Big city, you're so prettyWandelen door hartje Amsterdam
Rommel op de trap?Samen voor een schone portiek
Naar buitenDrie terrassen waar het goed toeven is
Huurdersmagazine Stadgenoot Zevende jaargang | juni 2014 nummer 2
2x2 Gratis
Zie pagina 24 & 26
inhoud
woord vooraf
Buurt in Beeld Het bruisende centrum
van de stad
Museum Het Schip Daglicht, slaapkamers
voor de gewone man
6
16
Een bijzonder hotel Slapen in een
tramwagon10WeggeefboekenHet is echt een ding,
volgens Aaf11Uit de kunstBewoners verleven-
digen de buurt12
Moet ík dat doen? Samen de portieken
schoonhouden20Naar buiten
De zomer gevangen
op drie terrassen23 28Lucas en Maartje Blij met hun nieuwe
woning
Zellef doen! Het leven begint bij 40. Dat hoorde
je vroeger wel eens. Maar we zitten
langer op school, krijgen later kin-
deren en we worden steeds ouder.
Het leven begint inmiddels bij 50.
Mijn leven tenminste. Ik ben net
50 geworden en word weer vader!
Vanaf half juni klinkt het vrolijke
gekraai van een vers kindje in ons
huis. Gezellig. Ik zie de slapeloze
nachten met verlangen tegemoet
– en niet alleen de nachten. Zo’n
klein mensje zien opgroeien, dat is
het mooiste wat er is. Het begint
met eten, poepen en slapen, in
wisselende, overlappende volgorde.
Daarna wordt het echt leuk, want
dan gaat ie een beetje praten. Een
van de eerste dingen die je dan
hoort is ‘zellef doen’. Pap eten?
Zellef doen! Jasje aan? Zellef doen!
Haar knippen? Zellef doen! Geknoei
en getreuzel levert dat op, maar op
een gegeven moment kan ie het
dan ook echt helemaal zelf.
Woningcorporaties hebben lang
gedaan of huurders hun kinderen
waren. En zellef doen was niet de
bedoeling. Een berg bladeren voor
de deur? Laat ons het weten en de
huismeester komt vegen. Kinder-
wagen fout geparkeerd? Bel de
woningbouw om de buren op hun
vingers te tikken. Die houding is
niet meer van deze tijd. Je probeert
er zelf met je buren uit te komen. Je
veegt zelf je stoepje even. Dit num-
mer van Stadleven gaat over dat
thema. Over huurders die, met hulp
van kunstenaars, zelf hun buurt
verfraaien. Over trappenhuizen en
portieken die door bewoners zelf
opgeruimd en netjes worden gehou-
den. Over zelf, online je huurzaken
regelen via Mijn Stadgenoot.
Ook Het Schip krijgt aandacht in deze
Stadleven. Dat is het museum voor
de Amsterdamse School, een bouw-
stijl die als toonbeeld geldt voor de
volkshuisvesting. Paleizen voor de
arbeider! Dat was de opzet toen en
dat is de opzet eigenlijk nog steeds,
al zijn die paleizen wel veel soberder
geworden. En het Wallengebied
komt aan bod. Deze kleurrijke buurt
in het centrum wordt langzaamaan
weer een gewoon stukje stad, voor
gewone Amsterdammers. Dat is
mede te danken aan Stadsgoed.
Dat is een volle dochter van
Stadgenoot. Ze is bijna volwassen
en wordt binnen afzienbare tijd een
zelfstandig bedrijf. Stadsgoed kan
het nu zellef doen.
Pim de Ruiter
Manager Communicatie
Stadgenoot
Op vijftienjarige leeftijd kwam Gustaaf Tjin-Kam-Jet vanuit Aruba naar Amsterdam. Hij woonde in de Spaarndammerbuurt. Na verloop van tijd ging hij samen met zijn vrouw Ans op zoek naar iets groters en kreeg via zijn werkgever ‘Werkspoor’ een woning in Noord, op de Waalenburgsingel. Daar woont hij nu 32 jaar. Inmiddels is hij ambassadeur van de buurt Markengouw.
mijn Markengouw
‘Dit is zó’n mooi stukje Amsterdam’
Fotografie Jan Freriks
Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans vd Vliet Reageren? Mail naar [email protected]
1 Vianney-centrum
‘Vroeger was dit een rooms-katholieke kerk. Tegenwoordig is het een buurtcentrum en het
huismeesterkantoor van Johan Backer. Ik kom er regelmatig omdat ik veel contact heb met de
huismeester. Sinds twee jaar ben ik namelijk ambassadeur van deze buurt. Via organisatie Proliving
houd ik samen met zeven andere buurtbewoners een oogje in het zijl. Elke dag lopen we in teams
van twee een rondje door de buurt en spreken we mensen aan op ongewenst gedrag. Ons doel
is de buurt veilig maken en houden. Dit is nodig. Nieuwendam is een fijne groene buurt om te
wonen, maar ik heb de wijk wel zien veranderen de afgelopen jaren. Dat vind ik jammer. Gelukkig
probeert Stadgenoot het aantrekkelijker te maken. Zo is er een kunstgrasvoetbalveld aangelegd en
zijn er diverse speeltoestellen voor de kinderen geplaatst. Ook is er een tuintjesproject waar buurt-
bewoners groenten kunnen kweken. Met ons team komen we regelmatig bij elkaar in het Vianney-
centrum. Hier treffen buurtbewoners elkaar en maken een praatje over wat er zich zoal in de buurt
afspeelt. Dat is erg leuk en ook belangrijk, omdat het goed is om contact te hebben met elkaar. Het
draagt bij aan een betere buurt.’
2 Schellingwouderdijk
‘Ik hou erg van wandelen en fietsen. Vanuit de Waalenburgsingel loop ik vaak naar de Schelling-
wouderdijk. Dat is zo’n mooi stukje Amsterdam, elke keer verwonder ik me weer over die mooie
huisjes aan het water in het groen. En dat vlakbij de stad. In de zomer pakken mijn vrouw en ik
vaak de fiets en maken we een tochtje langs de dorpen in de buurt, zoals Ransdorp en Zunderdorp
in Waterland. Heerlijk.’
3 Restaurant Puspita
‘Als we ergens een hapje willen eten, gaan we graag naar Puspita op het Purmerplein. Het is een
klein Indonesisch familierestaurant. Erg gezellig.’
4 Schellingwouderbreek
‘Bij de Schellingwouderdijk ligt de Schellingwouderbreek. Dat is een meertje dat is ontstaan nadat
de Schellingwouderdijk doorbrak. Het is een mooie plek waar veel vogels neerstrijken, zoals wilde
ganzen. Ik heb er ook een keer een schildpad gezien.’
5 Waterlandplein
‘Vroeger vond ik dit niet zo’n mooi winkelcentrum, maar sinds het is vernieuwd, kom ik er graag.
Het was eerst erg kaal, maar het wordt steeds mooier, met bankjes en bomen. Er zijn veel winkels,
eethuisjes, een bibliotheek, een huisartsenpost en een fitnesscentrum. Het Waterlandplein is
inmiddels helemaal vernieuwd. Stadgenoot is nu ook druk bezig met het opknappen van de buurt,
en begonnen met de sloop van de eerste huizenblokken aan de Volendammerweg. Daar komen
straks vierentwintig ruime eengezinswoningen; de Binnentuinen van Noord.’
Wilt u ook graag vertellen hoe leuk uw buurt is? Mail naar [email protected]
2 Stadleven 2 | 2014 3Stadgenoot
2
13
4
5
5
4
1
2
Met korting
naar museum
Het Schip
kort nieuws kort nieuws
Heel fijn van @stadgenoot die
het ene na het andere verzoek
dubbel glas van individuele
huurders in Oost honoreert
na verzoek hiertoe.
WSWonen Oost@WSWonenOost
Volg ons ook op Twitter: @stadgenoot
Of ‘like’ onze Facebookpagina: www.facebook.com/stadgenoot
Op maandag 5 mei is het beeld ‘Schip in
aanbouw’ onthuld door Gerard Anderiesen
(bestuurder bij Stadgenoot) en Alice Roeg-
holt (directeur van museum Het Schip).
Stadgenoot is eigenaar van het beeld. Het
museum heeft het in bruikleen gekregen.
Het beeld uit 1958 is van de Amsterdamse
stadsbeeldhouwer Hildo Krop. Het stond op
de binnenplaats van de Daniël Goedkoop-
school in Bos en Lommer. Door een verbou-
wing was er geen plaats meer voor.
Lees ook het artikel over Het Schip
op pagina 16.
Standard and Poor's (S&P) is een Amerikaanse
kredietbeoordelaar, een van de grootste ter
wereld. S&P deelt rapportcijfers (ratings) uit
aan landen en bedrijven. Zo’n rating vertelt
hoe kredietwaardig je bent. Een hoge rating
betekent dat je tegen relatief lage rente geld
kunt lenen bij de bank.
