nu ook al geldt
voor Zwitserse en Amerikaanse bankenzonder Londense vestiging. Net als bijpassporting mag dan de buitenlandsebank diensten in de EU aanbieden omdathet toezicht op de sector in het thuislandvoldoende geacht wordt.
Een belangrijk verschil is echter vol-gens Van der Meer dat het slechts geldtvoor een beperkt aantal diensten – bij-voorbeeld niet voor het aannemen vanspaargeld en het uitvoeren van betalings-verkeer. En het kan op ieder moment dooreen lidstaat worden teruggedraaid. „Ju r i -disch gezien valt uiteindelijk aan alles weleen mouw te passen”, zegt Van der Meer.„Maar 90 procent hangt af van de politie-ke wil van de EU.” En die lijkt er voorals-nog niet te zijn. In reactie op de hoge toonwaarop het Verenigd Koninkrijk vorig jaarmet de EU onderhandelde over de voort-zetting van het lidmaatschap, worden nade onverwachte Brexit de messen aan deandere kant van het Kanaal geslepen.
O p r o e r k ra a i e r sAls het aan Duitse en Franse politici ligtmoeten de Britten zo snel mogelijk hunkeuze voor een Brexit ten uitvoer bren-gen. Al was het alleen maar om andereoproerkraaiers binnen de EU te laten ziendat de uitslag van een referendum nietvrijblijvend is. De financiële sector wordtdaarbij niet gespaard. De Franse presi-dent François Hollande stelde deze weekdat Britse banken zo snel mogelijk hetrecht zou moeten worden ontnomen omclearingtransacties – onderlinge garant-stellingen tussen financiële partijen – ine u ro’s uit te voeren.
Bankiers in en rond de Londense City
ILLU
STRAT
IE�STUDIO
�NRC
9
1
11
10 2 6
69
2
Canary Wharf
Accountants
Deloitte
Allen & Overy
London Stock
Exchange
Bank of Scotland J.P. Morgan
Deutsche Bank
Goldman Sachs
Merill Lynch
Rothschild
UBS
Commerzbank
ING
Lloyd’s of LondonRabobank
Lloyds TSB
Royal Bank of Scotland
Northern Rock
Nat West
Barclays
Moody's
Clifford Chance
Freshfields Brukhaus
Deringer
Linklaters
KPMG
Pricewaterhouse-
Coopers
Advocatenkantoren
Effectenbeurs
1
2
3
1
2
3
4
1
Kredietbeoordelaars
1
2 Standard & Poor's
Britse banken Internationalezakenbanken
1
2
3
4
5
6
7
8
9
1
2
3
4
5
6
7
8
Credit Suisse9
HSBC Bank10
Morgan Stanley11
EY (Ernst & Young)
Legenda
verwachten niet direct een exodus vanhun werkgevers uit de Britse hoofdstad.„Er worden absoluut voorbereidingen ge-troffen om activiteiten te verhuizen”,weet een van hen, „maar die ook uitvoe-ren is een tweede.” De zakenbankiers vre-zen vooralsnog vooral dat de onzeker-heid rondom de Brexit een verlammendewerking zal hebben op hun normaal ge-sproken dynamische leven. Volgens eenNederlandse oud-bankier met goede con-tacten in de wereld van de Londense za-kenbanken zal er de komende tijd in Lon-den vooral defensief geopereerd worden.„Het is geen tijd voor grote beslissingen,het gaat nu vooral om lijfsbehoud.”
Als mogelijke concurrenten van Lon-den circuleerden aanvankelijk de namenvan alle West-Europese hoofdsteden.Maar inmiddels vinden bankiers Parijs ‘teFr a n s ’ en zijn Brussel en Luxemburg opfinancieel gebied ‘te klein’. Frankfurt lijkteen logische kandidaat, omdat de meestegrote internationale banken daar al eenkantoor hebben. Maar deze stad is onderbankiers weer weinig populair.
