G. HUSKENS, Historia o muerte? Een kritische analyse van Stephen Soderberghs 'Che: Part One',...

Post on 04-Mar-2023

0 views 0 download

transcript

KU LEUVEN FACULTEIT LETTEREN

ONDERZOEKSEENHEID GESCHIEDENIS

Geschiedenis voor een breed publiek

Historia o muerte? Een kritische analyse van Stephen

Soderberghs Che: Part One

door

Gert Huskens

Prof. T. VerschaffelAcademiejaar: 2014-2015

Inhoudsopgave

Inleiding..........................................................3

Synopsis...........................................................4Productie..........................................................6

Dokter, militair, marxist, revolutionair,….........................8Batista en het regime: bij voorbaat verloren?.....................11

Besluit...........................................................13Bibliografie......................................................14

Bijlages..........................................................16

2

Inleiding

‘Historia o muerte?’, deze vraag, geïnspireerd op Ernesto ‘Che’

Guevara’s leuze ‘Patria o muerte’, verraadt de opzet van dit onderzoek.

Deze paper zal namelijk trachten te onderzoeken op welke manier het

verleden, in dit geval de figuur Che Guevara en de Cubaanse

revolutie, wordt gerepresenteerd in de film Che: Part One.1 Deze film

maakt deel uit van een tweedelig epos uit 2008 van regisseur Stephen

Soderberg. Waar Che: Part One het verhaal vertelt van de Cubaanse

revolutie, richt het tweede deel zich op Che’s rol in de

revolutionaire beweging in Bolivië. De focus van deze paper ligt op

beeldvorming en bijgevolg dus niet op historische juistheid.

Ongetwijfeld zijn er in de film verschillende anachronismen

aanwezig, maar het is niet de ambitie van deze paper om die terug te

vinden of te corrigeren. Wel zal er uitgebreid aandacht besteed

worden aan de manier hoe de beroemde en beruchte figuur Che Guevara

in deze biopic wordt afgebeeld. Daarnaast komt ook de beeldvorming met

betrekking tot de antagonist, het regime van Batista, aan bod.

Voorafgaand aan deze analyserende onderdelen wordt ook de productie

in al zijn facetten geanalyseerd en wordt gekeken hoe dit een

invloed heeft op de weergave van het verhaal.

1 S. SODERBERGH, Che: Part One, dvd, Warner Bros., 2008.

3

Het feit dat het om een biografische film gaat, is een belangrijk

element. Waar het recente historisch onderzoek steeds meer de nadruk

legt op structuren, belicht de film net de acties van één bepaalde

man.2 Che: Part One past dan ook volledig in de traditie van een

geschiedenis van ‘grote mannen’.3 Het is één van de vele biografische

films waarin wordt verwacht dat de protagonist snel en gepast

reageert op de zaken die hem/haar overkomen.4 Dit wil echter niet

zeggen dat historische films volledig waardeloos of achterhaald

zijn. Aangezien film de belangrijkste verschijningsvorm van een

gevisualiseerd verleden is, kan de impact op het breed publiek dan

ook moeilijk overschat worden.5 Toch zijn er een aantal vuistregels

met betrekking tot historische films die altijd in het achterhoofd

gehouden moeten worden. Ten eerste is het belangrijk te beseffen dat

elke historische film fictie is. Ondanks doordacht bronnengebruik is

het namelijk onmogelijk om in een film het verleden volledig te

reconstrueren. Films fictionaliseren, trivialiseren, vervalsen en

romantiseren het verleden en kunnen dus nooit een stabiele basis

voor historische kennis bieden.6 Een tweede kenmerk is dat

historische films het verleden niet onderzoeken. In tegenstelling

tot historisch onderzoek tonen films, vaak oppervlakkig enkel het

verleden en stellen ze het niet in vraag. 7 Ten derde is de film als

medium vrij beperkt in de tijd. Hierdoor moet de regisseur keuzes

2 T. VERSCHAFFEL, 4. Historische Films-algemeen, Powerpoint, KU Leuven, Onderzoekseenheid Geschiedenis, 2014.3 C. VOS, Bewegend verleden. Inleiding in de analyse van films en televisieprogramma’s, Amsterdam, 2004, 155.4 K. MILARD, ‘Projected Lives: A Meditation on Biography and Cinematic Space’, T. BARTA red., Screening the Past: Film and the Representation of History, Westport en Londen, 1998, 231-237.5 J. DE GROOT, Consuming History. Historians and heritage in contemporarypopular culture, New York, 2009, 208.6 R. A. ROSENSTONE, ‘The Historical Film: Looking at the Past in a Postliterate Age’, The Historical Film. History and memory in the media, M. LANDY red., New Brunswick, 2001, 50-66.7 P. SORLIN, ‘How to Look at an “Historical” Film, The Historical Film. History and memory in the media., M. LANDY red., New Brunswick, 2001, 25-49.

4

gaan maken in wat hij wel en niet laat zien. Een monografie of

artikel heeft vaak veel minder last van deze beperkingen en is

daardoor veel gedetailleerder.