Stadgenoot heeft voor het derde jaar op rij
de rating ’AA’ gekregen, de op een na hoogst
mogelijke beoordeling. S&P vindt ons dus uit
financieel oogpunt een zeer betrouwbaar en
degelijk bedrijf. Daar zijn we erg blij mee.
Ondanks die mooie rating blijft Stadgenoot dit
jaar nog onder verscherpt toezicht staan van
het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV). Het
Centraal Fonds kijkt naar de toekomstplannen
van een corporatie. En Stadgenoot is ambitieus.
Als het kan, investeren we flink in renovatie,
nieuwbouw en leefbare buurten. Als het even
niet mogelijk is, stellen we onze plannen bij.
Omdat we zoveel plannen hebben, moeten we
investeringen boven enkele miljoenen euro’s
vooraf aan het CFV voorleggen. Het verscherpte
toezicht is een extra controle op wat we doen en
dat houdt ons extra scherp.
Zet de kraan maar open
Go Oostpoort! Het Polderweggebied heet voortaan
Oostpoort. Een prachtige combi van
wonen, werken en winkelen. Stadgenoot
was één van de partners die aan dit gloed-
nieuwe stukje Amsterdam meebouwden.
Het gebied heeft een wat mediterraan
karakter. Een klein plein met een terras,
halfrond lopende straatjes met de meest
uiteenlopende winkels. En een kade (Oranje
Vrijstaatkade) waar de oude melkfabriek
is doorgetrokken in het ontwerp van de
nieuwe woningen. Zo’n 800 nieuwe wonin-
gen in totaal. Blijvertjes zijn er ook, zoals
het Sportfondsenbad en het Montessori
College Oost. Ga er eens kijken. Met tram 7
en 9 stap je bijna voor de deur uit.
Van legionella kun je doodziek worden.
Legionella is een bacterie die zich thuis voelt
in lauw, stilstaand water. Als je de bacterie
inademt, bijvoorbeeld onder de douche of via
een sproei-installatie, kun je de veteranen-
ziekte oplopen. Met een beetje pech word je
daar kotsmisselijk van. Je kunt er zelfs aan
overlijden. Bij warm weer, wanneer je een tijd
niet thuis bent geweest, is het risico op legio-
nellabesmetting het grootst. Als je terugkomt
van vakantie, is het aan te raden de koude en
warme kraan twee minuten te laten stromen.
Het stilstaande water -en de legionellabacterie-
is dan uit de leidingen verdwenen.
In de Transvaalbuurt hebben Stadgenoot, de
brandweer en de dienst Werk en Inkomen
(DWI) het project ‘Samen Veilig’ georgani-
seerd. Drie huismeesters en een team van jon-
geren uit de buurt hebben in tien weken tijd
bijna 300 woningen bezocht en voorlichting
gegeven over brandveiligheid. De jongeren
en de huismeesters werden vooraf door de
brandweer getraind. De jongeren, zowel af-
komstig van DWI als het Jeugd Preventieteam,
hoopten via dit project ervaring op te doen en
hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten.
Paul de Haas, gebiedsbeheerder: ‘Aan het
einde van het project kregen ze een certificaat
als buurtvoorlichter brandveiligheid. Een ga-
rantie voor betaald werk is dat niet. Het gaat
om ervaring krijgen, in beeld komen en een
netwerk opbouwen.’ Huismeester Jan Bulder
zegt: ‘Die jongens zijn erg enthousiast en
wilden graag mee. Het is leuk om ze dingen te
leren op het gebied van beleefdheidsvormen
en communicatie. En die jongens kunnen som-
mige bewoners in hun eigen taal aanspreken,
dat is handig.’ Abdelilah Jami, één van de deel-
nemers: ‘Ik heb meteen ja gezegd. Ik woon
in de buurt en ik ken hier veel mensen. Het is
leuk om contacten te leggen en leerzaam om
de gesprekken te voeren en mensen bewust te
maken van brandveiligheid. Ik hoop met deze
ervaring snel een baan te vinden.’
AA rating versus Verscherpt Toezicht
Met vlag en wimpel
Jongeren geven voorlichting
‘Ik hoop zo een baan te vinden’
4 5Stadgenoot
’Schip in aanbouw‘ naar museum Het Schip
Stadleven 2 | 2014
In de vorige Stadleven stond een leuke
fietsroute, langs kunstwerken van Stad-
genoot in de stad. Nummer 2 van de
route was een vrolijk wapperende vlag.
Lezeres Lenie van der Veen fotografeerde
een wimpel in de buurt en schrijft: ‘Vlag
en wimpel “wapperen” al sinds 1996 in
de Bogortuin’. Zij wint de twee bioscoop-
bonnen voor een gezellig avondje uit.
buurt in beeldbuurt in beeld
7Stadgenoot
‘Het Damrak had de uitstraling van een pepernoot’, zegt Henk de Vos. En daarmee zit de stemming er meteen goed in. De huismeester van het oude centrum van Amsterdam, maakte de afgelopen jaren mee hoe zijn buurt van een louche omge-ving veranderde in een buurt waar gewoond wordt en waar jonge ondernemers de kans krijgen hun bedrijf op te bouwen. Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Hans van der Vliet
Henk de Vos kent iedereen. En iedereen kent
Henk de Vos. Hij was metselaar, beveiliger,
chauffeur en werkte nergens langer dan vijf
jaar. Maar als huismeester heeft hij zijn draai
gevonden. De Leidenaar is helemaal op zijn
plek in hartje Amsterdam. En dat merk je als
je met hem de straat opgaat. ‘Leidenaren en
Amsterdammers hebben één ding gemeen. We
zeggen wat we denken. Je moet je openstellen
voor de mensen. Ik ben altijd aanspreekbaar.
Als je m’n fiets voor de deur van het kantoor
ziet staan, kom je maar even binnen.’
Wat een mooi pandjeAan de Oude Schans staan Loesje en Tonnie
op hun opvallende balkonnetje met tegeltjes
en tulpen. De ras-Amsterdamse woont er al 36
jaar. ‘Ik heb gevochten voor de buurt’, zegt ze.
‘Toen ik hier net woonde, moest alles plat. Er
moesten kantoren komen. Maar kijk eens wat
een uitzicht ik hier heb. Het is een fantastische
plek om te wonen.’ Om de hoek aan de Korte
Dijkstraat vraagt een oud trapgeveltje van Stad-
genoot om aandacht. ‘Kijk eens wat een mooi
pandje’, zegt Henk. ‘Dat is toch geweldig, als je
daar kan wonen. De mensen hier zorgen goed
voor hun huizen. Ze hebben contact met elkaar,
ze wonen met acht of tien mensen in een
pandje. Dat is wat anders dan met tweehonderd
in een portiekflat.’ Hij wijst even verderop naar
de panden die in de jaren 80 tussen de oude
gevelpandjes zijn geplaatst. ‘Er werd niet mooi
gebouwd toen’, zegt hij. De hoekige panden,
met trespa gevelplaten in lichtgeel of blauw
lijken wat gekunsteld in het straatbeeld te zijn
gefrommeld. Misschien is het wel de charme
van deze buurt, want ook de stadvernieuwing
uit de roemruchte jaren 70, toen krakersrellen
de Nieuwmarkt-buurt in hun greep hielden,
staat voor een stukje geschiedenis van de stad.
Treden van de DamWe lopen naar het Pentagon (‘het meest
gestolen naambordje van Amsterdam, volgens
Henk). Het vijfhoekige pand ligt verscholen
achter de Zuiderkerk. Je moet eerst een poortje
door om er te komen. Henk heeft een verhaal:
‘Toen het Monument op de Dam werd ver-
nieuwd, zouden er extra traptreden komen,
maar dat ging uiteindelijk niet door. De stenen
treden lagen in de opslag en bij toeval kwam
ik daar achter. Ik heb toen voorgesteld om die
treden te gebruiken voor het binnenplein van
het Pentagon. Dus nu liggen hier de treden van
de Dam.’ Op de trap komen we een bewoonster
tegen. ‘Ik heb de papieren binnen, hoor’, zegt
Henk. ‘Het gaat door.’ Het pand krijgt een lift,
speciaal voor de oudere bewoners die op de
bovenste verdieping wonen. ‘Zeventig procent
van de bewoners moet het daarmee eens zijn’,
vertelt de bewoonster. ‘Ik heb echt gelobbyd
om dat voor elkaar te krijgen. Fijn dat het is
gelukt.’