Niet omdat de Europese bankentoe-zichthouder daar zit, maar volgens advo-caat Van der Meer omdat de Angelsaksischgeoriënteerde zakenbankiers bang zijnvoor het Rijnlandse bestuursmodel. Zijzien dat vaak als stroperig. Minstens zo be-langrijk is dat Duitsland een initiatief on-dersteunt om een nieuwe Europese belas-ting op financiële transacties in te voeren.
De stad die het vaakst genoemd wordtals alternatief, is Dublin. Daar gelden de-ze laatste bezwaren niet, er is geen taal-probleem en Ierland kent nog altijdeenzeer aantrekkelijk belastingtarief voor be-drijven van slechts 12,5 procent.
De kansen van AmsterdamOver de kansen van Amsterdam verschil-len de meningen sterk. De fiscaal advi-seurs van Deloitte bijvoorbeeld, die netals vele andere financieel-juridischedienstverleners direct na de Brexit bondi-ge informatiebulletins samenstelden,prijzen Amsterdam expliciet aan als ves-tigingsplaats. De centrale geografischeligging, de goede IT-infrastructuur, hethoge opleidingsniveau en de relatief lagekosten van levensonderhoud worden alsvoordelen genoemd.
Het Amsterdamse stadsbestuur heeftvrijwel direct gereageerd op de uitkomstvan het Britse referendum. Afgelopendinsdag ontving burgemeester Eberhardvan der Laan in zijn ambtswoning een de-legatie van belanghebbenden en verte-genwoordigers uit de financiële sectorvoor het uitwisselen van ideeën. Wethou-der Kajsa Ollongren informeerde de vol-gende dag de gemeenteraad dat beslotenwas om Amsterdam Inbusiness, het zake-lijke wervingsbureau van de hoofdstad,met één personeelslid uit te breiden. HetLondense kantoor van de NetherlandsForeign Investment Agency, onderdeelvan het ministerie van Economische Za-ken, krijgt twee man versterking.
Premier Rutte zei vrijdag na afloop vande ministerraad dat uitgebreide campag-ne om Nederland in Londen te promotenniet nodig is. „Ze kennen Nederland.”
Ook Robin Fransman is positief overNederland als alternatief voor Londen. Hijwas adjunct-directeur van Holland Finan-cial Centre, tot drie jaar geleden een lob-
byclub die zich inzette voor een sterkefinanciële sector in Nederland.
Er zit enigeruimte in deNe derlandseb o nu s w e tMark�Rutte,m�i�n�i�s�t�e�r�-�p�re�s�i�d�e�n�t
Fransman ziet de kansenechter breder dan alleen debancaire sector. Hij denkt bij-voorbeeld dat het onbestaanbaar isdat toezichthouders als de EuropeanBanking Authority en de European Medi-cines Agency in Londen kunnen blijvenna de Brexit.
En hij verwacht dat hoofdkantoren vangrote ondernemingen, ook Britse, hetland zullen verlaten. „Neem Vodafone.Daar werken op het hoofdkantoor in Lon-den misschien wel vijftig nationaliteiten.Niemand die weet hoe de toekomst eruitziet voor het Verenigd Koninkrijk, maarmisschien krijg je wel enorm gedoe metverblijfs- en werkvergunningen. Ze gaanhet risico echt niet nemen dat ze straksniet meer goed kunnen werken en dusnemen ze nu al maatregelen.”
Wat de banken betreft denkt hij overi-gens niet dat één stad als winnaar uit debus zal komen. „De financiële sector kanbeter niet te geconcentreerd zijn op éénplek. Het is niet in hun belang als het ge-zien wordt als een Engels feestje. Je wiltbelangrijk zijn voor Europa als geheel.Dus ga je het Engelse feestje niet vervan-gen door een Duits, Nederlands, Frans ofBelgisch feestje. De banken zullen zichverspreiden over heel Europa.”