Synopsis Zoals eerder gezegd, bespreekt de film het verloop van de Cubaanse

Revolutie en dit met een focus op de figuur Che Guevara. Vooraleer

kan onderzocht worden hoe deze gebeurtenissen en figuur worden

afgebeeld, is het noodzakelijk om een korte historische schets van

de periode te geven waarop de film zich baseert. De geschiedenis van

Cuba kende een woelig verloop in de twintigste eeuw. De eilandstaat

heeft historisch gezien zowel banden met de Spaanse kolonisator als

met buurland de Verenigde Staten. Deze opmerkelijke

driehoeksverhouding culmineerde in de Spaans-Amerikaanse oorlog aan

het eind van de negentiende eeuw. Ten gevolge van deze oorlog werd

Cuba, na een periode van Amerikaans bezetting, in 1902 een

onafhankelijke staat.

De eerste vijftig jaar van een onafhankelijk Cuba kenmerkten zich

door sterke Cubaans-Amerikaanse banden, zowel economisch als

politiek. Verschillende corrupte presidenten regeerden het land

totdat in 1933 sergeant Fulgencio Batista het presidentschap van

Carlos Manuel de Céspides omverwierp. Deze coup zorgde ervoor dat de

aanwezige revolutionaire krachten monddood werd gemaakt en

resulteerde in de hegemonie van Batista in de Cubaanse politiek. Na

enkele jaren van afwezigheid keerde Batista in 1952 terug met een

nieuwe militaire coup en installeerde zichzelf definitief als

dictator van Cuba. In datzelfde jaar liet ook Fidel Castro op 26

juli zich voor het eerst opmerken met een mislukte aanval op een

militaire basis in het zuidoosten van het land. Na een periode van

gevangenschap verleende Batista Castro en vele andere politiek

5

gevangenen amnestie. Castro en de zijnen verlieten vervolgens Cuba

voor Mexico en het is daar dat Castro voor het eerst kennismaakte

met de Argentijn Ernesto ‘Che’ Guevara.8 Het is deze ontmoeting die

het startmoment is van de film.

De inhoud van de filmt valt in te delen in twee grote verhaallijnen.

Ten eerste belicht de film de rol van Che in de Cubaanse revolutie.

Dit verhaal start in Mexio-City waar Che Fidel Castro ontmoet en de

voorbereidingen treft om met het gammele jacht Granma de oversteek

naar Cuba te maken. Eens aangekomen onderneemt de groep een aanval

op de Uvero kazernes gelegen in het Sierra Maestra gebergte in

zuidoost-Cuba. Vervolgens trekken de revolutionairen zich terug in

het oerwoud waar ze de verdere veroveringstocht voorbereiden. Hier

wordt Che herenigd met onder andere Fidel Castro en Camilo

Cienfeugos, twee van de belangrijkste mede-revolutionairen. Zij

zullen soms samen, soms in aparte groepen, de verovering van Cuba

mee helpen bewerkstelligen. Eens in het oerwoud heeft Che met

verschillende problemen te kampen. Ten eerste verzwakt de discipline

onder zijn soldaten en moet hij hierdoor meermaals zijn troepen

berispen of zelfs bestraffen. Ten tweede worstelen de

revolutionairen met een imagoprobleem onder de lokale bevolking. Dit

is onder andere te wijten aan hun eigen wandaden, maar ook de

propaganda van Batista speelt een belangrijke rol hierin. Ten derde

kent ook zijn samenwerking met Castro soms moeilijke momenten, het

is voor Che niet altijd duidelijk welke rol hij verwacht wordt te

spelen in de revolutie.

8 C. SKUTSCH, ‘Cuba: Communist Revolution, 1956-1959’, Encyclopedia of Conflicts since World War II, J. CIMENT red., 2e uitg, II, Armonk, 2007, 381-388; A. LOPEZ-LEVY, ‘Cuba’, The Encyclopedia of the Cold War: a Political, Social, and Military History, I, S. C. TUCKER red., Santa Barbara, 2007, 322-325; B. CARR, ‘Guevara de laSerna, Ernesto (1928-1967), The Encyclopedia of the Cold War: a Political, Social, and Military History, I, S. C. TUCKER red., Santa Barbara, 2007, 553-554.

6

Ondanks deze moeilijkheden weet Che in het oerwoud een bescheiden

tijdelijke nederzetting op te bouwen, waar de revolutionairen zowel

militair als intellectueel onderricht krijgen. De beweging trekt

mede hierdoor steeds meer sympathisanten aan en weet hierdoor uit te

groeien tot een geduchte tegenstander voor Batista. Che groeit

geleidelijk in zijn rol en leidt met steeds sterkere hand de groep.

Het hoogtepunt van zijn interne macht is wanneer hij een groep

afvallige revolutionairen weet op te pakken en laat executeren.

Vervolgens zet Che met zijn troep de tocht in naar Las Villas, een

gebied waarvan beweerd werd cruciaal te zijn om de macht op Cuba te

verwerven. Met een veroveringstocht die doet denken aan een ware

blitzkrieg zet Che zijn opmars voort totdat ze aan de rand van de stad

Santa Clara staan. Ondertussen zijn Che en zijn revolutionairen

uitgegroeid tot ware volkshelden en worden ze uitgebreid gevierd

door de lokale, vaak gefrustreerde, bevolking. Met enkele doordachte

guerillatactieken en de steun van brede lagen van de bevolking weet

Che de stad te veroveren en hierdoor ligt de weg naar de totale

overwinning open. Het bericht dat Batista intussen het land verlaten

heeft, maakt de zege enkel nog mooier en in een roes van overwinning

rijdt Che, zich welbewust van de vele uitdagingen die de toekomst

zich stelt, in colonne richting Havana.