Veiligheid het allerbelangrijksteHenk wil de boxgang nog laten zien. De gang is
met ledverlichting uitgerust, de tussendeuren
hebben glas gekregen en halfronde spiegels
Wandelen door hartje centrum
Big city, you’re
so pretty
>
‘Toen ik hier net woonde, moest alles plat’
6 Stadleven 2 | 2014
Het Pentagon, vlakbij de Zuiderkerk. Een van de kamers in het prostitutiemuseum. Ed Oudshoorn in zijn atelier: 'Ik zit hier prima'.Uitzicht vanaf St Janshuis.
buurt in beeld buurt in beeld
zorgen voor voldoende overzicht. ‘We hebben
de bewoners hierbij betrokken. Die gaven aan
dat veiligheid voor hen het allerbelangrijkste
is. Er werden hier feestjes gehouden, er sliepen
junks en er werd gedeald. Nu is het er schoon,
heel en veilig. Kijk, en dan zetten wij nog een
prullenbakje neer en een bezem en dan houden
mensen het zelf keurig.’
Een chihuahua tussen de spaken‘Ik heb de mooiste baan van alle huismees-
ters’, zegt hij, als we de Oudezijds oplopen. ‘Er
gebeurt hier 24/7 van alles. Ik heb gisteren nog
een chihuahua tussen de spaken van een fiets
uitgehaald. Niks aan de hand hoor. Dat beestje
was gewoon met zijn lijntje onder een spatbord
van een voorbijrijdende fiets blijven hangen.’
Peeskamers omgetoverdWe lopen de Wallen op. Hier heeft NV Stadsgoed
veel panden opgekocht. Nummer 133 was een
prostitutiepand en wordt een poppenmuseum,
verderop zijn peeskamers omgetoverd tot kleine
ateliers. ‘Morgen chef, weer is niet goed van-
daag, hè’, roept Henk in het voorbijgaan tegen
de portier van Casa Rosso, die er wat verloren bij
staat op deze koude dag. ‘Zie je, gap.’ We klau-
teren via een trappetje een pand binnen waar
Stadsgoed aan het renoveren is. De binnenkant,
ooit de werkplek van een aantal prostituees, is
compleet gestript. Grote bouwlampen verlichten
de plek waar aannemer Nico en zijn mannen
bezig zijn met een nieuwe vloer.
‘Dit wordt een kantoorruimte.’ Tussendoor nemen we nog even de lift naar de
zesde verdieping van het St Janshuis, eigendom
Dochter wil zelfstandig worden
Stadsgoed, een volle dochter van Stad-
genoot, werd 15 jaar geleden opgericht
om mee te helpen de oude binnenstad
een stukje leefbaarder te maken. Dat
was nodig, want de sfeer werd er steeds
grimmiger en rumoeriger.
Er is veel bereikt, maar er moet ook nog
veel gebeuren. De tijden zijn inmiddels
veranderd. Moeder Stadgenoot kan geen
investeringskapitaal meer vrijmaken.
Sinds vorig jaar wordt daarom onderhan-
deld over de oprichting van een ‘1012 Inc’
of NV Wallen. Aandeelhouders worden
gezocht om de energie te bundelen en de
slagkracht te vergroten. Het komende jaar
staat in het teken van deze ambitie.
www.stadsgoed.nl
van Stadgenoot. Ooit stonden hier de pakhui-
zen van Casa Rosso, maar in 1983 brandde het
seksimperium volledig af, nadat een oud-
medewerker brand had gesticht. Nu wonen hier
senioren. Midden in de stad achter de gesloten
voordeur, is het doodstil. Bewoonster Loes laat
ons haar appartementje op de zesde zien en
heeft meteen een paar vragen aan Henk. Het
is klein, de televisie neemt de ruimte in beslag,
maar het uitzicht is geweldig. ‘Ik wil nooit
meer ergens anders wonen’, zegt zij. ‘Ik kom
van een benedenverdieping in West. Daar stond
alles te rammelen als de auto’s voorbijreden.’
Prostitutiemuseum en kunstgebitEn dan moeten we natuurlijk ook nog even
langs het nieuwe Prostitutiemuseum. Ook dit
is een project in het kader van het opschonen
van de Wallen. Het museum is gevestigd in
het oude hoofdkantoor van sekspandenbaas
Charles Geerts, die zijn bezit grotendeels ver-
kocht aan de NV Stadsgoed. Het museum laat
je ervaren hoe het is om achter het raam te
zitten. De krukjes staan er nog, de rode lichtjes
branden en beneden je lopen de toeristen
voorbij en kijken omhoog. Toch gek om mee te
maken. Mooi is de wand met anonieme Confes-
sions. En grappig de muur met voorwerpen die
ooit bij de prostituees zijn achtergebleven. Met
als hoogtepunt het kunstgebit. ‘Ja, het loopt
goed’, zegt één van de initiatiefnemers Melcher
de Wind. ‘Het woord ‘museum’ op je gevel
selecteert al het publiek dat hier komt. Maar
dat mensen het toch spannend vinden om een
kijkje achter de schermen te nemen, blijkt uit
onze bezoekersaantallen. Als het zo doorgaat,
halen we dit jaar de 120.000 bezoekers wel.’
Een wonderschoon atelierOm de hoek moeten we volgens Henk ook
absoluut nog even langs het atelier van Ed
Oudshoorn. De ‘coming man’ van de haute
couture heeft in het oude pand van de twee
zussen die een boek schreven over hun tijd
achter de ramen, een wonderschoon atelier,
waar de mooiste kleding wordt gemaakt en
verkocht. ‘Ik ben hier antikraak begonnen’, ver-
telt hij. ‘In een pandje op de Oudezijds. Maar
ik kon een doorstart maken in overleg met NV
Stadsgoed. En dit is het geworden. Ik krijg hier
gasten van The Grand (het vijfsterrenhotel dat
even verderop ligt) die hier even een jurk ko-
men halen. Fantastisch toch, ik zit hier prima.’
Entree van de stadNog verder? We zijn een beetje doorgewaaid
en uitgepraat. Maar eigenlijk moeten we nog
naar het Damrak, die pepernoot die in rap
tempo wordt veranderd in een prachtige entree
van de stad. En we moeten nog naar het Oude
Kerksplein en naar de Nieuwendijk, waar de
etages boven de winkel weer als woonruimte
worden gebruikt.
Een oude jurkAls ik even sta uit te hijgen op een brug, en
Henk zijn zoveelste praatje maakt, schrijf ik het
zinnetje op dat aan de muur hing in het atelier
van Ed Oudshoorn. ‘De zon scheen vandaag als
een oude jurk’. En zo is het. Het zonnige lente-
weer liet zich vandaag niet zien, maar leunend
op de brug weet ik dondersgoed dat dit één
van de mooiste binnensteden ter wereld is. Big
City, you’re so pretty. We komen snel nog een
keer terug…
‘De mensen hier zorgen goed voor hun huizen’
9Stadgenoot8 Stadleven 2 | 2014
Wie v.l.n.r.: Bruno Bont (30),
Tijmen Receveur (28) en Dirk Hoogerwerf (29)
Wat eigenaren Hotel Not Hotel
Waar Piri Reïsplein 34 (naast Westermoskee)
Sinds 2014
Hotel Not Hotel? Hoe dat zo?Bruno: ‘We zijn wel een hotel, maar eentje
zoals je nog nooit hebt gezien. Bij ons geen
standaardhotelkamers. Wel Spaanse huisjes,
een oude Amsterdamse tramwagon, Volkswagen
Minibusjes, de rood-wit geblokte raket van Kuifje
en kamers verborgen achter boekenkasten. We
hebben vijftig slaapplekken, verdeeld over
23 slaapobjecten.’
Indrukwekkend! Wiens idee was dit?Tijmen: ‘Bruno wilde een creatief hotel begin-
nen. Op zoek naar een geschikte locatie, kwam
hij hier terecht. De ruimte is gebouwd als een
bazaar: in feite is het een doorgang van de
Witte de Withstraat naar het Piri Reïsplein. Het
is een grote open ruimte over twee verdiepin-
gen, met een prachtig gewelfd plafond.’
Liefde op het eerste gezicht?Bruno: ‘Absoluut. Deze plek vroeg er gewoon om,
om mijn oorspronkelijke idee veel specialer vorm
te geven. Daarom hebben we de hulp gevraagd
van Collaboration-O, een groep oud-studenten
van de Design Academie Eindhoven. Zij hebben
zich helemaal uit kunnen leven. Alles wat je hier
aan meubels en slaapobjecten ziet, hebben zij
speciaal voor ons gemaakt. Alleen één houten
huisje, met kunstig houtsnijwerk, is door een
andere kunstenaar gemaakt; Arno Coenen.’
Is de buurt blij met jullie?Dirk: ‘Tot nu toe alleen maar leuke reacties. We
hebben namelijk ook een bar met terras. Vanaf
het moment dat die open is gegaan, weten
buurtbewoners ons te vinden. Je kunt hier lun-
chen en borrelen. Als het hotel eenmaal goed
draait, willen we ook maaltijden serveren.’
Hotel al volgeboekt?Tijmen: ‘Wat heet! Nog voordat we open-
gingen in juni, en zonder reclame te hebben
gemaakt, kwamen de boekingen al binnen.