Onder de zakenbankiers zelf is de ani-mo voor Nederland uitzonderlijk laag.Een invasie van zakenbankiers uit Londenhoeft Amsterdam dan ook niet te ver-wachten. Uit beleefdheid roemen ban-kiers graag de goede bereikbaarheid vanAmsterdam en stelt een van hen dat„de Zuidas er goed bij ligt”. Maarde vorig jaar ingevoerde bo-nuswetgeving is huneen doorn in het oog.
Die beperkt bo-nussen in de fi-nanciële sec-tor tot
maximaal 20 procent van het salaris,waarmee Nederland tot de strengste lan-den van de EU behoort. Voor Chris Buijink,voorzitter van de Nederlandse Verenigingvan Banken, was dat een belangrijke redenzich afgelopen donderdag in E é n Va n d a a gniet al te hoopvol te tonen over de kansenvoor Amsterdam. Premier Rutte zei vrij-dag dat er „de nodige flexibiliteit” in deNederlandse bonuswetgeving zit. „L eesdie goed, zou ik adviseren. Er is enigeruimte voor niet-Nederlandse banken.”
Rode vlagDe bonusbeperking is echter niet de eni-ge spelbreker. Volgens een aantal ban-kiers is Nederland onder leiding van mi-nister Jeroen Dijsselbloem (Financiën,PvdA) strenger voor financiële instellin-gen dan andere EU-landen. Nederlandstelt bijvoorbeeld extra eisen bovenopsommige Europese regelgeving, onder
andere als het gaat om kapitaalbuffers. Ofhet nu gaat om die buffers, de bonussen,het toezicht in het algemeen of de open-baarmaking van de omstreden fiscale af-spraken met grote ondernemingen, Ne-derland is in hun ogen steevast het braaf-ste jongetje van de klas.
Ook over het vergunningenbeleid voorwerknemers van buiten de EU zijn ban-kiers niet erg te spreken. Juist bij zaken-banken werken mensen in wisselendeteams met een veelheid aan nationalitei-ten. En Nederland staat, anders dan Lon-den tot nu toe, niet bekend als erg ge-makkelijk bij het verstrekken van ver-blijfsvergunningen. Ten slotte wordt erjuist nu door de regering gemorreld aanhet bijzondere, lage inkomstenbelasting-tarief van 30 procent voor expats.
Advocaat Jurgen van der Meer haastzich echter het beeld te nuanceren van deinhalige bankier, die het alleen maar omhet geld te doen is: „Er zijn ook heel veelzaken die vóór Nederland pleiten, maarin de enorme hoeveelheid informatie diede bankiers over alle alternatieve stedenkrijgen voorgeschoteld, springt het bo-nusbeleid er wel uit. Het is een red flag.”
- 1 -
NRC Handelsblad
Weg uit de City, maar waar naartoe?
Banken & Brexit De Londense City verlaten is voor internationale banken een serieuze optie
als de Brexit definitief doorgaat. Maar kunnen ze wel om de City als financieel centrum
heen? En welke Europese stad is het beste alternatief voor Londen?
Ariëtte Dekker
Chris Hensen
2 juli 2016
Wie in de weken voor het Britse referendum aan advocaten van banken vroeg of hun cliënten
vertrekscenario’s hadden klaarliggen, kreeg geen of een ontwijkend antwoord. Nu blijkt dat
banken al sinds de aankondiging van het referendum plannen aan het maken waren voor het
geval de Britten zichzelf uit de Europese Unie zouden stemmen. Juridisch adviseurs draaien
inmiddels overuren om hun klanten te informeren over de verschillende manieren waarop het
Verenigd Koninkrijk de EU kan verlaten. En over wat de gevolgen zijn van een verhuizing
naar een andere vestigingsplaats.
Dat de ‘Brexit’ schade zal toebrengen aan de City als financieel hart van de wereld, daarover
bestaat weinig twijfel meer. Dublin lijkt voorlopig de beste kaarten te hebben om zaken over
te nemen. Amsterdam zet extra personeel in, maar de relatief strenge Nederlandse
bonuswetgeving blijkt een handicap.