De tweede verhaallijn speelt zich enkele jaren na de revolutie af,

namelijk in december 1964. Als deel van een Cubaanse diplomatieke

delegatie is Che op bezoek in New York. Che, ondertussen meer

staatsman dan revolutionair, is er te gast op verschillende

banketten, persconferenties en tv-interviews. Een interview met Lisa

Howard, destijds een wereldberoemde Amerikaanse journaliste, speelt

hierin een belangrijke rol. Aan de hand van haar vragen reflecteert

Che over de gebeurtenissen tijdens de revolutie en verantwoordt hij

zijn daden. Fragmenten uit dit interview keren meermaals terug in de

film, vaak wanneer Che op de desbetreffende passage in de revolutie7

terugblikt. Een tweede belangrijk element van zijn bezoek aan New

York in de film is zijn toespraak voor de Algemene Vergadering van

de Verenigde Naties. Che laat zich van zijn meest kritische kant

zien, niet enkel ten opzichte van de Verenigde Staten, maar ook met

betrekking tot andere Latijns-Amerikaanse landen.

Productie

Het medium film heeft, net zoals elk ander medium, een aantal

specifieke kenmerken. Deze kenmerken bieden de regisseur

mogelijkheden die bijvoorbeeld een auteur niet heeft. De meest

duidelijke keuze die regisseur Soderberg heeft gemaakt is de kleur

van de beelden. De beelden die de revolutie afbeelden zijn gefilmd

in kleur en dit met een groen effect dat het oerwoud en de

landschappen goed tot hun recht doen komen.9 De keuze voor Puerto

Rico, het thuisland van del Toro, als opnamelocatie is dan ook

volledig geslaagd. Ook het ontbreken van een soundtrack, enkele

passages met trommelgeluiden uitgezonderd, dragen bij tot het

observerende karakter van deze beelden. De scènes die het bezoek aan

New York in 1964 afbeelden, zijn op hun beurt in zwart-wit gefilmd

of bewerkt. Hierdoor geven ze een archivalische indruk, die het

historische karakter van de film versterkt.10 Door dit kleurverschil

te maken is, ondanks de vele tijdssprongen, het onderscheid tussen

de verschillende episodes makkelijk te maken. Beide soorten beeld

vertonen grote gelijkenissen met authentieke foto’s en weten dus

9 M. ZIMMERMAN, 'Che Part I and Che Part II’, The Sixties: A Journal of History, Politics and Culture, 2 (2009), 84.10T. VERSCHAFFEL, 6. Historische documentaire, Powerpoint, KU Leuven, Onderzoekseenheid Geschiedenis, 2014.

8

treffend de sfeer weer te geven.11 Niet enkel qua stijl, maar ook qua

inhoud is er een duidelijk onderscheid tussen beiden soorten beeld.

Waar de beelden over de revolutie meer een observatie geven, dringen

de beelden uit 1964 meer binnen in de geest van Che. Dit is mede het

gevolg van de soort afgebeelde inhoud. Zo zijn zowel het interview

als de speech uitgelezen momenten om de gedachten van Che te kunnen

tonen. Aan de hand van de kritische vragen van journaliste Lisa

Howard kan Che zowel zijn theoretische visie als een persoonlijke

reflectie op de gebeurtenissen zelf weergeven.

Naast deze twee soorten gereconstrueerd beeld, heeft Soderberg in

het begin van de film ook gebruikt gemaakt van archiefmateriaal. Dit

archiefmateriaal geeft het wanbeleid onder Batista en de gevolgen

hiervan weer. Ten slotte toont Soderberg op bepaalde cruciale

momenten pancartes die de scènes kaderen in tijd en ruimte. Ook opent

de film met een kaart van Cuba waarop de verschillende provincies en

steden staan afgebeeld. Hierdoor krijgt de kijker een beter inzicht

in de geografie van het land. Bijgevolg kan de kijker de uitdagingen

van de tocht beter inschatten en dit draagt deels bij tot het

heroïsche karakter van de overwinning. Zo begeleidt een pancarte met

daarop ‘Cuba, 640 km from Havana, march 1957’ één van de beginscènes

met een astmatische Che. Hierdoor wordt de uiteindelijke overwinning

des te opmerkelijk en dus is het tonen van deze pancartes zeker niet

zonder invloed.

Net als de manier waarop de beelden gefilmd zijn, is ook de casting

een essentieel onderdeel van de totstandkoming van de film. De

hoofdrol wordt vertolkt door de van oorsprong Puerto Ricaanse acteur

Benicio del Toro. Aan zijn zijde zijn het Demiàn Bichir en Santiago

11 R. BURRI en F. MASPERO, Che Guevara, Parijs, 1997, passim; Sierra Maestra, Cuba, 1957, foto, 1957 (HAVANA, Museo de la Revolución); J. NILSSON, Che Guevara speech at UN 1964 (English subtitles!!), video, 25 mei, 2011 (http://www.youtube.com/watch?v=-ekfej_kmHQ).

9

Cabrera die respectievelijk de rol van Fidel Castro en Camilo

Cienfuegos op zich nemen. De keuze voor del Toro is omwille van

verschillende redenen te verantwoorden. Ten eerste spreekt hij

Spaans, een vereiste om een geloofwaardige Che neer te zetten. Ten

tweede is er de fysieke gelijkenis, mede door het werk van de

verantwoordelijken voor make up en kostuum. Ten slotte is er ook een

persoonlijke motivatie, de figuur van Che intrigeerde de acteur.