Opvallend veel van groepen. Je kunt het hotel
namelijk ook helemaal afhuren. En nog wat:
de New York Times heeft al interesse getoond
om over ons te schrijven. Hoe gaaf is dat!’
Stadgenoot geeft ondernemers de ruimte.
Kijk op www.stadgenoot.nl of bel:
020 - 511 80 00 (optie 2).
de ondernemer
Tramwagon, VW-busje en Kuifje-raket’
10 Stadleven 2 | 2014
Ik ben net terug uit Kopenhagen, en misschien
was het het mooie weer, maar dat lijkt me de
saamhorigste stad op aarde. Op speelpleinen wa-
ren buurtbarbecues aangericht, overal hadden de
mensen bankjes voor hun huis gezet, de stad was
vergeven van de binnenplaatsen waarin dan weer
goeiige speeltuintjes bleken te zijn gemaakt, en
als er ergens een gebouw stond af te brokkelen,
had de buurt geregeld dat het tenminste vrolijk
beschilderd werd.
Maar, troostte ik mezelf, ik woon zelf een beetje in
het Kopenhagen van Amsterdam. Woon ik immers
niet in het uiterste puntje van de Watergraafs-
meer, waar een groepje lokale moeders het speel-
plein fantastisch heeft opgeknapt, waar een plaatselijke oma alle kinderen uit de wijk voorziet van
koekjes en speelgoedjes, en waar zowaar een goedlopende Little Library is ontstaan?
Ik wist eerst helemaal niet dat het Little Libraries heetten, als mensen zo’n kast of bak buiten hun
huis zetten waarin zijzelf, of anderen uit de buurt, hun oude boeken gratis aanbieden. Maar ik las nu
zelfs in het gemeentelijke partijprogramma van een socialistische partij dat zij heel erg vóór Little
Libraries waren. Het is dus echt een ding.
Het probleem is: wie mag er boeken pakken bij de Little Library? Iedereen, in principe. Maar: hoeveel
boeken mag je dan pakken? Als je er voorbijloopt en in een keer een leuke vergeelde versie van het
Huishoudschoolkookboek ziet staan, twee fijne romans én een reisgids voor Zuid-Frankrijk, mag je
die dan alle vier in een keer meenemen? In principe wel.
Maar nu las ik een artikel over een Amerikaanse wijk, waar niet één, maar verscheidene Little Libra-
ries waren ontsproten. De mensen in die buurt waren zo sociaal, en blijkbaar zo welvarend, dat er op
elke straathoek wel een kastje met weggeefboeken stond.
Nu was een bewoonster erachter gekomen dat een vrouw uit de buurt ‘s avonds, als het donker was,
alle kastjes afging en alle boeken meenam. Waarschijnlijk verkocht ze ze zelf door.
Het probleem is: het idee is zo makkelijk en gezellig. Je moet er niet aan denken dat je als een waak-
hond bij je eigen kastje met weggeefboeken moet gaan staan om toe te wijzen welke voorbijganger
je oude Boeketreeksen mag meenemen, en welke buur het boek over textielbewerking van je moeder
krijgt. Maar die ene vrouw, die al die Libraries leeghaalt, verpest het nu voor de rest.
Dat zou in Kopenhagen natuurlijk nooit gebeuren. Daar zouden de bewoners een gemeenschappelijk
kampvuur maken, daar biologische worstjes op roosteren en elkaar voorlezen uit alle weggeefboe-
ken van de buurt.
column
(1975) is columniste en schrijfster.
In haar vaste column in Stadleven
schrijft ze over haar leven in de stad.
Aaf Brandt Corstius
11Stadgenoot
Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Wout Jan Balhuizen
Schepen aan de muurVier nieuwe appartementengebouwen
aan de Fröbelstraat en Van Suchtelen
van de Haarestraat in Osdorp dragen de
naam van een scheepstype: Gondóla,
Navio, Carrack en Barque. De entrees
van deze gebouwen zijn versierd met een
metershoge afbeelding van het vaartuig
waarnaar het is vernoemd. Elk schip is
uit hout uitgezaagd en daarna ingelegd
met goud-, zilver- en bronskleurige
voorwerpen die de bewoners zelf hadden
meegebracht. Van sleutels en bestek, tot
knopen en bouwmateriaal. Dat gebeurde
tijdens wekelijkse workshops met de
bewoners. Kunstenaars Mirjam Bakker
en Wil van Blokland vertelden onder-
tussen over de geschiedenis van de
Nederlandse scheepvaart. Stak men er
tegelijkertijd ook nog wat van op.
Levensboom in trappenhuisKunst als oplossing voor een vies, don-
ker en af en toe zelfs gevaarlijk entree
en trappenhuis. In de Majubastraat in de
Transvaalbuurt (Oost) werkte kunstenaar
Noud Verhave ideeën van bewoners
uit tot een ontwerp voor een mozaïek.
Vogels, vissen, schelpen, Arabische mo-
tieven, insecten, gras en veel kleur. Dat
waren zoal de wensen. Het resultaat:
een kunstwerk van zeventig vierkante
meter over vier verdiepingen. En het
werkt. Het trappenhuis blijft schoon
en bewoners voelen zich weer op hun
gemak. Sterker: ze zijn er trots op!
Je fiets achter een kunstwerk‘Er komt een ziekenauto de straat
ingereden. Een vrouw kijkt vanaf het
balkon naar beneden. Eenzaam blijft de
stoel in de tuin achter. De buurman zal
er nooit meer op gaan zitten…’ Het is
een van de verhalen die zijn verbeeld in
de gebrandschilderde raampartijen in
de Majubastraat. Negen kunstenaars uit
de buurt hebben de veiligheidsramen
van de fietsenstallingen in de straat
vervangen door een fraai kunstwerk.
Ze zijn geïnspireerd door verhalen van
buurtbewoners. De straat heeft er een
veel betere uitstraling door gekregen.
Het kunstproject was meteen aanleiding
om goede afspraken met bewoners te
maken over het opgeruimd en schoon-
houden van de fietsenstallingen. Zo
krijgt kunst ook een praktische kant.
reportage reportage
Een mooie omgeving? Geen kunst!Ideeën om de buurt te verbeteren, daar worden we bij Stadgenoot enthousiast van. Kunstprojecten bijvoorbeeld. Kunst om de boel te verlevendigen. Of kunst met een praktisch doel: om de veiligheid te verbeteren. In deze Stadleven een paar sprekende voorbeelden. Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Wout-Jan Balhuizen & Mirjam Bakker
>
13Stadgenoot12 Stadleven 2 | 2014
Een veilige onderdoorgangBewoners liepen liever helemaal om
hun flatgebouw heen, dan door de on-
derdoorgang. Zo donker was die, en
voor hun gevoel onveilig. Daar moest
dus wat aan gebeuren. Stadgenoot liet
de onderdoorgang stuken en lichtblauw
verven. Het stadsdeel heeft de verlich-
ting verbeterd. Om het nog aantrekkelij-
ker te maken hebben twee kunstenaars
uit Nieuw-West, Irene Kopp en Theo
Haring, workshops gegeven aan school-
kinderen. Tijdens die workshops hebben
kinderen van de basisschool uit de buurt
kunstwerkjes ontworpen. Irene en Theo
hebben deze in mozaïek uitgevoerd.
Ze sieren nu de onderdoorgang. Het
effect: de doorgang wordt weer volop
gebruikt.
Helemaal dop!Maandenlang hebben bewoners uit de
Eendrachtsparkbuurt in Geuzenveld plas-
tic doppen gespaard. Stadgenoot had hen
namelijk gevraagd wat ze met een braak-
liggend terrein aan de Wigbolt Ripperda-
straat wilden doen. De top 3 van wensen:
een moestuin (die is er inmiddels), groen
en kunst. Kunstenaars Mirjam Bakker
en Wil van Blokland hebben samen met
zestig bewoners kleurrijke kunstwerken
van plastic doppen gemaakt: een bonte
picknickplek en vrolijke stapstenen. Voor
die stapstenen zijn oude fietswielen ge-
bruikt. Die werden gevuld met cement,
waarna bewoners er met doppen patro-
nen in hebben gemaakt. Heel praktisch
ook, die stapstenen, want ze vormen een
pad naar de moestuin. Dat is na elke re-
genbui nogal drassig.
Uw persoonlijke gegevens,
een overzicht van personen
die op uw huurcontract staan
en gegevens van uw woning.
Hier regelt u het betalen van
de huur en ziet u een over-
zicht van uw betalingen.
Melden van burenoverlast,
klachten, aanvragen voor
woningaanpassing, sleutels,
naambordjes en het opzeggen
van de huur.
reportage
Uw huurzaken en reparatieverzoeken kunt u tegenwoordig regelen via Mijn Stadgenoot. Met uw klantnummer en aanmeldcode logt u in. Daarvoor hebt u twee brieven van ons ontvangen. Hieronder het overzicht van wat u allemaal kunt vinden, aanpassen en doorgeven met Mijn Stadgenoot.