Advocaat Jurgen van der Meer heeft het over contingency plans, worst case scenarios en red
flags. Het besluit van een bank om het hoofdkantoor te verplaatsen naar een andere EU-land
heet bij hem een relocation. Van der Meer is partner bij de Amsterdamse vestiging van
Clifford Chance, een van oorsprong Brits advocatenkantoor. Het kantoor heeft veel cliënten
in de financiële sector. Van der Meer maakt deel uit van het internationale team dat banken in
Londen adviseert over de gevolgen van de Brexit. Hij zegt: „Het is niet gezegd dat ze
- 2 -
uiteindelijk allemaal uit Londen zullen vertrekken. Maar de komende twee jaar worden
uiterst onzeker en banken zullen daar niet op willen wachten.”
Het verplaatsen van het hoofdkantoor van een bank kost volgens hem ongeveer twee jaar.
„Op het moment dat duidelijk wordt welk vertrekscenario de Britten kiezen, zul je als bank je
toekomstplan ten uitvoer moeten brengen.”
Er zit enige ruimte in de Nederlandse bonuswet
Mark Rutte, minister-president
‘Passporting’ is volgens Van der Meer nu de belangrijkste kwestie voor banken in de City.
Het is een gevolg van de vrijheid van dienstenverkeer. Als een bank in het ene EU-land een
vergunning heeft om diensten aan te bieden, dan vertrouwt het andere EU-land erop dat de
lokale toezichthouder zijn huiswerk gedaan heeft. Er hoeft daar dan niet opnieuw een
vergunning aangevraagd te worden. Een paspoort dus om in alle landen van de Europese
Unie als bank zaken te doen.
„Dat geldt voor het gehele pallet aan bancaire diensten”, zegt Van der Meer. „Spaargeld,
hypotheken, leningen aan grote bedrijven, advies bij fusies en overnames, aandelenemissies,
derivaten, betalingsverkeer, vermogensbeheer. En het is ook van toepassing op banken van
buiten de EU. Als een Amerikaanse, Chinese of Zwitserse bank in het Verenigd Koninkrijk
een vergunning heeft, kan die in de hele Unie diensten aanbieden. En dat paspoort wordt bij
een Brexit dus ongeldig.”
De vraag die bedrijven – ook buiten de financiële sector – bezighoudt is hoe de Britten de EU
zullen verlaten en welke ruimte de andere EU-landen het Verenigd Koninkrijk daarbij
gunnen. Vier vertrekmodellen circuleren op dit moment. Voor de financiële sector zou
volgens Van der Meer het Noorse model het meest gunstig zijn. Daarmee blijft het Verenigd
Koninkrijk lid van de zogeheten Europese Economische Ruimte. „Maar dat betekent dat de
Britten ook vrij personenverkeer moeten toestaan en immigratie uit Oost-Europese landen
was bij de Brexit nu net een van de heikele politieke punten.”
- 3 -
Wanneer Engeland verder van de EU af komt te staan, kunnen banken in Londen ook nog
altijd kiezen voor het zogeheten Third Country Regime, dat nu ook al geldt voor Zwitserse en
Amerikaanse banken zonder Londense vestiging. Net als bij passporting mag dan de
buitenlandse bank diensten in de EU aanbieden omdat het toezicht op de sector in het
thuisland voldoende geacht wordt.
Een belangrijk verschil is echter volgens Van der Meer dat het slechts geldt voor een beperkt
aantal diensten – bijvoorbeeld niet voor het aannemen van spaargeld en het uitvoeren van
betalingsverkeer. En het kan op ieder moment door een lidstaat worden teruggedraaid.
„Juridisch gezien valt uiteindelijk aan alles wel een mouw te passen”, zegt Van der Meer.
„Maar 90 procent hangt af van de politieke wil van de EU.” En die lijkt er vooralsnog niet te
zijn. In reactie op de hoge toon waarop het Verenigd Koninkrijk vorig jaar met de EU
onderhandelde over de voortzetting van het lidmaatschap, worden na de onverwachte Brexit
de messen aan de andere kant van het Kanaal geslepen.