Toch is del Toro, ondanks voorgaande argumenten er volgens bepaalde

recensenten niet volledig in geslaagd om het vuur in Che succesvol

te belichamen.12

Een derde belangrijk aspect van een film is uiteraard het script.

Dit script is geschreven door Peter Buchman en dit op basis van het

boek Reminissences of the Cuban Revolutionary War van Guevara zelf.13 Met

behulp van acteur-producent del Toro verwerkte hij Che’s

aantekeningen, met veel respect voor het origineel, tot een

scenario.14 Daarnaast hebben regisseur Soderbergh en zijn schrijvers

ook intens samengewerkt met het Center for the Studies of Che Guevara in

Havana en hebben ze verschillende interviews afgenomen met mensen

die aan Che’s zijde gevochten hebben. Zo zijn, aangezien Che

hierover zwijgt in zijn boek, de passages met Aleida March gebaseerd

op de interviews.15

Een film over een spraakmakende figuur zoals Che Guevara lokte

uiteraard veel reacties uit. Zo zorgde de voornoemde samenwerking

met het Center for the Studies of Che Guevara voor veel kritiek. De

Amerikaanse pers oordeelde namelijk dat door deze samenwerking de

neutraliteit in het gedrang kwam.16 Ook in Miami, een stad met een

grote Cubaanse aanwezigheid, waren de reacties negatief en volgden12 M. CHANAN, ‘Rebel without a point’, Sight & Sound, 19 (2009), 38-3913 E. GUEVARA, Reminiscences of the Cuban Revolutionary War, New York, 1968.14 K. CORLESS, 'The Impossible Dream', Sight & Sound, 19 (2009), 36-38.15 ZIMMERMAN, 'Che Part I and Che Part II’, 84.16 Ibid., 83.

10

er zelfs protestacties. Voor de demonstranten droeg de film enkel

bij tot de, volgens hen, onterechte mythe rond Che. In Cuba zelf

waren de reacties dan weer veel positiever. Het officiële staatsblad

Granma roemde Che’s vertolking en op een vertoning waarop del Toro

aanwezig was, volgde een 10-minuten durende staande ovatie. Ook

internationaal werd del Toro’s acteerprestatie gesmaakt en hij

ontving zelfs de ‘Prijs voor Beste Acteur’ op het filmfestival van

Cannes.17

Dokter, militair, marxist, revolutionair , …

“It would take me a thousand years and a million pages to write Che’s

biography.” 18

Bovenstaand citaat van de Columbiaanse Nobelprijswinnaar Gabriel

García Márquez verraadt de complexiteit van Che’s karakter. De

bedoeling van dit deel van de paper is om te beschrijven hoe de film

de vele aspecten van Che’s activiteiten en persoonlijkheid in beeld

brengt. De eerste keer dat de kijker kennismaakt met Che is een

scene die een diner in Mexico City in juli 1955 weergeeft. Fidel en

Che hebben een discussie over de slechte sociale situatie in Cuba.

Fidel argumenteert dat de Verenigde Staten Cuba leegzuigt, Che

luistert en lijkt zich te kunnen vinden in Fidels ideeën. De

vriendschap tussen Che en Castro lijkt, hoewel ze zeer pril is, zeer

hartelijk en Fidel noemt hem dan ook liefkozend Argentino. Che heeft17 ‘Che: Part One (2008) – IMDb’, IMDb; C. DI ORIO, ‘Benicio Del Toro brings'Che' home’, The Hollywood Reporter.18 S. LANDAU, ‘Posterboy of the revolution’, The Washington Post, 19 oktober 1997, 11.

11

op dit moment nog een verzorgd uiterlijk, is deftig gekleed en lijkt

hierdoor meer een intellectueel dan een revolutionair.

Desalniettemin komen ook zijn extremere ideeën naar voren, zo

beweert hij namelijk dat ‘een beetje gek zijn goed is’ en zegt hij

ook dat ‘principes de basis zijn’. Ook het gegeven dat dat hij

zonder veel vragen te stellen, bereid is de gevaarlijke oversteek

naar Cuba te maken, toont zijn vastberadenheid.

De volgende scene toont Che op het jacht Granma op weg naar Cuba.

Che tuurt bezorgd naar de horizon en heeft zich afgezonderd van de

groep. Dit is een beeld dat vaker in de film naar voren komt. Che is

dikwijls, zeker in de beginperiode van de rebellie, een paria in

zijn eigen groep. Vaak zit hij wat te schrijven in zijn dagboek of

leest hij in één van zijn boeken. Deze eenzaamheid is niet enkel te

wijten aan zijn blijkbaar introverte persoonlijkheid, maar ook aan

externe factoren. Zo heerst er onder de lokale bevolking een

wantrouwen tegenover deze buitenlander. Ook Che zelf ziet zich in

het begin nog altijd als Argentijn en niet als Cubaan. Dit ontgaat

ook Fidel Castro niet, hij lacht Che’s buitenlandercomplex weg en

verzekert hem dat hij één van hun is. Toch zit Che diezelfde avond

afgezonderd, dit terwijl de rest van de soldaten verbroederen aan

een kampvuur. Hoewel Che doorheen de revolutie steeds meer zelfzeker

wordt afgebeeld, keert zo een eenzaam moment in de film ook terug

bij zijn bezoek aan New York. Terwijl hij zichzelf op televisie

ziet, maakt hij in een hoek van de kamer zijn laarzen proper. Dit

beeld van de zonderlinge, eenzame Che staat in schril contrast met

de populaire figuur die hij later in bepaalde kringen zal worden.