Reparatieverzoeken indienen
en afspraken wijzigen. Of een
overzicht bekijken van alle
reparaties die al zijn uitgevoerd
in uw woning en woonblok.
Hier vindt u het laatste
nieuws over geplande
werkzaamheden in en
om uw woonblok.
Handige telefoonnummers
van bedrijven waarmee wij
samenwerken. U kunt recht-
streeks met deze bedrijven
contact opnemen.
14 Stadleven 2 | 2014
Klantenservice
15Stadgenoot
Mijn Stadgenoot
24/7 online je huurzaken regelen
Direct aan de slag?
Ga naar stadgenoot.nl en meld u aan.
StoommachinesZoals internet in onze tijd de wereld op zijn kop
zet, zo was het de uitvinding van de stoom-
machine die er rond 1850 voor zorgde dat
handwerk werd vervangen door machines, dat
er fabrieken ontstonden en dat mensen massaal
van het platteland naar de stad trokken op zoek
naar werk. Hier begint de industriële revolutie
en de geschiedenis van de volkshuisvesting in
Amsterdam. Een boeiend verhaal. Tussen 1850
en 1900 verdubbelde de bevolking van 250.000
inwoners naar ruim 500.000.
KrottenAmsterdam was niet voorbereid op die stroom
aan arbeiders. De stad bestond uit niet meer
dan de grachtengordel. De ring daaromheen
moest nog worden gebouwd. De nieuwe arbei-
dersklasse was arm en woonde in zelfgebouwde
krotten. Rond de grachtengordel ontstonden
sloppenwijken waar gezinnen met soms wel ze-
ven kinderen in een krot woonden. Speculanten
bouwden goedkope huizen en vroegen zoveel
mogelijk huur. In de Jordaan werden bestaande
ruimtes opgevuld en ontstonden de zogenaam-
de kelderwoningen.
Werk of geen werkDe arbeiders werkten vaak als dagloners. Zij
moesten zich melden aan de poort van de fa-
briek en kregen ter plekke te horen of ze die dag
konden werken. Wie geen werk had, had geen
geld. Dingen die voor ons heel normaal zijn, wa-
ren in die jaren nog niet bedacht: vakantiegeld,
AOW, een vast arbeidscontract.
WoningwetDe situatie werd onhoudbaar. Niet alleen in Am-
sterdam, maar in alle steden van ons land. Op
22 juni 1901 kwam de regering Pierson met de
Woningwet. Een wet die een einde moest maken
aan slechte en ongezonde woontoestanden.
De wet stelde dat de overheid verantwoordelijk
was voor minimale wooncondities van al haar
burgers. Gemeenten moesten een voorstel doen
om tot verbeteringen te komen en een bouw-
verordening opstellen. De Woningwet was het
begin van de volkshuisvesting in Nederland en
de aftrap van woningbouwverenigingen, sociale
huurwoningen en in Amsterdam van een tweede
ring rond de stad met prachtige arbeidswonin-
gen in de stijl van de Amsterdamse School.
Amsterdamse SchoolArchitect Michel de Klerk kreeg de opdracht van
de gemeente Amsterdam om woningen voor
arbeiders te ontwerpen. Veel werd van tevoren
al bepaald. Zo moest er daglicht zijn, moest de
keuken gescheiden zijn van het woongedeelte
en moest een woning minimaal twee slaap-
kamers hebben. De Klerk nam zijn opdracht
serieus. Hij wilde laten zien dat je ook voor
arbeiders mooie dingen kon bouwen, huizen en
wijken met de allure van de grachtengordel. Hij
is de grondlegger van de Amsterdamse School.
Een bouwstijl die vooral veel fantasierijke vor-
men laat zien.
WoningbouwverenigingenOndertussen veranderde ook de maatschappij.
Arbeiders werden lid van een woningbouw-
vereniging, vaak op basis van hun overtuiging
(rooms-katholiek, sociaal-democratisch etc.).
Zo konden ze aan een woning komen. Voor-
waarde was dat je een vast arbeidscontract
had, zodat in ieder geval de huur betaald kon
worden. De gemeente Amsterdam maakte zich
hard voor meer banen. In die tijd ontstond
bijvoorbeeld ook de vuilophaaldienst (nu de
gemeentereiniging) en werden trambestuurders
in gemeente-uniformen gestoken. Jasjes met
koperen knopen gaven de arbeiders status.
Prullenbakken, klokken en een krulOok het straatbeeld veranderde. Want de arbei-
der kon dan wel fatsoenlijk wonen, bij volks-
huisvesting hoorde ook de omgeving. Wat dat
betreft denken corporaties nog steeds hetzelfde.
Stadgenoot vindt nog altijd dat haar taak
verder gaat dan het aanbieden van een huis.
Ook leefbaarheid hoort daarbij. In de eerste
dertig jaar van de vorige eeuw kwamen er op
de straten gemeentelijke prullenbakken, zodat
het vuil niet op straat werd gegooid, klokken,
zodat arbeiders op tijd op hun werk konden zijn,
urinoirs (de bekende ‘krul’ die nog steeds in de
stad staat), zodat niet overal werd geürineerd,
allemaal in die unieke stijl van de Amsterdamse
School. In 1917 richtte Amsterdam zelfs de
gemeentegiro op, waardoor arbeiders voortaan
niet meer met een loonzakje werden betaald,
maar giraal. Dit voorkwam onder andere dat
het geld werd verbrast in de kroeg en de huur
gewoon betaald kon worden.
Museum Het Schip vertelt dit verhaal. En laat
het zien. Het museum heeft een krotwoning en
een modelwoning van Michel de Klerk, zodat
de verschillen duidelijk zijn. Het beheert het
prachtige postkantoor, met het complete interi-
eur van de hand van De Klerk en een lunchroom
met een tuin waarin al het straatmeubilair is
verzameld dat zo lang onze stad heeft bepaald.
Paleizen voor de arbeider
Museum Het Schip werd opgericht in 2001 ter
gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de
Woningwet. De Amsterdamse woningcorpora-
ties, waaronder Stadgenoot, ondersteunen het
museum met een gezamenlijke jaarlijkse bij-
drage. Dit doen we omdat Het Schip het verhaal
vertelt waarop onze geschiedenis is gebaseerd.
reportage reportage
Er zijn van die plekjes die te mooi zijn om voorbij te lopen. Zoals Museum Het Schip in de Spaarndammerbuurt. Het museum vertelt het verhaal van de volkshuisvesting in Amsterdam en tegelijkertijd het ontstaan van één van de beroemdste bouwstijlen die ons land heeft voortgebracht: de Amsterdamse School. Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Wout-Jan Balhuizen
Museum Het Schip laat begin volkshuisvesting zien
>
16 Stadleven 2 | 2014 17Stadgenoot
Kom zelf een kijkje nemen• Museum Het Schip is open van dinsdag
tot zondag van 11.00 tot 17.00.
Spaarndammerplantsoen 140.
• Er is een dependance in de P.L. Takbuurt:
Burgemeester Tellegenstraat 128.
Open op vrijdag, zaterdag en zondag van
11.00 tot 17.00 uur. www.hetschip.nl
reportage reportage
18 Stadleven 2 | 2014 19Stadgenoot
Bus- en BoottochtenTegen inlevering van deze
bon € 15,- korting op bus-
en boottochten.
Zie ook www.hetschip.nl
Gratis koffie met cakeHuurders van Stadgenoot krijgen met
deze bon en op vertoon van het kaartje
van de rondleiding een kopje koffie met
cake in de Lunchroom.
Rondleiding bij Museum Het Schip elk uur: € 7,50 en gratis met Museumjaarkaart en Rembrandtkaart.
Reserveren is noodzakelijk: [email protected] t/m december 2014
¤ 15,-
korting
‘De hal en de trap zijn delen van het gehuurde waar je met elkaar voor moet zorgen’,
zegt Jan-Willem Kluit van Stadgenoot. Veel mensen weten niet eens dat je met elkaar
verantwoordelijk bent voor de algemene ruimte, dus de trap en het portiek. Maar het
staat gewoon in je huurcontract.’ Ger Holland is zo’n actieve bewoner die zijn buurtge-
noten aanspreekt als een portiek vies is. Hij wijst naar een gebarsten ruit van een por-
tiekdeur. ‘Daar heb ik laatst de mevrouw van twee hoog op gewezen. Ik zei: daar moet
je even over bellen met Stadgenoot, dan komen ze het maken. Toen zei ze: moet ik dat
doen? En dat is het nou precies: als iedereen dat zegt, wordt het een grote bende.’
Drie vuistregels‘Er is veel onduidelijkheid over wat er wel en niet kan en mag in een portiek’, zegt Jan-
Willem Kluit. ‘Als wij mensen willen aanspreken op hun eigen verantwoordelijkheid, dan
begint dat met goed uitleggen. Daarom heeft Stadgenoot nu drie vuistregels opgesteld.