Oproerkraaiers
Als het aan Duitse en Franse politici ligt moeten de Britten zo snel mogelijk hun keuze voor
een Brexit ten uitvoer brengen. Al was het alleen maar om andere oproerkraaiers binnen de
EU te laten zien dat de uitslag van een referendum niet vrijblijvend is. De financiële sector
wordt daarbij niet gespaard. De Franse president François Hollande stelde deze week dat
Britse banken zo snel mogelijk het recht zou moeten worden ontnomen om
clearingtransacties – onderlinge garantstellingen tussen financiële partijen – in euro’s uit te
voeren.
Bankiers in en rond de Londense City verwachten niet direct een exodus van hun werkgevers
uit de Britse hoofdstad. „Er worden absoluut voorbereidingen getroffen om activiteiten te
verhuizen”, weet een van hen, „maar die ook uitvoeren is een tweede.” De zakenbankiers
vrezen vooralsnog vooral dat de onzekerheid rondom de Brexit een verlammende werking zal
hebben op hun normaal gesproken dynamische leven. Volgens een Nederlandse oud-bankier
met goede contacten in de wereld van de Londense zakenbanken zal er de komende tijd in
Londen vooral defensief geopereerd worden. „Het is geen tijd voor grote beslissingen, het
gaat nu vooral om lijfsbehoud.”
Als mogelijke concurrenten van Londen circuleerden aanvankelijk de namen van alle West-
Europese hoofdsteden. Maar inmiddels vinden bankiers Parijs ‘te Frans’ en zijn Brussel en
Luxemburg op financieel gebied ‘te klein’. Frankfurt lijkt een logische kandidaat, omdat de
meeste grote internationale banken daar al een kantoor hebben. Maar deze stad is onder
bankiers weer weinig populair.
Niet omdat de Europese bankentoezichthouder daar zit, maar volgens advocaat Van der Meer
omdat de Angelsaksisch georiënteerde zakenbankiers bang zijn voor het Rijnlandse
bestuursmodel. Zij zien dat vaak als stroperig. Minstens zo belangrijk is dat Duitsland een
initiatief ondersteunt om een nieuwe Europese belasting op financiële transacties in te voeren.
De stad die het vaakst genoemd wordt als alternatief, is Dublin. Daar gelden deze laatste
bezwaren niet, er is geen taalprobleem en Ierland kent nog altijdeen zeer aantrekkelijk
belastingtarief voor bedrijven van slechts 12,5 procent.
De kansen van Amsterdam
- 4 -
Over de kansen van Amsterdam verschillen de meningen sterk. De fiscaal adviseurs van
Deloitte bijvoorbeeld, die net als vele andere financieel-juridische dienstverleners direct na de
Brexit bondige informatiebulletins samenstelden, prijzen Amsterdam expliciet aan als
vestigingsplaats. De centrale geografische ligging, de goede IT-infrastructuur, het hoge
opleidingsniveau en de relatief lage kosten van levensonderhoud worden als voordelen
genoemd.
Het Amsterdamse stadsbestuur heeft vrijwel direct gereageerd op de uitkomst van het Britse
referendum. Afgelopen dinsdag ontving burgemeester Eberhard van der Laan in zijn
ambtswoning een delegatie van belanghebbenden en vertegenwoordigers uit de financiële
sector voor het uitwisselen van ideeën. Wethouder Kajsa Ollongren informeerde de volgende
dag de gemeenteraad dat besloten was om Amsterdam Inbusiness, het zakelijke
wervingsbureau van de hoofdstad, met één personeelslid uit te breiden. Het Londense kantoor
van de Netherlands Foreign Investment Agency, onderdeel van het ministerie van
Economische Zaken, krijgt twee man versterking.
Premier Rutte zei vrijdag na afloop van de ministerraad dat uitgebreide campagne om
Nederland in Londen te promoten niet nodig is. „Ze kennen Nederland.”