Vooraleer het beeld van Che als volksheld aan bod komt, toont de

film eerst nog enkele andere aspecten van zijn persoonlijkheid. Een

eerste facet dat wordt getoond, is dat van Che als arts. Zowel zijn

soldaten als de lokale bevolking kunnen bij hem terecht voor hun

12

medische problemen. Door deze kant van Che te belichten, krijgt de

revolutionair een menselijke kant. In deze contacten spreekt hij

zijn patiënten aan met hun voornaam en hij neemt ruim de tijd voor

de ‘consultaties’. Zijn vaardigheden als dokter staan in schril

contrast met zijn eigen fysieke broosheid. Che leed aan astma en ook

dit komt ruim aan bod in de film. Steunend op zijn geweer,

ondersteund door zijn mede-revolutionairen sleurt hij zich soms door

het oerwoud. Dit zorgt ervoor dat er een flinke knauw komt aan het

beeld van de onverzettelijke revolutionair. Ook de timing van deze

beelden, aan het begin van de revolutie, heeft een invloed. De

kijker gaat namelijk hierdoor twijfelen aan de slaagkansen van de

revolutie.

Een andere kant van Che’s persoonlijkheid is deze van Che als

sociaal hervormer. Meermaals in de film stelt Che dat geletterdheid

cruciaal is. Tijdens het verblijf in de tijdelijke nederzetting zet

hij een school op en stelt iemand uit de lokale bevolking aan als

lerares voor zijn troepen. Zijn belangrijkste motivatie om onderwijs

zo hard op het voorplan te zetten, is omdat ‘een volk dat niet kan

lezen of schrijven een makkelijk te misleiden volk is’. Wanneer de

lokale bevolking zich aanbiedt om zich aan te sluiten bij de

revolutionairen vraagt Che eerst wie kan lezen en schrijven

vooraleer eerder militair getinte vragen te stellen. Ook tijdens de

troepenbewegingen, momenten dat het militaire verwacht wordt de

bovenhand te krijgen, blijft Che de nadruk leggen op het leren lezen

en schrijven. Net zoals bij het aspect van zijn arts-zijn, zorgt het

beeld van Che als onderwijzer dat hij naar voren komt als iemand die

het goed voor heeft met de mensen.

Een laatste eerder zacht aspect van Che is wanneer hij naar voren

komt als mens, als ‘gewoon’ individu. Zo is er bijvoorbeeld het

moment in de backstage van een tv-interview waar hij eerst de visagist

13

afscheept, maar even later toch ‘om wat poeder’ vraagt. Belangrijk

in dit verband zijn twee personen, namelijk Aleida March en Camilo

Cienfuegos. Die laatste is een van de medeleiders van de revolutie

en zorgt voor de vrolijke noot in de film. Zijn optredens zijn

vrijwel altijd goedgemutst, zo stelt hij Che vaak gerust op de

moeilijkere momenten of lacht hij Che uit omdat hij Argentijn is.

Ondanks deze plagerijen is de vriendschap tussen beide personen

bijzondere hartelijk. Hun relatie gaat uit van een gemeenschappelijk

doel en daarom is ze des te hechter. Cienfuegos zit altijd ergens in

Che’s achterhoofd. Zo stuurt hij, niet enkel omwille van militaire

redenen, maar ook als teken van vriendschap, een deel van de

buitgemaakte munitie en wapens op naar Cienfuegos. Een tweede

belangrijk element dat in de film het aspect van Che als ‘gewone

man’ naar voren brengt, is de figuur van Aleida March. Che leert

haar kennen in het oerwoud en gaandeweg wordt de relatie, op

initiatief van Aleida, steeds inniger. Che lijkt initieel hierin een

vrij passieve rol te spelen, maar na verloop van tijd zal hij

Aleida’s aanwezigheid steeds meer op prijs stellen en ook zelf

initiatief nemen. Hoewel dit niet aan bod komt, leert de

geschiedenis dat Aleida March Che’s latere vrouw zal worden. Che

verwijst in een gesprek met haar wel naar zijn gezin in Mexico, maar

dit geeft de kijker niet de indruk dat hij ook maar enige intentie

heeft om dat alles in de steek te laten voor haar. Ook komt het feit

dat Che een notoire rokkenjager was niet aan bod in de film, dit was

nochtans een alom bekende eigenschap van de man.19

In tegenstelling tot de voorgaande aspecten van zijn persoonlijkheid

die het beeld van hem verzachten, zijn de volgende eigenschappen van

Che eerder hard te noemen. Ten eerste is er het beeld van Che als

marxistisch politicus. Dit beeld komt onder meer sterk aan bod in de

gesprekken en discussies met Fidel Castro. Hierin wordt Che getoond19 W. IDE, 'Rebel with a cause; The Big Film', The Times, 3 januari 2009, 10.