Dat zijn de minimale eisen waaraan een trappenhuis en portiek moeten voldoen. Brand-
veilig, toegankelijk en schoon en opgeruimd.’
Gezond verstandBinnenkort gaat Stadgenoot de regels op posters in de portieken hangen waar het niet
schoon en opgeruimd is. ‘Maar het is echt niet zo dat we alles met regeltjes willen dicht-
timmeren. Er is heus nog ruimte voor eigen invulling. We vinden het zelfs leuk als mensen
hun portiek gezellig maken. Dus een plantje en een kastje mag best, als iedereen het
ermee eens is. En een kastje voor schoenen mag best, als het maar niet in de weg staat
en de doorgang 1,20 meter blijft. Voor kinderwagens maken we een uitzondering als er in
het portiek ruimte is onder de trap of als er een aparte nis zit waar ze netjes geparkeerd
kunnen worden. Met de regels bepalen we de ondergrens. En we gaan ervan uit dat
mensen hun gezond verstand gebruiken. Want veiligheid en leefbaarheid is in ieders
belang. Ja toch?’
‘Moet ík dat doen?’
+ Een schoon en fris portiek. De hal en het trappenhuis moeten vrij
zijn. Een brancard moet er makkelijk doorheen kunnen.
+ Een scootmobiel mag wél in de hal worden geparkeerd,
mits hij niet in de weg staat.
- Wat een viezigheid. Een mooie, schone hal ziet er toch veel gezelliger
uit? Hou met elkaar het portiek netjes.
- Hier is de doorgang duidelijk geblokkeerd. Niet goed dus.
En gevaarlijk.
+ Laat oude kranten en folders niet rondslingeren.
Verzamel ze in een kratje.
- Zo’n leeg bord ziet er aardiger uit als het wordt gebruikt waar het voor
bedoeld is. Hang er mededelingen op of leuke dingen.
Toegestaan Niet toegestaan
Ger Holland
Jan-Willem Kluit
+ -
interview interview
>
Rommel op de trap, viezigheid in de hal. Wie ruimt dat op? En wat mag je nou wel en niet in de hal of op de trap zetten? Stadgenoot heeft het op een rijtje gezet. Zo kunnen we huurders helpen de portieken en trappen netjes en veilig te houden. Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Jan Freriks
Toegankelijk (de brancardproef)
Stel je buurman moet met spoed van drie hoog naar beneden met een brancard.
In het trappenhuis en de hal staan allerlei obstakels. Een kinderwagen, een fiets,
opgeslagen goederen. De brancard kan er niet door. De regel is: er moet een
looproute zijn van 1 meter 20 breed.
21Stadgenoot20 Stadleven 2 | 2014
Altijd dezelfde mensenIn het trappenhuis van Ger Holland staat een tafeltje met plantjes in een nis voor het
raam. ‘Mijn vrouw houdt de trap schoon’, zegt hij. ‘Maar eerlijk gezegd zijn het wel altijd
dezelfde mensen die dat doen.’ Hij kent de trapportalen en de mensen die ze onderhou-
den. ‘Het komt ook door die “laat maar gaan” houding van de afgelopen jaren. Niemand
voelt zich meer verantwoordelijk voor een ander.’
Praten, uitleggen, aansprekenElkaar aanspreken op goed gedrag is moeilijk. ‘Dan ben ik de gebeten hond’, zegt een
huurder als Jan-Willem haar vraagt of ze zelf eens met de buren wil praten. ‘Het is ook
lastig’, erkent hij. ‘Daarom gaan de huismeesters dat meer ondersteunen. Net als de
buurtambassadeurs, buurtbewoners die iets extra’s voor de buurt willen doen en speci-
aal voor deze taak worden getraind.’ Praten, uitleggen, aanspreken, dat is wat er moet
gebeuren. ‘De huismeesters gaan bijvoorbeeld praten met nieuwe huurders om uit te
leggen dat je met elkaar voor de trappen en portieken moet zorgen. En eventueel helpen
we bij het maken van een schoonmaakrooster, als mensen daar zelf niet uitkomen’,
vertelt Jan-Willem.
Spullen weggehaaldEn wat gebeurt er als dat allemaal niet helpt? ‘Laten we vooropstellen dat heel veel
portieken er keurig uitzien. Niks aan de hand. Maar er zijn ook echt probleemportieken.
Bewoners krijgen eerst een brief, vervolgens krijgen de spullen die in de weg staan een
sticker dat ze moeten worden weggehaald.’ En dan? ‘Dan halen we ze weg en kunnen
mensen ze tegen betaling terughalen. Of als een portiek heel vies is en men weigert het
schoon te maken, sturen we er een schoonmaakbedrijf naartoe en krijgen de huurders
de rekening.’
‘Een brancard moet er snel langs kunnen’
Meer voorbeelden, tips en suggesties? Ga naar stadgenoot.nl en klik de banner aan.
portretserieinterview
Niets fijner dan met mooi weer een terrasje pakken. Goed gezelschap, een straffe bak koffie of fris drankje en een levendig uitzicht... Wat heb je nog meer nodig? Naar welk terras ga je dit keer? De keus in Amsterdam is enorm. Stadleven maakte een selectie en ging langs bij café-restaurant Zürich op het Mercatorplein en theatercafé Podium Mozaïek in Bos en Lommer. Beide huren ze hun pand van Stadgenoot. Tot slot namen we de pont over het IJ en fietsten we richting het Noorder- park. Elke zondagmiddag is de Noorderparkkamer the place to be. Daar wilden wij dus niet ontbreken.
Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Jan Freriks
Lekker in het zonnetje
22 Stadleven 2 | 2014
>>
!
Schoon en opgeruimd
Iedereen wil toch thuiskomen in een nette hal,
waar je niet struikelt over de lege blikjes en waar
geen etensresten op de trap liggen? Houd het
samen schoon of laat een schoonmaakbedrijf het
doen (dat kost wel iets meer huur). Praat erover
met elkaar.
(Brand)veilig
Scooters en brommers zijn niet alleen grote ob-
stakels, ze kunnen ook brand veroorzaken. Ze zijn
daarom altijd verboden in de algemene ruimtes.
Hetzelfde geldt voor grote stapels reclamefolders
en kranten in de hal. Die staan zo in brand. Eén
vonk van een sigaret en het is mis. Een kleine
papierbak in de hoek is toegestaan, mits hij niet
in de weg staat en regelmatig geleegd wordt.
23Stadgenoot
portretserie portretserie
25Stadgenoot
www.noorderparkkamer.nl
24 Stadleven 2 | 2014
Maaike Poppegaai (30) heeft de artistieke leiding over de Noorder-parkkamer in Amsterdam-Noord‘De Noorderparkkamer is de culturele huiskamer
van Amsterdam-Noord. Een groene oase, met
een rauw randje. Iedereen is hier welkom om
gratis te genieten van dans-, toneel-, en
muziekvoorstellingen. Elke zondag hebben
we een programma, ook voor kinderen. We
organiseren steeds zes of zeven zondagen
achter elkaar rond hetzelfde thema. Mei en
de eerste helft van juni stonden in het teken
van Noordi Gras.’ ‘Ken je Mardi Gras, het
muziekcarnaval in New Orleans? Noordi Gras
is daarop geïnspireerd. Zes weken lang was
er in de Noorderparkkamer van alles te doen
wat met muziek maken, dans en creativiteit te
maken heeft. >> pagina 27
Bilal Aznou (38) is, samen met Rogier van ’t Slot (41), eigenaar van café-restaurant Zürich op het Mercatorplein in De Baarsjes‘Zou je dat wel doen? En: je bent gek. Dat
soort reacties kregen we een paar jaar gele-
den toen we plannen hadden om op het
Mercatorplein een café-restaurant te begin-
nen. Stadgenoot en het stadsdeel hadden
een pitch - een soort wedstrijd - uitgeschreven
voor ondernemers. Ze zochten een uitbater
voor het nieuwe horecapaviljoen op het
plein. Het plan voor Zürich won; in september
2010 zijn we opengegaan.’ >> pagina 27
‘Elke zondag een programma, ook
voor kinderen’
‘Vroeg in het jaar een zomers gevoel’
1 1+ GRATISBenieuwd naar café-restaurant Zürich?
Tegen inlevering van deze bon krijgt u
gratis twee kopjes koffie (alle varianten),
of thee. Geldig t/m 31 augustus 2014.
>> Maaike ‘We heb-
ben, onder andere
samen met scholen,
workshops en concert-
jes georganiseerd. En
er was vooral heel veel
muziek op straat te
horen. Verder hebben
we met groepen uit de verschillende buurten
in Noord kostuums gemaakt en praalwagens
gebouwd. Dat alles kwam tot een bonte climax
op 15 juni: de Noordi Gras paradedag. Elke
groep vertrok vanuit zijn eigen buurt met band,
dansers en eventueel een praalwagen naar een
verzamelpunt. Vanaf daar ging één grote, kleur-
rijke stoet op weg naar de Noorderparkkamer in
het Noorderpark.