Ook Robin Fransman is positief over Nederland als alternatief voor Londen. Hij was adjunct-
directeur van Holland Financial Centre, tot drie jaar geleden een lobbyclub die zich inzette
voor een sterke financiële sector in Nederland. Fransman ziet de kansen echter breder dan
alleen de bancaire sector. Hij denkt bijvoorbeeld dat het onbestaanbaar is dat toezichthouders
als de European Banking Authority en de European Medicines Agency in Londen kunnen
blijven na de Brexit.
En hij verwacht dat hoofdkantoren van grote ondernemingen, ook Britse, het land zullen
verlaten. „Neem Vodafone. Daar werken op het hoofdkantoor in Londen misschien wel
- 5 -
vijftig nationaliteiten. Niemand die weet hoe de toekomst eruit ziet voor het Verenigd
Koninkrijk, maar misschien krijg je wel enorm gedoe met verblijfs- en werkvergunningen. Ze
gaan het risico echt niet nemen dat ze straks niet meer goed kunnen werken en dus nemen ze
nu al maatregelen.”
Wat de banken betreft denkt hij overigens niet dat één stad als winnaar uit de bus zal komen.
„De financiële sector kan beter niet te geconcentreerd zijn op één plek. Het is niet in hun
belang als het gezien wordt als een Engels feestje. Je wilt belangrijk zijn voor Europa als
geheel. Dus ga je het Engelse feestje niet vervangen door een Duits, Nederlands, Frans of
Belgisch feestje. De banken zullen zich verspreiden over heel Europa.”
Onder de zakenbankiers zelf is de animo voor Nederland uitzonderlijk laag. Een invasie van
zakenbankiers uit Londen hoeft Amsterdam dan ook niet te verwachten. Uit beleefdheid
roemen bankiers graag de goede bereikbaarheid van Amsterdam en stelt een van hen dat „de
Zuidas er goed bij ligt”. Maar de vorig jaar ingevoerde bonuswetgeving is hun een doorn in
het oog.
Die beperkt bonussen in de financiële sector tot maximaal 20 procent van het salaris,
waarmee Nederland tot de strengste landen van de EU behoort. Voor Chris Buijink,
voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Banken, was dat een belangrijke reden zich
afgelopen donderdag in EénVandaag niet al te hoopvol te tonen over de kansen voor
Amsterdam. Premier Rutte zei vrijdag dat er „de nodige flexibiliteit” in de Nederlandse
bonuswetgeving zit. „Lees die goed, zou ik adviseren. Er is enige ruimte voor niet-
Nederlandse banken.”
Rode vlag
De bonusbeperking is echter niet de enige spelbreker. Volgens een aantal bankiers is
Nederland onder leiding van minister Jeroen Dijsselbloem (Financiën, PvdA) strenger voor
financiële instellingen dan andere EU-landen. Nederland stelt bijvoorbeeld extra eisen
bovenop sommige Europese regelgeving, onder andere als het gaat om kapitaalbuffers. Of het
nu gaat om die buffers, de bonussen, het toezicht in het algemeen of de openbaarmaking van
de omstreden fiscale afspraken met grote ondernemingen, Nederland is in hun ogen steevast
het braafste jongetje van de klas.
Ook over het vergunningenbeleid voor werknemers van buiten de EU zijn bankiers niet erg te
spreken. Juist bij zakenbanken werken mensen in wisselende teams met een veelheid aan
nationaliteiten. En Nederland staat, anders dan Londen tot nu toe, niet bekend als erg
gemakkelijk bij het verstrekken van verblijfsvergunningen. Ten slotte wordt er juist nu door
de regering gemorreld aan het bijzondere, lage inkomstenbelastingtarief van 30 procent voor
expats.
Advocaat Jurgen van der Meer haast zich echter het beeld te nuanceren van de inhalige
bankier, die het alleen maar om het geld te doen is: „Er zijn ook heel veel zaken die vóór
Nederland pleiten, maar in de enorme hoeveelheid informatie die de bankiers over alle
alternatieve steden krijgen voorgeschoteld, springt het bonusbeleid er wel uit. Het is een red
flag.”