14

als een belezen man, zo citeert hij Tolstoj en bezoekt hij het beeld

van Simon Bolivar in New York. Toch heeft hij ook de nodige

terreinkennis, het belang van de gewone man en vooral respect voor

de boeren primeert. In de internationale politiek toont Che zich als

onverzettelijk anti-Amerikaans en anti-imperialistisch. Hij stelt

dat hij niets tegen de Amerikaanse bevolking op zich heeft, maar wel

hevig gekant is tegen de Amerikaanse staat en haar politiek. Een

normalisatie van de Cubaans-Amerikaanse relaties lijkt hem dan ook

zeer onwaarschijnlijk. Op een receptie in New York, een decor waarin

Che volledig uit de toon valt, verwijst hij dan ook zeer cynisch

naar de door de CIA georkestreerde invasie van de Varkensbaai. Ook

fulmineert hij in zijn vurige speech bij de VN tegen de andere,

volgens hem hypocriete en geamerikaniseerde, Latijns-Amerikaanse

landen. Het is ook in deze toespraak dat hij de radicale leuze ’patria

o muerte’ uitroept. Volgens Che vaart Cuba zijn eigen koers en zal het

zich dan ook nooit verbinden met machtsblokken, maar enkel met

rechtvaardigheid.

Het laatste belangrijke aspect dat in deze oorlogsfilm niet kon

ontbreken, is het beeld van Che als militair. Che wordt getoond als

iemand die rotsvast er van overtuigd is dat de militaire revolutie

de enige oplossing is met slaagkansen. Volgens hem heeft de uitkomst

van de revolutie hem gelijk gegeven en de samenwerking van de

revolutionairen met andere verzetsgroepen lijkt in dit opzicht dan

ook puur pragmatisch. Op militair vlak kan Che zich als een echte

leider tonen. Waar hij op politiek vlak in de film vaak in de

schaduw van Fidel Castro staat, is Che als militair het onbetwiste

voorbeeld. Wanneer een revolutionair er tot tweemaal toe niet in

slaagt zijn doel te raken, rukt Che geïrriteerd het antitankwapen

uit zijn handen en met één welgemikt schot vernietigt hij de

uitkijkpost. Een ander moment waarop hij genadeloos optreedt, is

zijn eerder vernoemde omgang met een groep muiters. Wanneer deze15

door Che terug gevangengenomen worden, stelt Che ze, na een

schijnproces terecht. Ook tegen rekruten die hun militaire

verplichtingen, zoals het houden van de wacht, niet naar behoren

uitvoeren, is hij onverbiddelijk. Ondanks dit repressieve beleid,

weet hij toch respect af te dwingen bij zijn troepen. Men gaat bij

hem te rade bij persoonlijke problemen en men gaat zelfs zo ver in

de idolatrie dat een jongen aanbiedt om zijn veldfles te vullen.

Toch is hij niet onbesproken, zo groot zijn populariteit is bij zijn

volgelingen, zo groot is de kritiek op hem in de internationale

gemeenschap. Bij zijn bezoek aan New York pareert hij de kritiek op

zijn daden met de woorden “We’re willing to pay the price that takes

us to the frontiers of dignity, not beyond”. Hij bevestigt dat ze

mensen hebben geëxecuteerd en stelt dat ze dit indien nodig zullen

blijven doen.

Het algemeen beeld dat de kijker van Che krijgt, is dat van de

sympathieke schurk, een soort Latijns-Amerikaanse Robin Hood. Zijn

misdaden, zijn kleine kantjes en zijn radicale inzichten komen

ruimschoots aan bod, maar toch roept de film ook een zekere

sympathie op. De film leeft naar de overwinning toe en de kijker

krijgt dan ook de indruk dat, ondanks de moeilijkheden, de

revolutionairen hoe dan ook zullen zegevieren. De kritische noot in

de film is eerder beperkt, zeker vanuit historisch perspectief. Waar

de film er in slaagt om Fidel Castro eerder neutraal te

portretteren, lukt dit bij het beeld van Che niet. Wellicht is dit

te wijten aan het feit dat Che zo een alom bekende figuur is. Toch

kunnen zowel voor- als tegenstanders van Che elementen in de film

terugvinden die hun standpunt verantwoorden. Het is dus zeker niet

zo dat Che wordt opgehemeld als de ultieme held, maar de positieve

elementen wegen wel zwaarder dan de negatieve.

16

Batista en het regime: bij voorbaat verloren?

Naast de manier hoe protagonist Che Guevara in beeld is gebracht, is

ook de representatie van zijn tegenstander, het leger van Batista,

een belangrijk onderdeel van de indruk die de film bij de kijker

opwekt. De beeldvorming met betrekking tot het regime valt op te

delen in twee onderdelen. Ten eerste is er de weergave van het

beleid van het regime en de gevolgen ervan voor de lokale bevolking.

Ten tweede is er de manier hoe de militairen reageren op de

aanvallen van de revolutionairen. Beide elementen worden, zoals zal

blijken, op een haast karikaturale manier in beeld gebracht. Waar de

makers de vele facetten van Che’s complexe en veelzijdige karakter

hebben afgebeeld, slagen ze er niet op een geloofwaardige manier het

regime te implementeren in de film.