Met Noordi Gras nog maar net achter de rug,
zijn we meteen doorgegaan met de Buurtcam-
ping. Misschien heb je erover gehoord. Vorig
jaar was dat in het Oosterpark. Dit jaar doen
meer plekken mee. Het Noorderpark dus, maar
bijvoorbeeld ook het Vondelpark. Het idee?
In het weekend van 15, 16 en 17 augustus
kamperen in een park in je eigen buurt. En zo je
buurtgenoten op een bijzondere manier leren
kennen. In de zondagen voorafgaand aan dat
weekend gaan we van alles organiseren rondom
kamperen. Muzikanten zingen over hun cam-
pinggevoel, kunstenaars gaan met ingezamelde
Tetrapakken een caravan bouwen...
Ik heb het nu trouwens steeds over de zonda-
gen, maar ook op andere dagen gebeurt hier
van alles. Zo komt hier elke donderdagochtend
een groepje Marokkaanse en Egyptische vrou-
wen bij elkaar. Het begon als een theekransje,
maar al gauw kregen ze allerlei ideeën. Ze gaan
van het verwaarloosde tuintje hierachter een
moestuin maken. En een paar van hen koken
elke zondag fantastisch eten dat ze aan bezoe-
kers verkopen. Heel populair!
De Noorderparkkamer wil echt voor iedereen
wat te bieden hebben. Daarom zijn we superblij
als mensen met eigen ideeën komen. De profes-
sionele zzp’ers die de kamer runnen, helpen
graag om een idee tot uitvoering te brengen.
Dus: laat je horen!’
portretserie portretserie
>> Bilal ‘Het Mer-
catorplein stond niet
bekend als een fijne
plek. Het was dus best
een risico om juist hier
een café-restaurant
met een groot ter-
ras te openen. We
wilden een huiskamer voor de buurt creëren.
Dat daar behoefte aan was, bleek al gelijk na
de opening. Vanaf het begin heeft de buurt
ons omarmd. Het eerste jaar kwamen er
vooral mensen uit de omgeving. Het tweede
jaar verwelkomden we ook hun vrienden en
vriendinnen. En nu, in ons vierde jaar, zien we
hier mensen uit de hele stad. We zijn echt een
bekende plek geworden. We zitten in een heel
herkenbaar paviljoen. Het dak is een rood-
oranje koepel met een doorsnee van zestien
meter, in de vorm van een ellips. Niet mijn
smaak, eerlijk gezegd. Gelukkig hebben we de
inrichting helemaal in eigen hand gehad. Die is
precies zoals we het voor ogen hadden.
Als huiskamer voor de buurt nemen we deel
aan allerlei activiteiten of we organiseren die
zelf. West'ival bijvoorbeeld, is een gratis vier-
daags festival op het Mercatorplein in septem-
ber met een openluchtbioscoop, live muziek en
kunst. Vorig jaar mei hebben we meegedaan
met het Amsterdamse sportweekend. Plein vol
zand gegooid, tribunes eromheen, en de buurt
kon beach soccer en volleybal spelen. Dat gaf al
vroeg in het jaar een zomers gevoel.
Ook bijzonder: het Festival Jan Eef, genoemd
naar de Jan Evertsenstraat, die op het Merca-
torplein uitkomt. Op zaterdag 8 november is de
derde editie. Er worden toneel- en muziekvoor-
stellingen gegeven in winkels in en rond de Jan
Evertsenstraat en het Mercatorplein. Bezoekers
kopen een kaartje voor drie achtereenvolgende
voorstellingen. Na afloop bouwen we een
feestje in Zürich.
Waar die naam vandaan komt? We zochten een
pakkende naam, met een internationale uitstra-
ling. We hebben eerder caffe Oslo geopend,
dus een andere Europese hoofdstad lag voor de
hand. Later hoorde ik dat Berlage, de architect
van het Mercatorplein en de woningen erom-
heen, een belangrijk deel van zijn opleiding in
Zürich heeft gevolgd. Da’s een mooier verhaal.’
‘Het Mercatorplein stond niet bekend als
een fijne plek’
>> Sergio ‘Voordat
Podium Mozaïek hier
kwam, was dit de
protestantse Pniëlkerk.
Het gebouw stamt
uit 1954. Het verhaal
gaat dat de architect
geïnspireerd is door
een aantal reizen naar het Midden-Oosten. Veel
mensen vinden het inderdaad oosters aandoen.
Het gebouw staat ook bekend als het Theelicht-
je. Vanwege de vele kleine raampjes in de witte
gevel. Als het buiten donker is en binnen brandt
het licht, dan heeft het inderdaad zo’n effect.
De laatste voorstellingen van dit seizoen zijn op
4, 5 en 6 juli (Julidans). Maar op 22 en 29 juni
en op 6, 13 en 20 juli organiseren we samen
met stadsdeel West en een aantal andere
culturele ondernemers WESTwaARTS. Dat is een
cultureel festival in het Erasmuspark. Dit doen
we nu voor het vierde jaar. En het is een succes.
Vorig jaar hadden we meer dan tienduizend
bezoekers! Het festival heeft een uitgebreid
programma. In het midden van het park staat
Podium Erasmus. We hebben optredens van
onder andere de Amsterdam Klezmerband, Kris
Berry & Perquisite en Bombitas XL. Ook zijn er
voorstellingen van Poetry Circle, Chicks with
Strings en Theater RAST. Verder kun je er work-
shops volgens, zoals wildbreien, taekwondo,
capoeira en salsa. Voor kinderen is er ook van
alles te doen: speciale voorstellingen, maar ook
- op een speciaal gebouwd terras - theaterwork-
shops, kinderyoga, dansworkshops en knutsel-
workshops. Natuurlijk is er tijdens het festival
ook een culinair programma.
Op onze eigen locatie organiseren we elke
zaterdag en zondag een Turks ontbijt. Nou ja,
ontbijt... Het begint om tien uur, maar duurt
tot drie uur. Je krijgt dan allemaal kleine hapjes,
een soort tapas, met thee. Heel populair, want
als je niet reserveert, heb je geen plek.’
‘Als je niet reserveert, heb je geen plek’
‘Een bonte climax op 15 juni: de Noordi
Gras paradedag’
1 1+ GRATISHet terras van Podium Mozaïek ontdekken?
Lever deze bon in en u krijgt gratis twee
kopjes koffie of twee glazen Agroposta.
Geldig t/m 31 augustus 2014.
27Stadgenoot26 Stadleven 2 | 2014
Sergio Vyent (43) is de bedrijfs-manager van het theatercafé Podium Mozaïek in Bos en Lommer ‘We hebben een heerlijk terras. Als de zon
schijnt, zit je hier van ’s ochtends vroeg tot
’s avonds laat in de zon. Maar het meest
bijzondere is toch wel dat we onder één dak
met een theater zitten. Daardoor kunnen
we heel speciale dingen organiseren. Ik
noem bijvoorbeeld het diner cultureel. Dat
is een driegangendiner voorafgaand aan een
voorstelling. Daarbij schuift een journalist of
andere expert aan, die meer vertelt over een
onderwerp dat samenhangt met het optre-
den van die avond.’ >> volgende pagina
‘We zitten onder één dak met een
theater’
Lucas ’t Lam en Maartje Dres trokken in een heerlijk ruime en gerenoveerde vrijesectorhuurwoning. Ze gaven hun nieuwe plek in een handomdraai een eigen gezicht met bijzondere meubels.
zo woon ik zo woon ik
Lucas ’t Lam en Maartje Dres • Tweede Helmersstraat
• vrijesectorhuurwoning • driekamerwoning
• vanaf maart 2014
Lucas: ‘We wonen hier pas nét. Twee maanden gele-
den zijn we verhuisd van het Cremerplein naar deze
straat. Het bevalt ons echt prima hier! Onze vorige
woning was knus, maar erg klein. Deze woning is
heerlijk ruim, met mooie details, zoals openslaande
deuren en hoge plafonds met ornamenten. Vooral die
ornamenten vind ik erg mooi. De eerste week dat we
hier woonden, lag ik elke ochtend als ik wakker werd
naar het plafond te staren, zo geweldig vond ik het.’
Maartje: ‘Via de verhuurmakelaar van Stadgenoot zijn
we aan deze woning gekomen. We hadden het pand
nog niet gezien, maar op basis van de plattegrond
besloten we het te nemen. De indeling zag er op
papier prima uit. Daarnaast vonden we de ligging, in
de Tweede Helmersstraat, ook erg leuk. Het is een fijne
buurt om te wonen, met veel gezellige kroegjes en
eettentjes. En natuurlijk op de hoek van het Vondel-
park! Mijn moeder vond het ook super dat we in deze
straat gingen wonen. Zij is geboren en opgegroeid in
de straat hierachter, de Eerste Helmersstraat, dat is
wel bijzonder.’