Allereerst is er de beeldvorming omtrent het beleid van Batista. Dit

komt vrij snel, door middel van de eerdergenoemde archiefbeelden, in

beeld. Deze beelden rechtvaardigen de strijd en kaderen de

aanleiding tot de revolutie. Een andere, minder explicietere, vorm

van kritiek vindt plaats door de situatie van de lokale bevolking

weer te geven. Deze zijn ongeletterd, hebben geen toegang tot

gezondheidszorg en gaan financieel gebukt onder het strenge beleid

van Batista. Een opmerkelijke scène die het gebrek aan

gezondheidszorg aan de kaak stelt, is wanneer een oude vrouw op

consultatie gaat bij Che enkel en alleen omdat ze nog nooit een

dokter heeft gezien. Door deze scènes te tonen, creëert de regisseur

een situatie waarop de protagonist kan reageren. Het is dan ook

noodzakelijk dat dit aspect aan bod komt, maar de manier waarop is

weinig subtiel.

17

Een tweede aspect is het beeld van de militairen. Deze worden

gedegradeerd tot karikaturale figuren. Waar de revolutionairen het

moeten stellen met vuile en versleten kleding, beschikken de

militairen over onberispelijke uniformen. Hun houding en taalgebruik

zijn erg gedistingeerd en staan in schril contrast met de amicale en

losse manier waarop de revolutionairen met elkaar omgaan. Ook op

militair vlak wordt het leger van Batista bijna uitgelachen. Ze zijn

zowel kwalitatief als kwantitatief superieur, maar toch slagen ze er

niet in om wat begon als een groep van 82 revolutionairen het hoofd

te bieden. De zeldzame keren dat de militairen aan het woord gelaten

worden, versterken alleen maar het karikaturale beeld. Een eerste

keer verklaart een officier, na een succesvolle aanval, dat ze de

revolutionairen onderschat hadden. Deze aanval kan gezien worden als

een moment waarop de militairen succesvol in beeld worden gebracht,

desalniettemin zorgt het feit dat de revolutionairen kunnen

ontsnappen voor een duidelijke nuance. Een ander voorbeeld die de

gedachte van onderschatting in het Batistakamp belicht, vindt

plaats in de aanloop naar de aanval op Santa Clara. Vooraleer over

te gaan tot de tactische besprekingen, vraagt een officier naar een

goede tas koffie. Hij lijkt zich volledig onbewust van de ernst van

de situatie en maakt zich dan ook geen zorgen. Daarnaast commanderen

ze vanuit hun ivoren toren en hebben ze amper respect voor hun

ondergeschikten. Zo is er bijvoorbeeld de scène waarin een officier

wordt getoond die zich laat rijden door een chauffeur. Dit in

tegenstelling tot Che, die enkele scènes later, zelf zijn wagen

bestuurt. Ook tactisch worden de militairen afgeschilderd als

onbenullen. Met een haast kinderlijk gemak slagen de revolutionairen

er met hun guerillatechnieken in om de militairen te verslaan. Dit

wil niet zeggen dat er aan de zijde van de revolutionairen geen

slachtoffers vallen, maar de impact hiervan wordt geminimaliseerd.

Wanneer het leger uiteindelijk verslagen is, zijn het de lage

18

officieren die de nederlaag moeten ondergaan. Hun oversten zijn

inmiddels gevlucht en dit maakt het beeld van de laffe, incompetente

legerleiding compleet.

Zoals bovenstaande voorbeelden verduidelijken, heeft het beeld met

betrekking tot Batista weinig diepgang. Een complexer, genuanceerder

beeld zou nochtans bijgedragen hebben tot de geloofwaardigheid van

de film. Indien het leger van Batista als kundig zou zijn

voorgesteld, was het een waardige tegenstander geweest en had de

overwinning van de revolutionairen nog meer glans gehad. Ook had

bijvoorbeeld een beter inzicht op de visie van Batista’s regime op

de figuur Che een meerwaarde kunnen zijn. Zo had namelijk zowel het

beeld van het regime als van Che een bijkomende betekenislaag

gekregen. Voorgaande argumenten indachtig is de manier waarop het

Batista-regime wordt voorgesteld op zijn minst vatbaar voor

discussie.

Besluit

De figuur Che spreekt al jarenlang tot de verbeelding en zal dat

naar alle waarschijnlijkheid ook blijven doen. Toch reikt de mythe

rond Che vaak niet verder dan zijn afbeelding op een T-shirt. Che:

Part One slaagt er in om dit gat op te vullen en geeft de figuur meer

diepgang. De Cubaanse Revolutie biedt het perfecte kader om de vele

19

facetten van Che’s persoonlijkheid in beeld te brengen. Aangezien

weinig mensen een wetenschappelijke publicatie over Che Guevara ter

hand zullen nemen, is deze film dan ook wellicht een van de weinig

kansen om het beeld van Che uit te diepen. Hoewel de internationale

reacties gemengd waren, is de film toch een waardige toevoeging aan

de populaire cultuur rond Che. De makers zijn er namelijk in

geslaagd een goed evenwicht te vinden tussen idolatrie en nuance.

Het is zeer moeilijk om een figuur genuanceerd weer te geven zonder

daarbij zijn eventuele misstappen goed te praten, maar toch weten de

makers ook zijn kleine kanten in beeld te brengen. De vele kijkers

zullen dankzij de film een beter besef over de figuur Che krijgen,

daar ze vaak weinig tot niets van de man afwisten.