Lucas: ‘Wat we ook erg waarderen, is het feit dat Stad-
genoot deze etage heeft gerenoveerd voordat we er
introkken. Er is cv aangelegd en dubbel glas geplaatst.
Toch hebben we zelf ook nog veel geklust. We hebben
alles fris wit geschilderd, een nieuwe vloer gelegd en
zelf een keukenblok gemaakt. Gelukkig heeft Maartje
een handige vader en kan ze zelf ook goed uit de voe-
ten met verf, hout en spijkers. Door Maartje ben ik zelf
ook handiger geworden. Het resultaat is prachtig!’
Maartje: ‘Interieur is een hobby van me. Ik werk als
shopmanager bij Villa Arena, waar ik veel inspiratie op
kan doen. De meeste meubels hebben Lucas en ik de
afgelopen drie jaar samen verzameld. Er zit van alles
bij, van vintage meubels tot een paar designstukken.
De oude kruk naast de bank vond ik op straat, die is
helemaal te gek.’
Lucas: ‘Ik vind bijna alles wat in huis staat mooi,
maar een paar dingen zijn wel heel bijzonder. Zoals
het vloerkleed in onze slaapkamer. Dat is een handge-
knoopt Turks kleed dat Maartjes vader ooit kreeg van
een vriend. Het kleed lag jarenlang in zijn bus onder de
gereedschapskoffer, zodat deze niet schoof. Het was erg
vuil maar we hebben het gestoomd en nu ligt het hier.’
Maartje: ‘Mijn vader heeft veel zelf gemaakt, zoals het
grijze houten kastje in onze slaapkamer en het kaptafel-
tje in de logeerkamer. Die zullen we altijd bewaren.’
Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans van der Vliet
‘Interieur is een hobby van me’
Wilt u ook vertellen over uw woning? Mail naar
29Stadgenoot28 Stadleven 2 | 2014
Stadgenoot verkooptmijn werk
‘Ik maakte me zorgen om
die mensen’
Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Jan Freriks
30
‘Sommige dingen die ik meemaak op mijn werk
raken me. Het ene voorval kan ik snel achter me
laten, het andere blijft me achtervolgen. Zoals een
huurder die een aantal malen dreigde samen met
haar kind voor een trein te springen. Dat doet wat
met je. Vooral ook omdat ik zelf vader ben van een
dochtertje.’
Gelukkig zijn de meeste situaties waarmee Ibra-
him te maken krijgt niet zó heftig. ‘Maar je moet
natuurlijk wel bedenken wat ons werk is. De afdeling
Incasso int schulden. Wij bemoeien ons met ie-
mands portemonnee. Dat is heel persoonlijk en kan
mensen raken. Ze kunnen daardoor heel emotioneel
reageren. Begrijpelijk. En dat maken we dan ook
veel mee.’
Geen ideeIbrahim herinnert zich een dreigende uitzetting van
een hoogbejaard echtpaar. ‘Een collega maakte me
attent op de situatie. Een zoon van het echtpaar
hield elk direct contact tegen. “Ik los het wel op”,
zei hij. “Mijn ouders hoeven dit niet te weten.” Ik
maakte me zorgen om die mensen en ben uiteinde-
lijk samen met de politie op huisbezoek gegaan. Het
was een klap voor ze toen ze te horen kregen wat er
speelde. Ze hadden geen idee. Gelukkig hebben we
een betalingsregeling kunnen afspreken. Ze wonen
er nog steeds.’
DroomautoZo’n tweede kans is niet voor iedereen weggelegd.
‘Een huurder met een schuld van een paar dui-
zend euro kwam niet voor een betalingsregeling
in aanmerking’, noemt Ibrahim als voorbeeld. ‘Ze
had haar droomauto gezien, en die gekocht. Om
die te besturen was een rijbewijs nodig, dus haar
man haalde dat. Daarna gingen ze op vakantie naar
familie. Waar je natuurlijk niet zonder cadeaus kunt
aankomen. Met alle respect, maar dit soort schulden
zijn willens en wetens door de huurder zelf veroor-
zaakt. Het zou niet eerlijk zijn ten opzichte van onze
andere huurders om in dit soort situaties inschikke-
lijk te zijn. We zijn geen bank van lening.’
Stadleven 2 | 2014
Betaalbare koop in de nieuwe WaterlandpleinbuurtDe Waterlandpleinbuurt, het oude Nieuwendam-Noord, is een verborgen schat aan de rand van Amsterdam-Noord. Ooit was niet iedereen even positief over deze buurt, maar er heeft een echte metamorfose plaatsgevonden. Verschillende corporaties werken hard om hier een leuke, betaalbare en gevarieerde woonbuurt te creëren.
Alle vooroordelen over dit stukje Amsterdam
kunnen van tafel. De Waterlandpleinbuurt is
nieuw en fris. Het woningaanbod is uitgebreid
en de buurt trekt dan ook vooral jonge gezin-
nen en starters op de woningmarkt. En die
vinden hier alles wat hun hartje begeert. Er
zijn scholen, er is horeca, er is groen. En er is
het vorig jaar geopende winkelcentrum, het
bruisende hart van de wijk.
Fijne buurtWie even de fiets pakt, rijdt binnen een kwar-
tiertje in het landelijke Waterland, met mooie,
oude dorpjes als Holysloot en Zunderdorp.
Wie van watersport houdt, staat zo aan de
oevers van het Markermeer. En wie snel de stad
uit wil, rijdt vanuit de Waterlandpleinbuurt
direct de A10 op. Met de kinderen naar het park
of de kinderboerderij kan ook. En wie
’s avonds lekker wil eten, kan in Noord terecht
bij populaire restaurants als De Goudfazant en
Wilhelmina Dok.
Betaalbaar koopaanbodWonen in de Waterlandpleinbuurt is aantrek-
kelijk en betaalbaar. We zetten deze buurt dan
ook graag in de etalage. Stadgenoot verkoopt
regelmatig driekamerappartementen die vanaf
ca. € 119.500,- in de verkoop gaan. Daarbij
bieden we nieuwkomers op de woningmarkt
de mogelijkheid om te kopen met de Starters
Renteregeling, waardoor je lasten 20% lager
liggen (alleen voor bestaande bouw).
De Binnentuinen van NoordVerder bouwt Stadgenoot nieuwe woningen in
de Waterlandpleinbuurt: De Binnentuinen van
Noord, 42 eengezinswoningen met ongeveer
108 m2 woonoppervlak rondom een gemeen-
schappelijke tuin met speelruimte en verschil-
lende fruitbomen en besdragende heesters.
Alle woningen bieden diverse mogelijkhe-
den voor uitbreiding en eigen indeling en
afwerking. De prijzen beginnen bij € 222.500,-
(v.o.n.), inclusief afgekochte erfpacht voor
vijftig jaar. Daarmee heb je veel huis voor een
scherpe prijs.
Kijk voor ons actuele aanbod:
www.stadgenoot.nl/waterlandpleinbuurt
Meer weten over dit bijzondere stukje
Amsterdam:
www.waterlandpleinbuurt.nl
Info over de Starters Renteregeling:
www.stadgenoot.nl/startersrenteregeling
‘Soms blijft mijn werk ook thuis door mijn hoofd spoken’, vertelt Ibrahim Hassan (34), senior medewerker incasso. ‘Emoties spelen een grote rol bij wat wij doen.’
De leuke kant van dit werk is...
dat ik op alle niveaus met mensen
werk: collega’s, externe partijen,
huurders.
Hiervoor heb ik gewerkt bij...
grote, commerciële telecom-
bedrijven. Een totaal andere
wereld, waar ik zo snel en zo veel
mogelijk moest binnenhalen.
Het grootste misverstand is...
dat wij van incasso boemannen
zijn. We zijn streng, maar recht-
vaardig.
31Stadgenoot
Waterlandpleinbuurt
Tekst Gijs Coffeng | Fotografie H. vd Vliet & J. Schols
fotostrip
BuurtfeestNina & Ype
contactgegevenscolofon
Hoofdredactie Pim de Ruiter
Eindredactie Gijs Coffeng - Linea Recta
Vormgeving Milja Oortwijn
Coverbeeld Mirjam Bakker
Medewerkers Wout Jan Balhuizen, Aaf Brandt Corstius, Ype Driessen,
Jan Freriks, Yvonne Polman, Erwin Rooyakkers, Hans van der Vliet
Drukker Lecturis
Stadleven is een uitgave van Stadgenoot. Het huurdersmagazine verschijnt
vier keer per jaar. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming
van Stadgenoot worden gekopieerd en/of gebruikt. Aan de inhoud van dit
magazine kunnen geen rechten worden ontleend.
Klantenservice 020 - 511 80 00
E-mail [email protected]
Website www.stadgenoot.nl
Bezoekadres Sarphatistraat 370, 1018 GW Amsterdam
Postadres Postbus 700, 1000 AS Amsterdam