Hoewel Che in sommige passages wordt afgebeeld als een misdadiger

ten dienste van het volk, zorgt de film toch voor een vrij

genuanceerd en compleet beeld van Che. Uiteraard volstaat de film

niet om tot een goede, wetenschappelijke kennis van Che te komen,

maar het kan dienen als een prikkel die een verdere interesse in de

man stimuleert. Die prikkel had echter nog scherper kunnen zijn

indien de makers nog meer in de geest van Che hadden kunnen

binnentreden. Wellicht ontbreekt die informatie in Che’s boek en is

het dus vooral te wijten aan ontoereikend bronnenmateriaal. Een

ander punt van kritiek is de karikaturale afbeelding van het regime

van Batista.

Met deze bedenkingen in het achterhoofd kan gesteld worden dat de

film Che: Part One een geslaagd project is. Dit succes heeft de film te

danken aan vier pijlers. Ten eerste is er de acteerprestatie van

Benicio del Toro. Ondanks de kritieken zet hij op sterke wijze Che

neer. Ten tweede is er het script. Met veel respect hebben del Toro

en Buchman de originele aantekeningen van Che omgevormd tot een

boeiend filmscenario. Een derde element is de invloed van regisseur

20

Soderbergh. Hij neemt ruim de tijd om zijn verhaal te vertellen,

maar toch boeit de film van begin tot einde. Het laatste aspect is

de mythe rond Che. Eender welke andere film over een revolutionair

uit de Koude Oorlog zou wegkwijnen in de cinemazalen, maar net omdat

de film over Che gaat, wekt het de interesse van het publiek.

Bibliografie

Bronnen

Multimedia

NILSSON, J., Che Guevara speech at UN 1964 (English subtitles!!), video, 25 mei, 2011 (http://www.youtube.com/watch?v=-ekfej_kmHQ). Geraadpleegd op 3november 2014.

SODERBERGH, S., Che: Part One, dvd, Warner Bros., 2008.

Fotografische bronnen

Sierra Maestra, Cuba, 1957, foto, 1957 (HAVANA, Museo de la Revolución).

Kranten

IDE, W., 'Rebel with a cause; The Big Film', The Times, 3 januari 2009, 10.

LANDAU, S., ‘Posterboy of the revolution’, The Washington Post, 19 oktober 1997, 11.

21

Werken

Onuitgegeven werken

VERSCHAFFEL, T., 4. Historische films-algemeen, Powerpoint, KU Leuven, Onderzoekseenheid Geschiedenis, 2014.

VERSCHAFFEL, T., 6. Historische documentaires, Powerpoint, KU Leuven, Onderzoekseenheid Geschiedenis, 2014.

Uitgegeven werken

BURRI, R. en MASPERO, F., Che Guevara, Parijs, 1997.

CARR, B., ‘Guevara de la Serna, Ernesto (1928-1967)’, The Encyclopedia ofthe Cold War: a Political, Social, and Military History, I, S. C. TUCKER red., Santa Barbara, 2007, 553-554.

CHANAN, M., ‘Rebel without a point’, Sight & Sound, 19 (2009), 38-39.

CORLESS, K., 'The Impossible Dream', Sight & Sound, 19 (2009), 36-38.

DE GROOT, J. Consuming History. Historians and heritage in contemporary popular culture, New York, 2009.

GUEVARA, E., Reminiscences of the Cuban Revolutionary War, New York, 1968.

LOPEZ-LEVY, A. ‘Cuba’, The Encyclopedia of the Cold War: a Political, Social, and Military History, I, S. C. TUCKER red., Santa Barbara, 2007, 322-325.

MILARD, K. ‘Projected Lives: A Meditation on Biography and CinematicSpace’, T. BARTA red., Screening the Past: Film and the Representation of History, Westport en Londen, 1998, 231-237.

ROSENSTONE, R. A., ‘The Historical Film: Looking at the Past in a Postliterate Age’, The Historical Film. History and memory in the media., M. LANDY red., New Brunswick, 2001, 50-66.

SORLIN, P., ‘How to Look at an “Historical” Film’, The Historical Film. History and memory in the media., M. LANDY red., New Brunswick, 2001, 25-49.

22

SKUTSCH, C., ‘Cuba: Communist Revolution, 1956-1959’, Encyclopedia of Conflicts since World War II, J. CIMENT red. , 2e uitg, II, Armonk, 2007, 381-388.

VOS, C. Bewegend verleden. Inleiding in de analyse van films en televisieprogramma’s, Amsterdam, 2004.

ZIMMERMAN, M., 'Che Part I and Che Part II’, The Sixties: A Journal of History, Politics and Culture, 2 (2009), 83-86.

Digitale Informatie

‘Che: Part One (2008) – IMDb’, IMDb (http://www.imdb.com/title/tt0892255/). Geraadpleegd op 2 november 2014.

C. DI ORIO, ‘Benicio Del Toro brings 'Che' home’, The Hollywood Reporter (http://www.hollywoodreporter.com/news/benicio-del-toro-brings-che-123982). Geraadpleegd op 2 november;

23

Bijlages

Bijlage 1 Sierra Maestra, Cuba, 1957, foto, 1957 (HAVANA, Museo de la Revolución).

24

Bijlage 2 S. SODERBERGH, Che: Part One, dvd, Warner Bros., 2008.

Bijlage 3 J. NILSSON, Che Guevara speech at UN 1964 (English subtitles!!), video, 25 mei, 2011 (http://www.youtube.com/watch?v=-ekfej_kmHQ). Geraadpleegd op 3november 2014.

25

Bijlage 4 S. SODERBERGH, Che: Part One, dvd, Warner Bros., 2008.

26